De afdeling topsportgeneeskunde bij Universitair Medisch Centrum Utrecht
kan de komende jaren blijven bestaan. Het bestuur van UMC Utrecht, de
sportkoepel NOC*NSF en het ministerie van VWS hebben hierover dinsdag
overeenstemming bereikt op basis van een structuur- en beleidsplan van UMC
Utrecht. De drie partijen leggen tot en met 2004 jaarlijks elk 300.000
gulden op tafel. Het resterende bedrag tot de jaarlijks benodigde 1 à 1,2
miljoen gulden moet de afdeling 'uit de markt' halen, bijvoorbeeld via
behandeling van beroepssporters en buitenlandse sporters of door
sponsoring.
Vanaf 1 januari 2005 moet de afdeling geheel kostendekkend werken.
UMC Utrecht heeft de medewerkers van de afdeling topsportgeneeskunde dinsdagmiddag geinformeerd over het akkoord. De details worden de komende tijd verder uitgewerkt en besproken met de afdeling; het hoofd van de afdeling, de topsportarts Vergouwen, staat positief tegenover de voorgenomen investering in de afdeling en beraadt zich de komende twee weken over het voorstel. NOC*NSF vindt dat de afdeling zich wat betreft de topsporters moet richten op diagnostiek en behandeling, samenwerking met andere voorzieningen en medische ondersteuning tijdens Olympische Spelen. NOC*NSF atletencommissie staat ook positief tegenover het voorstel.
De afdeling dreigde gesloten te worden, omdat UMC Utrecht moet bezuinigen en niet meer voor de kosten kon opdraaien. NOC*NSF en het ministerie van VWS hechten uit het oogpunt van topsportbeleid echter zeer aan het voortbestaan van de afdeling waar veel topsporters medische zorg kunnen krijgen. Staatssecretaris Vliegenthart van VWS verstrekte eind vorig jaar al een overbruggingskrediet van 150.000 gulden; NOC*NSF legde toen ter overbrugging 100.000 gulden op tafel. Ook de atletencommissie NOC*NSF heeft aangedrongen op het voortbestaan van de faciliteit.
De bijdrage van NOC*NSF wordt gebruikt voor diagnostiek en behandeling van
door de sportkoepel aangewezen topsporters; staatssecretaris Vliegenthart
financiert met haar bijdrage praktijkrelevant onderzoek bij de afdeling.
Dat moet aansluiten bij de kabinetsnota sport, bewegen en gezondheid die
de staatssecretaris deze zomer heeft uitgebracht en het advies van de Raad
voor Gezondheidsonderzoek (RGO). UMC Utrecht betaalt het gebouw en de
overhead.
Binnenkort wordt apart overlegd over andere onderdelen van het
structuurrapport. Die hebben betrekking op de afdeling klinische
sportgeneeskunde en de mogelijkheid bij UMC Utrecht een hoogleraarsstoel
op het terrein van sportgeneeskunde te realiseren. UMC Utrecht wil beide
afdelingen - sportgeneeskunde en topsportgeneeskunde - voor de toekomst
behouden. Met het voorstel kan ook inhoud worden gegeven aan de onlangs
van NOC*NSF verkregen benaming 'Centre of Excellence' voor de afdeling
topsportgeneeskunde van UMC Utrecht.
Dit is een gezamenlijk persbericht van het Universitair Medisch Centrum
Utrecht, NOC*NSF en het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport