UNICEF

Unicef-jaarrapport maakt balans op van 'Doelen voor 2000'

Datum uitgave: 13-09-2001

Laatste nieuws, redactie Unicef: Vanwege de tragische gebeurtenissen in de Verenigde Staten van 11 september j.l., is de VN-Kindertop uitgesteld. De presentatie van 'The State of the World's Children 2002' is afgelast. Zie ook de Mededeling aan de redacties d.d. 13 september 2001. Hieronder volgt het oorspronkelijke persbericht, opgesteld begin september.

Jaarrapport maakt balans op van Doelen voor 2000

UNICEF: WERELDLEIDERS MAKEN BELOFTEN NIET WAAR

Den Haag, 13 september 2001 De beloften die de verzamelde wereldleiders in 1990 deden aan de kinderen van deze wereld, zijn grotendeels niet waargemaakt. Dat concludeert Unicef vandaag in zijn jaarrapport The State of the Worlds Children 2002. Nog steeds sterven jaarlijks meer dan 10 miljoen kinderen aan ziekten die voorkomen hadden kunnen worden. Het aantal kinderen dat kan beschikken over veilig drinkwater, is nog steeds veel te klein. Op verschillende terreinen is wel vooruitgang geboekt: met name wat betreft ondervoeding, kindersterfte als gevolg van diarree en het uitroeien van polio. Het rapport verschijnt aan de vooravond van de VN Kindertop, die moet leiden tot een nieuw actieplan voor kinderen. Unicef roept de deelnemende landen op zich te revancheren voor de gebroken beloften en gemiste kansen van de afgelopen tien jaar.

Ondanks de vele sombere kanttekeningen, is er sinds de Wereldtop voor Kinderen in 1990 wel degelijk vooruitgang geboekt op een aantal terreinen. In de negentiger jaren is het gebrek aan vitamine A en jodium sterk gereduceerd, waardoor bij miljoenen kinderen respectievelijk blindheid en een vertraagde geestelijke ontwikkeling wordt voorkomen. De ziekte polio is wereldwijd bijna totaal uitgeroeid: zelfs in de meest afgelegen gebieden hebben de afgelopen jaren inentingscampagnes tegen polio plaatsgevonden. Ook het aantal gevallen van mazelen en diarree, belangrijke oorzaken van kindersterfte, is spectaculair gedaald.

Minimale vooruitgang
Toch zijn kinderen anno 2001 niet veel beter af dan in 1990. In 1990 was afgesproken dat de sterfte onder babys en kinderen tot 5 jaar in 2000 met 33% zou moeten zijn verminderd. Echter, de sterfte onder deze leeftijdsgroep is slechts met 14% teruggedrongen. Op het gebied van immunisatie lijkt geen vooruitgang te zijn geboekt: net als in 1990, krijgt wereldwijd een kwart van alle kinderen geen standaard-inentingen. Dit betekent dat circa 30 miljoen kinderen niet de kans krijgen om op te groeien tot gezonde mensen. Wat betreft drinkwater en adequate sanitaire voorzieningen is de vooruitgang veel te klein geweest. In 1990 spraken de regeringsleiders met elkaar af dat in 2000 iedereen hierover zou moeten beschikken. Weliswaar zijn de percentages mensen die gebruik kunnen maken van deze basisvoorzieningen iets gestegen (met respectievelijk 3% en 5%), maar nog steeds hebben 1,1 miljard mensen geen veilig drinkwater. En 2,4 miljard mensen, met name in Azië, ontberen iedere vorm van sanitaire voorziening.
Oorlogen, armoede en de enorm snelle verspreiding van HIV/aids eisen hun tol. Maar Unicef constateert ook een gebrek aan leiderschap. Niet alleen van regeringen in ontwikkelingslanden, maar ook van het Westen met de alsmaar dalende budgetten voor ontwikkelingssamenwerking.

Investeringen in de toekomst
Unicef pleit bij de VN Kindertop, van 19 tot en met 21 september in New York, voor gerichte investeringen in gezondheidszorg en onderwijs, met name voor meisjes. Dergelijke investeringen betalen zichzelf dubbel en dwars terug. Uit onderzoek blijkt dat meisjes die onderwijs hebben genoten, een betere gezondheid hebben, beter bestand zijn tegen uitbuiting en misbruik, op latere leeftijd trouwen en minder kinderen voortbrengen dan hun leeftijdgenoten die niet naar school zijn geweest. Maar ook het Westen moet een bijdrage leveren door de schuldenlast voor de armste landen sterk te verminderen en het percentage voor ontwikkelingssamenwerking structureel te verhogen.

De State of the Worlds Children 2002 roept niet alleen regeringsleiders, maar personen en organisaties uit alle geledingen van de maatschappij op om hun verantwoordelijkheid te nemen. Verschillende goede voorbeelden bewijzen dat het mogelijk is de situatie van kinderen te verbeteren. Zo heeft de regering van Malawi alle schoolgelden voor het basisonderwijs afgeschaft, waardoor de schooldeelname explosief is gestegen. Diverse farmaceutische bedrijven zijn onlangs begonnen met het verlagen van de prijs voor meerdere aidsmedicijnen en tonen daarmee een vorm van sociale verantwoordelijkheid. Het Unicef-jaarrapport roept iedereen op om visie en leiderschap te tonen: de beloften uit 1990 die anno 2001 niet zijn waargemaakt, mogen de komende tien jaar niet opnieuw worden gebroken.


* * * * *