Partij van de Arbeid

Den Haag, 3 oktober 2001

BIJDRAGE VAN JAAP JELLE FEENSTRA (PvdA) AAN HET ALGEMEEN OVERLEG OVER DE AANWIJZIGING VAN DE LUCHTHAVENS ROTTERDAM EN LELYSTAD (26 893 nrs. 27 t/m 30)

Algemeen

De PvdA ziet de regionale luchthavens als zelfstandige bedrijven, met een eigen verantwoordelijkheid voor exploitatie op basis van een integrale kostendoorrekening aan de gebruikers. Bedrijven die moeten voldoen aan de gestelde plafonds voor geluid en veiligheid. Dat was en is onze inzet, zoals ook eerder aangegeven in het algemeen overleg over de Hoofdlijnennotitie van april 2000 en over de Regionale Luchtvaart van april 2001. Nu liggen de aanwijzingen voor Rotterdam en Lelystad voor.

Rotterdam Airport

Rotterdam Airport zal worden ingericht als zakenluchthaven, toegespitst op lijnvluchten en zakenvluchten voor het bedrijfsleven in de Rotterdamse en Haagse regio en beperkt vakantiecharters en vrachtvliegtuigen. De kleine recreatieve luchtvaart op Rotterdam Airport zou worden uitgeplaatst; dat was de eerder uitgesproken wens, daar is onderzoek naar verricht. Dit lijkt juridisch niet haalbaar. Wat gaat er nu gebeuren: alsnog juridisch regelen of via prijsbeleid? Welke mogelijkheden heeft Rotterdam Airport daartoe?

Met deze aanwijzing worden grenzen aan de groei gesteld, kan het nachtregime in werking treden (van 18-8 en 23-7h) en kunnen woningen worden geïsoleerd. Daarbij is tempo geboden. Het huidige gebruiksplan (2001-2002) dreigt al de geluidszone te overschrijden. Welke instrumenten heeft de overheid om de luchthaven binnen de zone te houden én de exploitant ten aanzien van de luchtvaartmaatschappijen en vliegers?

De PvdA sluit zich hier aan bij wethouder Van Dijk: overschrijden van de geluidszone is onacceptabel en afspraak = afspraak (Rotterdams Dagblad, 4 juli 2001). Blijft men binnen de geluidzone of moet er een aanvraag komen voor een slotsysteem? Hoe zien nu en na de aanwijzing de sturing- en handhavingmogelijkheden eruit? Gaat het nieuwe regiem per 1 november 2001 of met het Gebruiksplan 2002-2003?

Dan het nachtregiem. De minister weet uit eerdere debatten dat wij hechten aan 23-07h. Art 9 noemt de uitzonderingen. Hoe voorkomen we dat wat nu wordt toegestaan tussen 23-24h langzaamaan praktijk gaat worden? Anders gezegd, hoe beperken we nu en op termijn de uitzonderingen tot gevallen van echte overmacht?

Rotterdam heeft ten behoeve van de klachtenbehandeling van burgers een meet- en waarnemingssyteem geïnstalleerd (Ranomos), waarmee actuele meetgegevens kunnen worden gekoppeld aan radarwaarnemingen zodat inzichtelijk wordt welke feitelijke hoeveelheid geluid welke vlucht genereert. Kan dit rekenmodel worden gevalideerd en geijkt?

Veiligheid: is het veiligheidsregiem vergelijkbaar met dat op andere luchthavens en Schiphol? Zuid-Holland heeft een uitwerking opgesteld met een 30 Ke-contour in relatie tot de 10-6-contour (zie brief van 20 juni 2001). Volgt de minister dit voorstel? Nu zitten gemeente, bewoners en de deelgemeente in de Commissie art28. Wil de minister erop toezien dat de deelgemeente daarvan deel blijft uitmaken?

Lelystad Airport

De toekomstplannen voor de luchthaven Lelystad onderscheiden zich in fase 1 en 2. Beide fases zijn nodig om de luchthaven uit te laten groeien tot zakenluchthaven, niet van de omvang van een regionaal vliegveld maar wel voldoende om ruimte te bieden aan groei van de kleine luchtvaart afkomstig van Schiphol en andere luchthavens. Deze aanwijzing betreft nu alleen fase 1.

De vraag is wanneer de regering een besluit gaat nemen over de verkeersleiding en de instrumentprocedures voor het vliegveld Lelystad. Hierdoor kan vooruitlopend op fase 2 de veiligheid worden verbeterd en de geluidsoverlast van de kleine luchtvaart afnemen door hogere routes. De exploitant heeft aangegeven groot belang te hechten aan het structureel in gebruik nemen van ILS en Verkeersleiding. Volgens de minister zijn er juridische belemmeringen. Zijn die weg te nemen of snel te doorlopen? Wij gaan niet voorbij aan hetgeen juridisch noodzakelijk en onontkoombaar is maar hier dreigt de formaliteit de rationaliteit te overstijgen, want een situatie van minder overlast en minder risico kan daardoor niet worden bereikt. Hier liggen ook morele verantwoordelijkheden van minister en Kamer, zo geeft de geschiedenis aan. Ook het feit dat én exploitant én omgeving snel de nieuwe situatie willen bereiken, geeft ook al aan dat de minister nu al het mogelijke moet doen om het besluit te versnellen. Daartoe roepen wij haar op!