Besluitenlijst
Vergadering college van b. en w. 11 september 2001
College plaatst kanttekeningen bij ontwerp-streekplan "Brabant in
balans"
Het Oosterhoutse college van b. en w. onderschrijft van harte de
principes die ten grondslag liggen aan het ontwerp-streekplan "Brabant
in balans". Dat blijkt uit een concept-reactie van het gemeentebestuur
op het ontwerp-streekplan. Het streekplan geeft een visie op de
ruimtelijke ontwikkeling op hoofdlijnen van de provincie tot het jaar
2020. Hoofddoel van het streekplan is dat in de toekomst zorgvuldiger
zal worden omgesprongen met de in Brabant nog aanwezige ruimte.
B. en w. constateren dat de vijf leidende principes uit het ontwerp -
streekplan de "lagenbenadering", zuinig ruimtegebruik, concentratie
van verstedelijking, zonering voor het buitengebied en
grensoverschrijdend denken en handelen ook al gehanteerd zijn bij de
opstelling van de "eigen" Stadsvisie, waarin een beeld geschetst wordt
van de gewenste ontwikkeling van Oosterhout in de periode tot 2015.
Desondanks hebben burgemeester en wethouders op een aantal punten
opmerkingen bij de uitwerking van deze principes voor de positie van
Oosterhout:
de thans bestaande stadsregio Breda waarvan naast Breda ook
Oosterhout en Etten-Leur deel uitmaken wordt opgeknipt. Etten-Leur
gaat deel uitmaken van de regio Breda-Bergen op Zoom en Oosterhout
van de regio Breda-Tilburg. Oosterhout is er geen voorstander van
de band met Etten-Leur los te laten, omdat de stadsregio zich de
afgelopen jaren ontwikkeld heeft tot één samenhangend woon- en
werkgebied. "Zo heeft de stadsregio in de Vinex-akkoorden een
gezamenlijke taakstelling voor woningbouw toebedeeld gekregen,
vindt op het gebied van bedrijvigheidsontwikkeling afstemming
plaats en wordt gewerkt aan een hoogwaardige
openbaar-vervoerverbinding tussen de drie kernen", aldus het
college. Aan de andere kant ziet het college, gezien de
onmiddellijke nabijheid van Dongen en Gilze en Rijen, ook wel iets
in het versterken van de relatie met het gebied richting Tilburg.
Dus, aldus b. en w., zou in het streekplan de huidige stadsregio
behouden moeten blijven, terwijl ook in de richting van Tilburg
gekeken moet worden;
een kritische benadering van de bouwcapaciteit in Brabant mag er
niet toe leiden dat een streep gehaald wordt door de voltooiing van
het, door de provincie overigens goedgekeurde, uitbreidingsplan
Vrachelen;
de bedrijventerreinen Weststad 3 en Everdenberg zijn op de
plankaart ten onrechte niet vermeld;
het college heeft vraagtekens bij de doelstelling om het
ruimtegebruik voor bedrijvigheid met niet minder dan dertig procent
in te korten;
het noordelijk deel van het kanaleneiland (deel van het
plan-Zwaaikom) en het gehele Markkanaaleiland (centrumgebied
Vrachelen) zijn opgenomen in de groene hoofdstructuur, terwijl er
woningbouw is geprogrammeerd;
de aanduiding van de groene hoofdstructuur in Vrachelen 3 is
onduidelijk;
er zit verschil tussen de plankaart en andere kaarten uit het
streekplan waar het de aanduiding van de ecologische
verbindingszone langs het Mark- en Wilhelminakanaal betreft;
het kerkdorp Oosteind, inclusief een strook ten noorden en ten
zuiden ervan, is toch weer aangeduid als vestigingsgebied voor
glastuinbouw, alle protesten tegen eerdere pogingen hiertoe ten
spijt;
het college heeft opmerkingen bij de in het streekplan opgenomen
voornemens rond het railverkeer. Versterking van het
"Brabantstadspoor" leidt tot een intensivering van het gebruik van
de spoorlijn die door Dorst loopt, terwijl aan de andere kant er
met geen woord gerept wordt over een mogelijke aansluiting van
Oosterhout-stad op het (personen)spoornet;
b. en w. bespeuren verder in het streekplan een provinciale neiging
om zich wel erg veel met het ruimtelijk beleid van gemeenten te
bemoeien. "Waar dit is ingegeven door de noodzaak tot het
respecteren en het versterken van wezenlijke kwaliteiten van
Brabant is dat alleszins gerechtvaardigd. Echter, het mag niet gaan
doorslaan naar een vergaande bemoeizicht op aspecten die de
gemeenten zeer wel zelf kunnen bewaken en behartigen", aldus b. en
w. Als mogelijk voorbeeld noemt het college de voorgestelde
instelling van een provinciale Commissie Beeldkwaliteit ter
beoordeling van de kwaliteit van ter goedkeuring aan de provincie
voor te leggen ruimtelijke ontwikkelingen;
De concept-reactie op het ontwerp-streekplan zullen burgemeester en
wethouders overigens eerst nog bespreken met de commissie Ruimtelijke
Ordening en Verkeer.
