Ministerie van Financien


Directoraat-generaal voor fiscale zaken, Directie wetgeving verbruiksbelastingen

Regeling van 13 september 2001, nr. WV2001/503M, Stcrt. Nr. 181

De staatssecretaris van Financiën,

Handelend in overeenstemming met de minister van Economische Zaken en de minister van
Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer;

Gelet op artikel 36p, zesde lid, van de Wet belastingen op milieugrondslag;

Besluit:

Artikel I

In artikel 8n, vierde lid, van de
Uitvoeringsregeling belastingen op
milieugrondslag worden, onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel c door een puntkomma, na onderdeel c twee nieuwe onderdelen toegevoegd, luidende:


d. ter zake van een PV-systeem als bedoeld in onderdeel 3010 van bijlage I bij de
Uitvoeringsregeling energiepremies voor
1 januari 2001 subsidie is verleend op grond van het Besluit subsidies energieprogramma's;


e. ter zake van een PV-systeem als bedoeld in onderdeel 3010 van bijlage I bij de
Uitvoeringsregeling energiepremies op of na
1 januari 2001 subsidie is verleend op grond van het Besluit subsidies energieprogramma's publicaties BSE 1999-V 1), bijlage 1, Tender PV-GO! 1999 of BSE 2000-III 2), onderdeel A3 Tenderregeling PV-GO!.

.....


1) Stcrt. 1999, 225.



2) Stcrt. 2000, 116, gewijzigd bij Stcrt. 2000, 220.

Artikel II


1. De ministeriële regeling van 9 augustus 2001, WV 2001/446M (Stcrt. 156), tot wijziging van de Uitvoeringsregeling belastingen op milieugrondslag, wordt ingetrokken;


2. Deze regeling treedt in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt geplaatst;


3. In afwijking van het tweede lid treedt artikel I in werking met ingang van 1 januari 2002 met dien verstande dat deze regeling uitsluitend van toepassing is op apparaten en voorzieningen die op of na 1 januari 2002 zijn aangeschaft.

Deze regeling zal met de toelichting in de Staatscourant worden geplaatst.

De Staatssecretaris van Financiën,

Toelichting

Inleiding

Deze regeling strekt ertoe een verfijning aan te brengen in de regeling van 9 augustus 2001 die is gepubliceerd in de Staatscourant van 15 augustus 2001 (nr. 156) en die strekte tot wijziging van artikel 8n, vierde lid, van de Uitvoeringsregeling belastingen op
milieugrondslag (WV 2001/446 M). Daartoe wordt laatstgenoemde regeling ingetrokken (artikel II, eerste lid).

Wijziging van artikel 8n, vierde lid, van de Uitvoeringsregeling belastingen op
milieugrondslag

In voorgaande jaren was het in bepaalde gevallen mogelijk subsidie voor PV-systemen te verkrijgen op grond van het Besluit subsidies
energieprogramma's (BSE). Een aantal van deze subsidies is verleend terwijl de
projectrealisatie pas dit jaar plaatsheeft. Deze subsidies zijn toegezegd zonder dat rekening is gehouden met de invoering van subsidiëring via de energiepremieregeling. Inmiddels is gebleken dat het mogelijk is om een energiepremie te ontvangen terwijl er eveneens op grond van het BSE een subsidie is toegezegd. Om deze cumulatie van subsidies te voorkomen is in het vierde lid, onderdeel d, bepaald dat geen verzoek om toekenning van een energiepremie kan worden gedaan indien reeds in het kader van
vorengenoemde subsidieregeling (BSE) subsidie is verleend vóór 1 januari 2001.

In onderdeel e wordt daarnaast bepaald dat voor twee onderdelen van het Besluit Subsidies Energieprogramma's geen verzoek om toekenning van een energiepremie kan worden gedaan wanneer BSE-subsidie is verleend op of na 1 januari 2001. Het betreft tenderregelingen, waarvoor de inschrijving vóór 1 januari 2001 gesloten was, maar waarvoor de subsidieverleningen deels vóór
1 januari 2001, deels na 1 januari 2001 hebben plaatsgevonden of nog zullen plaatsvinden. Ingevolge onderdeel e wordt de uitvoerder van de subsidieregeling in het kader van het BSE de mogelijkheid geboden alle aanvragen in het kader van deze twee tenderregelingen gelijk te behandelen.

Inwerkingtreding

Ingevolge artikel II treedt deze regeling in werking met ingang van de tweede dag na de dagtekening van de Staatscourant waarin zij wordt gepubliceerd. Artikel I daarentegen treedt in werking met ingang van 1 januari 2002 met dien verstande dat de regeling niet van toepassing is op apparaten en voorzieningen die vóór 1 januari 2002 zijn aangeschaft. Voor apparaten en voorzieningen geldt overigens op grond van artikel 8n, tweede lid,
Uitvoeringsregeling belastingen op
milieugrondslag dat een verzoek moet worden gedaan binnen 13 weken na aanschaf.

De branche zal via de gebruikelijke kanalen worden geïnformeerd over de in deze regeling opgenomen wijzigingen.

De Staatssecretaris van Financiën,