Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport


Regionale aanpak van wachtlijsten jeugdzorg

De basis voor het aanpakken van de wachtlijsten in de jeugdzorg is het maken van regionale plannen met duidelijke en controleerbare afspraken. Dat adviseert de Commissie wachtlijsten jeugdzorg ( commissie-Peer) in het rapport 'Het zal je kind maar wezen' dat op 6 september 2001 aangeboden werd aan staatssecretaris Vliegenthart.

Grote wachtlijsten bij de Bureaus Jeugdzorg (4000 jongeren) en Advies- en Meldpunten Kindermishandeling (2000 meldingen) hebben tot gevolg dat veel jongeren lang moeten wachten op hulp. Deze hulpinstanties hebben te weinig menskracht om aan de stijgende hulpvraag te voldoen.

In de regio's zijn onacceptabele wachtlijsten voor ambulante hulp, daghulp en landelijk werkende internaten, vindt de commissie. Dit leidt tot ernstige gevolgen voor jongeren. Op korte termijn is er 64 miljoen gulden nodig, waarvan 30 miljoen al beschikbaar is gesteld door het kabinet.

De commissie beveelt aan dat elke regio een duidelijk plan opstelt om de wachtlijsten te verkorten. Daarin moet staan welke jongeren het eerst geholpen worden en hoe het extra geld besteed wordt. Een landelijke taskforce moet deze plannen beoordelen en de voortgang bewaken.

De commissie aanpak wachtlijsten jeugdzorg bestond uit dhr. E.F.L. Peer (voorzitter), mw A.G.M. van de Vondervoort en dhr. G.J. Schutte.

Eindrapport commissie-peer over jeugdzorg 1. Eindrapport commissie-peer over jeugdzorg
Persbericht, 6-9-2001

Rapport van de Commissie Wachtlijsten Jeugdzorg 2. Rapport van de Commissie Wachtlijsten Jeugdzorg
Rapport, 6-9-2001