"Om niet in gebruik geven pand Vrachelsestraat voordeliger voor
gemeente"
Het is voor de gemeente Oosterhout voordeliger geweest het pand
Vrachelsestraat 41 "om niet" in gebruik te geven aan de Stichting
Klimop dan het aan diezelfde stichting te verhuren.
Burgemeester en wethouders antwoorden dat op nadere vragen van de PvdA-fractie over het gebruik van het pand Vrachelsestraat 41 door de heer F.C. Gerbrands, tevens wethouder te Oosterhout. De raad van Oosterhout kocht dit pand in 1997 van de Stichting Klimop aan, met de bedoeling daar ooit een deel van het nieuwbouwplan Vrachelen 4 te realiseren. Het pand werd vervolgens in gebruik gegeven bij de stichting; dat gebruik werd in 1998 nogmaals door het college verlengd. In april van dit jaar besloot het college het pand niet meer nodig om plaats te maken voor woningbouw vanwege veranderingen in de planopzet van Vrachelen 4 openbaar te verkopen.
In antwoord op vragen van de PvdA merken b. en w. op dat een dergelijke overeenkomst voor het gebruik om niet, zoals gesloten met de Stichting Klimop, gebruikelijk is. "De gemeente heeft er immers belang bij om leegstand en verval te voorkomen van de haar toebehorende woningen. Daardoor behouden deze hun marktwaarde. Dit geldt nog sterker bij woningen waarvan de feitelijke bestemming gedurende lange tijd onzeker zal zijn. Het sluiten van een huurovereenkomst is voor dit tijdelijk gebruik een ongeschikt middel. De positie van de huurder is immers wettelijk beschermd. Die huurbescherming strekt zover dat de gemeente het aangekochte pand bij verkoop dan niet in ontruimde staat kan leveren. Dat gaat ten koste van de verkoopprijs. Het sluiten van een huurovereenkomst werkt derhalve financieel nadelig uit voor de gemeente", aldus b. en w.
De PvdA wilde verder weten waarom het college tot het oordeel kwam dat
het voortgezet gebruik niet in strijd was met artikel 15 van de
Gemeentewet, terwijl uit een VNG-advies blijkt dat dat juist wél het
geval was. Artikel 15 verplicht ontheffing van Gedeputeerde Staten te
vragen op het moment dat de gemeente een pand verhuurt aan een
raadslid.
Daarop antwoorden b. en w. dat ze bij verschillende instanties advies
hebben gevraagd, niet alleen bij de VNG, maar ook bij de extern
deskundige jurist mr Overwater. Deze laatste komt tot de conclusie dat
er geen sprake is van een huurovereenkomst (en dus geen ontheffing
nodig is), omdat de overeenkomst is aangegaan met Stichting Klimop en
niet met de individuele persoon van de heer F. Gerbrands. De VNG was
hiervan wel uitgegaan, omdat de heer Gerbrands enig
bestuurslid/voorzitter van de stichting is. De andere extern adviseur,
mr Overwater, is echter, naar het oordeel van het college terecht, van
mening dat die veronderstelling juridisch onhoudbaar is, omdat de
natuurlijke persoon van de heer Gerbrands niet zonder meer gelijk mag
worden gesteld met de rechtspersoon van de stichting. Bovendien is de
overeenkomst van 14 oktober 1999, waarin het gebruiksrecht werd
verlengd, nimmer door de heer Gerbrands ondertekend. En tenslotte kan
de heer Gerbrands als natuurlijk persoon niet beschikken over dat deel
van de koopsom ( 150.000) dat bij de gemeente in depot is gezet.
