Woonbond Persbericht
Huurdersorganisaties kritisch over experiment
Presentatie Woonruimteverdeling KAN als wonderolie
Huurdersorganistaties uit de Regio Arnhem Nijmegen zijn ongelukkig met de
wijze waarop het KAN Regiobestuur donderdag 27 september de resultaten van
het experiment woonruimteverdeling presenteert. Het Regiobestuur doet dit
onder de titel "De balans is gevonden". De presentatie dient volgens de
huurders alleen maar als wonderolie voor de introductie van de nieuwe aanpak
van de woonruimteverdeling. Zij wijzen erop dat die aanpak zeer nadelig
uitwerkt voor de lagere inkomens. De huurdersorganisaties zijn dan ook tegen
het schrappen van het inkomenscriterium bij de toewijzing van woningen.
Samen met de Nederlandse Woonbond pleiten zij ervoor om het experiment door
te laten lopen. Pas als duidelijk is dat de nadelige effecten voor de lagere
inkomens niet structureel zijn, kan de woningtoewijzing worden vrijgegeven.
Het Regiobestuur weigert tot nu toe de bezwaren van huurderskant serieus te
nemen. Tekenend is dat het pro-gramma van de 27e geen enkele ruimte biedt
voor kritische kanttekeningen.
Het regio bestuur wil als enige criterium voor de toewijzing van woonruimte
de inschrijvingsduur of woonduur gaan hanteren. Men wil geen rekening meer
houden met het inkomen van woningzoekenden. Met de gezinsgrootte van
woningzoekenden wil men alleen rekening houden waar het om 5-kamerwoningen
gaat. Volgens de huurdersorganisties is dit onverantwoord. Uit de tot nu toe
met het experiment opgedane ervaringen blijkt namelijk dat de hogere
inkomens ruim toegang krijgen tot de goedkope en betaalbare huurwoningen,
hetgeen ten koste gaat van de huis-vestingsmogelijkheden voor lagere
inkomens.
De lagere inkomens kregen een kwart minder woningen in zowel de categorie
goedkope (tot f 600,-) als betaalbare woningen (f 600,- tot f 700,-). Zeer
verontrustend is de forse verschuiving binnen het totaal aantal
toewijzingen. De lagere inkomensgroepen kregen namelijk via het experiment
172 woningen minder toegewezen vergeleken met de oude methode. Op jaarbasis
is dit een daling van 12,3 procent. Te vrezen valt dat deze verdringing niet
zozeer een tijdelijk als wel een structureel karakter heeft.
Amsterdam, 25 september 2001
Nummer: U01.700