Ingezonden persbericht

Brabantse Bolwerken
Een expositie in het kader van de Nederlandse Vestingstedendagen


1 september t/m 7 oktober 2001


Op 1 en 2 september a.s. worden in 's-Hertogenbosch de Nederlandse Vestingstedendagen georganiseerd. 's-Hertogenbosch staat daarbij geheel in het teken van een spectaculair historisch evenement waarbij bezoekers worden getrakteerd op demonstraties van hoe het er vroeger in militaire kringen aan toe ging. Zo zijn er toneel-, muziek- en theatervoorstellingen, ontmoetingen met verschillende historische figuren, presentaties van verschillende vestingsteden en nog veel meer. In Nederland zijn officieel 17 vestingsteden, waaronder maar liefst negen in de provincie Noord-Brabant. In het Noordbrabants Museum wordt parallel aan dit evenement een tentoonstelling gewijd aan voorstellingen van Brabantse bolwerken of bastions. Centraal staat de historische maquette van de stad 's-Hertogenbosch. Deze geeft de situatie weer zoals die aan het eind van de achttiende eeuw nog bestond. Later zijn de vestingwerken gesloopt.

De bekende kunstenaar Pieter Jansz Saendram (1597-1665) heeft enkele topografische gezichten van de vestingwerken van 's-Hertogenbosch getekend. Ze tonen de stad en de omwalling uit het zuiden en zuidwesten. Op de voorgrond zijn het bastion Vught en een vertakking van de rivier de Dommel weergegeven. Het silhouet van de stad wordt gedomineerd door de Sint-Jan, maar daarnaast zijn binnen de stadsmuren vele torens van kerken en kloosters zichtbaar. De op de stadswallen aanwezige molens zijn ook door Saenredam getekend.

Kunstenaars als Josua de Grave (ca. 1640-1712) en de gebroeders Valentijn en Barnardus Klotz (resp. 1645-1721 en onbekend) waren specialisten op dit gebied. Zij hebben ten tijde van Willem III's veldtochten door de zuidelijke Nederlanden veel plaatsen in deze streken in tekeningen vastgelegd.

De achttiende eeuw is in de tentoonstelling vertegenwoordigd met een aanzienlijk aantal bladen van twee van de meest vooraanstaande topografische tekenaars uit de eerste helft van de eeuw, namelijk Cornelis Pronk ( 1691-1795) en Jan de Beijer (1703-1780). In 1748 bezocht Pronk de omstreken van Bergen op Zoom om er de verwoestingen vast te leggen die tijdens het beleg van de stad door de Franse troepen van Löwenthal in 1747 waren aangericht. Waarschijnlijk zijn zij bedoeld geweest als illustratiemateriaal voor een toen niet gerealiseerde uitgave van een geschrift over het beleg. Vrijwel alle Brabantse tekeningen van De Beijer zijn in het oostelijke deel van Brabant te situeren.

Jan Bulthuis (1750-1801) tekende in 1793 het beleg van Willemstad, dat op 28 februari door de Franse veldmaarschalk Bernéron werd opgeëist. Op 1 maart begon de beschieting van de stad waarbij veel schade binnen de vesting werd veroorzaakt.

Josefus Augustus Knip (1777-1847) heeft in vier tekeningen het beleg van 's-Hertogenbosch door de Fransen in 1794 tot ontwerp gekozen. Deze niet-topografische tekeningen zijn jeugdwerken van Knip, gemaakt voor zijn vertrek naar Frankrijk in 1801. Zij zijn niet naar het leven getekend, maar later gereconstrueerd naar schetsen die waarschijnlijk onder wat rustiger omstandigheden zijn gemaakt.

Aan de redacties

Voor meer informatie en/of afbeeldingen kunt u contact opnemen met projectleider dr. Paul Huys Janssen, tel. 073 - 6877 811 of met Lucie Kuijpers, tel 073 - 6877 808 of per e-mail lkuijpers@noordbrabantsmuseum.nl

Dit bericht werd u toegezonden door:

Lucie Kuijpers
Noordbrabants Museum
Postbus 1004, 5200 BA 's-Hertogenbosch
tel. 073-6877808 / fax. 073-6877899