Bevolkingsgroei voor twee derde allochtoon
Op 1 januari 2001 woonden er bijna 1,5 miljoen niet-westerse allochtonen in ons land, zo blijkt uit cijfers van het Centraal Bureau voor de Statistiek. Twee derde van de totale bevolkingsgroei in de afgelopen vijf jaar bestaat uit allochtonen. Van de vier grootste groepen zijn vooral de Antillianen en Arubanen snel in aantal toegenomen. Het percentage allochtonen varieert sterk tussen de gemeenten. In Den Haag wonen allochtonen het meest geconcentreerd in bepaalde wijken.
Twee derde van de bevolkingsgroei bestaat uit allochtonen De afgelopen vijf jaar is het aantal niet-westerse allochtonen met ruim 300 duizend gegroeid. De totale bevolkingsgroei van Nederland bedroeg in deze periode bijna 500 duizend. Twee derde van de totale bevolkingsgroei bestond dus uit niet-westerse allochtonen. Iets meer dan de helft van de groei van het aantal niet-westerse allochtonen kan aan immigratie worden toegeschreven, iets minder dan de helft aan geboorte. Doordat niet-westerse allochtonen sterker in aantal toenemen dan de rest van de bevolking, stijgt hun aandeel in de bevolking. In 1996 bedroeg het aandeel niet-westerse allochtonen 7,6 procent, nu is dat 9,3 procent.
Vooral aantal Antillianen sterk gegroeid
De vier grootste groepen niet-westerse allochtonen worden gevormd door Turken (320 duizend), Surinamers (309 duizend), Marokkanen (273 duizend) en Antillianen en Arubanen (117 duizend). Deze vier groepen tezamen vormen de meerderheid van de niet-westerse allochtonen. De grootste procentuele groei deed zich de afgelopen vijf jaar voor bij de Antillianen, als gevolg van een relatief omvangrijke immigratie. Het aantal Antillianen en Arubanen is nu ruim een derde hoger dan vijf jaar geleden.
Sterke concentratie in grote gemeenten
Het aandeel allochtonen in de bevolking varieert sterk tussen gemeenten. In de drie grote gemeenten ligt het percentage rond de dertig. Daar staan ongeveer 200 gemeenten tegenover met minder dan twee procent allochtonen. In slechts 45 van de ruim 500 Nederlandse gemeenten ligt het percentage niet-westerse allochtonen boven het landelijk gemiddelde. Dit zijn vooral gemeenten met meer dan 50 duizend inwoners.
Vooral Surinamers wonen sterk geconcentreerd in de grote steden. Meer dan de helft van de Surinamers woont in een van de drie grote steden. Turken en Antillianen wonen meer gespreid over Nederland.
In Den Haag wonen allochtonen het meest geconcentreerd Behalve een concentratie van allochtonen in een aantal gemeenten, is er binnen gemeenten ook sprake van concentratie in bepaalde wijken. Vooral in Den Haag is er een groot verschil tussen de percentages allochtonen in de verschillende wijken. In Utrecht en Amsterdam wonen niet-westerse allochtonen meer gespreid dan in Rotterdam en Den Haag. In de vier grote steden wonen Surinamers en Antillianen meer gespreid dan Turken en Marokkanen. Een uitzondering vormt Amsterdam, door de relatief hoge concentraties van Surinamers en Antillianen in de Bijlmermeer.
Technische toelichting
Tot de allochtonen wordt iedereen gerekend van wie ten minste één van de ouders in het buitenland is geboren. Onder niet-westerse herkomst wordt verstaan: Afrika, Azië (exclusief Japan en het voormalig Nederlands-Indië of Indonesië), Latijns-Amerika en Turkije. Waar in dit persbericht wordt gesproken over allochtonen, wordt uitsluitend gedoeld op niet-westerse allochtonen.