persbericht / nr. 1661
21-augustus-2001
Concurrentiekracht Nederlandse groenteteler laat op Britse markt te
wensen over
Voor Nederlandse telers van vruchtgroenten (tomaten, paprika's en
komkommers) is het belangrijk meer aandacht te schenken aan de
concurrentiepositie op exportmarkten. Duitsland is de voornaamste
exportmarkt gevolgd door het Verenigd Koninkrijk. Supermarktinkopers
in het Verenigd Koninkrijk vinden de concurrentiekracht van Britse en
Spaanse telers groter dan die van Nederlandse telers, vooral op het
gebied van duurzame ketenrelaties. Hechte relaties in de keten van
teler tot aan detailhandel zullen de komende jaren onontbeerlijk zijn.
Niet alleen in het Verenigd Koninkrijk, maar ook in Duitsland.
Daarnaast zal vooral in Duitsland een grote markt voor producten met
een lage prijs blijven bestaan.
Vooral de Britse consument heeft veel belangstelling voor gemak,
gezondheid en nieuwe productvariëteiten, terwijl de Duitse consument
in de supermarkt sterk op de prijs let. Britse levensmiddelenketens
richten zich op zoveel mogelijk toegevoegde waarde voor de klant en
stellen hoge kwaliteitseisen. De in Duitsland sterk vertegenwoordigde
discount-supermarkten (marktaandeel van eenderde) leggen daarentegen
de nadruk op kwaliteit tegen een zo laag mogelijke prijs. De doorgaans
wat luxere Britse supermarkten beschouwen de groenteafdeling als hun
visitekaartje met een ruim aanbod van verpakte convenience-artikelen
en kant-en-klaarsalades.
Het aanbod van vruchtgroenten op de Europese markt zal de komende
jaren naar verwachting nog licht groeien. Vooral de Spaanse
vruchtgroentenexport zal nog verder stijgen. Daarbij volgen de Spaanse
producenten steeds meer een ketenstrategie. Ook de tomatenexport
vanuit Marokko zal stijgen. Voor Marokkaanse producenten blijft een
lage kostprijs het belangrijkste wapen.
Voor de concurrentiekracht van de Nederlandse telers is het essentieel
een kansrijke productie- en afzetstrategie te kiezen. Voor een aantal
zal de kostprijsstrategie perspectief bieden. Dit zullen grotere
bedrijven moeten zijn, die met goed management hun schaalvoordelen
optimaal benutten. Voor de meeste bedrijven lijkt de ketenstrategie
het meeste perspectief te bieden. Dat houdt in dat zij hun teelt
optimaal moeten aanpassen aan de specifieke wensen van hun afnemers.
Daarmee leveren zij weliswaar een deel van hun beslissingsvrijheid in,
maar daar staan dan garanties voor afzet en prijs tegenover.
Dit zijn enkele van de belangrijkste conclusies vermeld in de brochure `Concurrentiekracht Glasgroente`. Deze brochure is het resultaat van onderzoek dat Praktijkonderzoek Plant & Omgeving (PPO) en LEI hebben verricht in opdracht van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en het Productschap Tuinbouw. In het onderzoek is de concurrentiepositie van Nederlandse glasgroentetelers op de Duitse en Britse markt bepaald ten opzichte van de concurrentie uit Spanje, Italië, Marokko en het Verenigd Koninkrijk. Belangrijke ontwikkelingen die de komende vijf jaren zullen plaatsvinden aan zowel de vraag- als aanbodkant zijn in kaart gebracht. Tenslotte worden de strategieën besproken, die voor Nederlandse telers het meeste perspectief bieden om in de internationale concurrentie sterk te blijven staan.