Gemeente Zwijndrecht

GEZAMENLIJKE FRACTIEVOORZITTERS STELLEN VOOR:
Geen raadplegend referendum
over burgemeestersbenoeming

Onlangs is de Gemeentewet op een aantal punten gewijzigd. Een van de wijzigingen maakt het mogelijk om in de procedure die leidt tot de benoeming van een nieuwe burgemeester, een zogenaamd burgemeestersreferendum in te voegen. Het betreft een raadplegend referendum, waarvoor ten minste dertig procent van de kiesgerechtigden hun stem moet uitbrengen. Bepaald is, dat de gemeenteraad zich moet uitspreken over het al dan niet houden van een dergelijk referendum. Gewoonlijk gebeurt dat tijdens de raadsvergadering waarin de profielschets wordt vastgesteld. Sollicitanten kunnen de consequenties van een raadplegend referendum dan immers in hun overwegingen meenemen.

Omdat de wijziging van de wet per 1 augustus jongstleden in werking is getreden, is de profielschets van Zwijndrecht aan de Commissaris van de Koningin aangeboden, zonder standpuntbepaling door de raad over een burgemeestersreferendum. De wetswijziging kent geen overgangsregeling. Dit betekent, dat in principe de nieuwe procedureregels ook gelden voor onze lopende benoemingsprocedure. Gevolg daarvan is dat de gemeenteraad van Zwijndrecht alsnog een besluit moet nemen over het al dan niet houden van een raadplegend referendum. Dit zal gebeuren tijdens een openbare raadsvergadereing op donderdag 6 september 2001.

Voorstel aan de raad
De raadsfracties hebben inmiddels overleg gevoerd. Bij dit overleg zijn ook twee leden uit de raad van Heerjansdam, die aan de vertrouwenscommissie zijn toegevoegd, betrokken geweest. Zij hebben zich niet gebogen over de vraag of het principe van een referendum goed of niet goed is. Zij zijn tot de conclusie gekomen dat een referendum in deze fase van de benoemingsprocedure niet opportuun en acceptabel is. Een aantal belangrijke argumenten worden daarvoor aangevoerd. Allereerst de onzorgvuldigheid naar de sollicitanten. Deze hebben namelijk gesolliciteerd in de veronderstelling, dat er géén referendum zal worden gehouden. Daarnaast is er nog veel onduidelijkheid over de procedure, bij zowel Rijk als de Provincie.

Op de tweede plaats is het houden van een referendum een tijdrovende zaak. Mede met het oog op de mogelijke samenvoeging met Heerjansdam, is vertraging van het in gang gezette proces, absoluut ongewenst. Het derde argument betreft het feit dat alleen inwoners van Zwijndrecht hun stem mogen uitbrengen, terwijl bij het opstellen van de profielschets de mogelijkheid van inspraak voor beide gemeenten opging. Dat zou dus een ongelijkheid betekenen.

Voorbehoud
De fractie van D66 vindt toepassing van het referendum ook in deze procedure gewenst en stelt voor wel een referendum te houden. Mocht de raad van Zwijndrecht toch besluiten tot een referendum, dan zullen de sollicitanten hierover door de Commissaris van de Koningin worden geïnformeerd. Hen wordt dan ook de gelegenheid geboden hun sollicitatie, in het licht van dit nieuwe gegeven, in te trekken.