IP/01/1146
Brussel, 30 juli 2001
Commissie treedt op tegen Frankrijk, België, Duitsland, Italië, VK,
Griekenland, Spanje en Portugal met betrekking tot gegevens over
brandstofverbruik en CO2-emissies
De Commissie heeft besloten een met redenen omkleed advies (tweede
schriftelijke aanmaning) te zenden naar Frankrijk, België, Duitsland,
Italië, het Verenigd Koninkrijk, Griekenland, Spanje en Portugal
wegens het niet aannemen en mededelen van de teksten die nodig zijn om
een richtlijn uit 1999 over toegang van de consument tot gegevens over
brandstofverbruik en CO2-emissies(1)
ten uitvoer te leggen. Deze gegevens hebben betrekking op nieuwe
personenwagens. De richtlijn beoogt de consumenten te helpen om na te
denken over brandstofverbruik en CO2-emissies wanneer zij een nieuwe
auto kopen. De termijn voor het aannemen en mededelen van de teksten
was 18 januari 2001. De Milieucommissaris, Margot Wallström, zei in
dit verband: "Het is belangrijk dat consumenten nadenken over de
potentiële milieugevolgen van het kopen van een nieuwe auto. Ik zou
elk van deze lidstaten dringend willen verzoeken zo snel mogelijk de
nodige wettelijke maatregelen te nemen. Dit was wat zij beloofden toen
zij deze richtlijn ondertekenden."
Achtergrond
Aan elk van deze lidstaten werd in april van dit jaar een
schriftelijke aanmaning van de Commissie (eerste schriftelijke
waarschuwing) toegezonden. België en het Verenigd Koninkrijk
antwoordden en sloten bij hun antwoord de ontwerp-wetgeving voor het
omzetten van de richtlijn bij. Van de andere lidstaten werd nog geen
antwoord ontvangen.
Wettelijke procedure
Als hoedster van het EG-Verdrag moet de Commissie ervoor zorgen dat de
rechtsverplichtingen van het Verdrag en de uit hoofde van het Verdrag
vastgestelde wetgeving door de lidstaten worden nageleefd. De in dit
geval gevolgde procedure is gebaseerd op artikel 226 van het Verdrag,
dat de Commissie bevoegdheden verleent om gerechtelijke stappen te
ondernemen tegen een lidstaat die zijn verplichtingen niet nakomt.
Als de Commissie van oordeel is dat er sprake kan zijn van een inbreuk
op het Gemeenschapsrecht die het inleiden van een inbreukprocedure
rechtvaardigt, zendt zij een "schriftelijke aanmaning" aan de
betrokken lidstaat met het verzoek om vóór een bepaalde datum - in
principe, zoals in dit geval, binnen twee maanden - opmerkingen in te
dienen.
Gelet op het antwoord van de betrokken lidstaat of het ontbreken
daarvan kan de Commissie dan besluiten een "met redenen omkleed
advies" (of tweede schriftelijke aanmaning) aan de lidstaat te zenden,
waarin duidelijk en onherroepelijk de redenen worden uiteengezet
waarom de Commissie van oordeel is dat inbreuk op het
Gemeenschapsrecht is gemaakt en waarin de lidstaat wordt verzocht om
binnen een bepaalde periode (in principe twee maanden) de
voorschriften na te leven.
Als de lidstaat geen gevolg geeft aan het met redenen omkleed advies,
kan de Commissie besluiten de zaak voor het Europese Hof van Justitie
te brengen.
(1)
Richtlijn 1999/94/EG van het Europees Parlement en de Raad van 13
december 1999 betreffende de beschikbaarheid van consumenteninformatie
over het brandstofverbruik en de CO2-uitstoot bij de verbranding van
nieuwe personenauto's