Overigens wijzen b. en w. er in de beantwoording van de vragen verder
op dat voor het gebruik van de Vrachelsestraat 41 geen vergoeding aan
de gemeente is betaald.
B. en w. vragen raad percelen De Wijsterd te verkopen
De gemeenteraad wordt gevraagd drie woon/werkkavels op bedrijvenpark
De Wijsterd te verkopen. Het gaat dan om:
een perceel van 1750 m² aan het Goorke, te verkopen aan Huntink
Engeneering en Consultancy. Dit bedrijf ontwikkelt, ontwerpt en
bouwt machines die ter plaatse verschillende testen en duurproeven
moeten doorstaan. Bij het bedrijf zijn vier personen werkzaam. De
grondprijs bedraagt 250 ( 113,45) per m²;
een perceel van 1300 ² aan de Max Havelaardreef aan PC Corner. Dit
bedrijf ontwikkelt hardware en software en assembleert pcs. Vanuit
de nieuwe vestiging in Oosterhout zal ook de centrale inkoop worden
gedaan voor de andere vestigingen in Tilburg en Oss. Momenteel
werken er vijf personen bij het bedrijf, terwijl een verdere groei
verwacht wordt. Verkoop aan particulieren vanuit de nieuwe locatie
in Oosterhout is contractueel uitgesloten. Ook hier bedraagt de
verkoopprijs 250 ( 113,45) per m²
De Poort Dongen BV wil een perceel van 1252 m² aan het Goorke
kopen, tegen eveneens een prijs van 250 ( 113,45) per m². Het
bedrijf zal op De Wijsterd onderbrengen een ontwerpstudio (ten
behoeve van aanvragen van binnenhuisarchitecten, aannemers en
woningcorporaties), een glaskunstatelier en de administratie van
het totale bedrijf. De overige werkzaamheden van het bedrijf
inclusief showroom blijven plaatsvinden in de vestiging in Waspik.
B. en w. formuleren bestuursopdracht renovatie stadhuis
Het college van b. en w. heeft de bestuursopdracht voor de gedeeltelijke renovatie en verbouwing van het stadhuis aan het Slotjesveld vastgesteld. Doel van dit project is te komen tot een beperkt, maar doelmatig programma van eisen. Aan de hand van dit programma van eisen kan de raad vervolgens een krediet worden gevraagd voor de renovatie/verbouw van het stadhuis. In de Perspectiefnota is hiervoor een investering van 15 miljoen ( 6.806.703) gereserveerd.
Het gaat overigens om een beperkte aanpassing van het stadhuis,
waarbij:
de meest noodzakelijke bouw- en installatietechnische ingrepen
worden uitgevoerd;
enkele noodzakelijke arbo-voorzieningen worden getroffen;
een aanzet wordt gegeven voor invoering van het idee van
Overheidsloket 2000 door een concentratie van de ontvangstruimten
voor de gemeentelijke klanten en een proefproject met
kantoorinnovatie;
de uitstraling van het gebouw wordt verbeterd;
een beperkt aantal bouwkundige aanpassingen en interne verhuizingen in het kader van de herstart wordt doorgevoerd.
Dit alles moet erin resulteren dat de komende zeven tot negen jaar in
ieder geval de dienstverlening naar de burgers en het werkklimaat op
een acceptabel niveau komt, in afwachting van een definitieve keuze
voor ingrijpende verbouwing of nieuwbouw.
Het programma van eisen zal daarnaast verder ingaan op het gewenst
niveau van duurzaam bouwen en energiebesparing.
De planning voorziet erin dat de raad in januari 2002, aan de hand van
het programma van eisen/voorlopig ontwerp, een besluit over het
krediet kan nemen.
Oosterhout, 14 september 2001