Vakantie

26 juli 2001

De KNMG-voorzitterscolumn van voorzitter Ruud Hagenouw gepubliceerd in Medisch Contact op 26 juli 2001.

Ruud G.P. Hagenouw,voorzitter KNMG
Voorzitterscolumn Medisch Contact nr. 29/30-2001

Over de stilte op de Nederlandse wegen, maar ook over de relatieve rust in deze periode verbaas ik mij ieder jaar weer. Vanaf begin juli stopt het vergadercircuit en neemt het aantal poststukken af, om medio augustus weer op gang te komen. BV Nederland ligt zes weken stil. Problemen worden doorgeschoven tot na de vakantie, om dan te worden besproken in agendatechnisch moeizaam totstandgekomen afspraken. De terreur van de agenda bepaalt dan weer de voortgang van veel processen en hun prioriteiten. Het heeft er alle schijn van dat wat is blijven liggen, met voorrang moet worden afgehandeld.

Heeft ook de zorg collectief vakantie? Als je de krantenkoppen kritisch leest, zou je denken van wel. Ik geef een paar willekeurige voorbeelden. 'Trauma-ambulance nog onbemand' (Trouw). Staatssecretaris De Vries (BiZa) presenteerde de eerste drie trauma-ambulances. Het ministerie verzekert dat de wagens desnoods 'met geleend personeel' gaan rijden. Nog een voorbeeld: 'Personeel OK doet uren niets' (Arnhemse Courant). De prachtig verbouwde operatiekamers staan een deel van de week leeg. Niet vanwege personeelstekort maar vanwege verschil in operationele en strategische visie. Trouw maakt melding van afspraken in de zorg. Minstens één ziekenverzorgende per afdeling, permanent toezicht op huiskamers voor dementerenden, altijd een verpleeghuisarts oproepbaar. Het lijken mij goede afspraken. Maar dan vervolgt het artikel: 'In de zomer mogen verzorgings- en verpleeghuizen incidenteel afwijken van het zorgplan, dat hygiëne, eten en drinken, toiletgang, dagindeling en therapieën omvat.' Dergelijke afspraken zijn blijkbaar noodzakelijk omdat veel instellingen in de zomer door personeelstekorten moeilijk in staat zijn verantwoorde minimale zorg te leveren.
Ik kan zo nog wel even doorgaan. Maar ook ik begrijp dat voorbeelden niet altijd een waarheidsgetrouw beeld van de werkelijkheid geven. Velen houden in de vakantiemaanden de toch nog steeds uitstekende medische en verpleegkundige zorg in Nederland gaande. Toch maak ik mij zorgen. Juist in een periode die gekenmerkt wordt door relatieve rust, is het goed eens afstand te nemen van de dagelijkse beslommeringen. De toenemende zorgvraag, de meer medisch-technische mogelijkheden, het grotere appèl op de gezondheidszorg en een toenemend aantal klachten, de soms verstikkende bureaucratie en tegenstrijdige regelgeving. De vraaggerichte zorg in relatie tot het toekomstige artsen- en verpleegkundigentekort. Het begint erop te lijken dat we door de bomen het bos niet meer zien.

Enige weken geleden heb ik gedurende een korte vakantie kennisgemaakt met de Italiaanse gezondheidszorg. Ik zal u de details besparen. Maar van zeer nabij te maken krijgen met een spoedopname midden in de nacht, een laparotomie en een verblijf van enkele dagen in een perifeer Italiaans staatsziekenhuis, heeft mij wel aan het denken gezet.
Een klein ziekenhuis (250 bedden) in een landelijke omgeving. De eerste-hulpafdeling dag en nacht bemand door een chirurg in opleiding. Op iedere verpleegafdeling gedurende de dag, ook in het weekend, een afdelingsarts en uiteraard de noodzakelijke basisspecialisten en verpleegkundigen. Terzijde: het is in Italië toegestaan naast de praktijk in het ziekenhuis een privé-praktijk te voeren. Het ziekenhuis had verschillende opleidingsspecialismen in affiliatie met een nabijgelegen universiteitskliniek. Hoewel de wijze van verpleging, verzorging en communicatie anders plaatsvindt dan bij ons, vielen mij weer eens de voordelen op van een klein ziekenhuis. Korte lijnen, snelle communicatie en minder anonimiteit.
Terugkomend op het begin van mijn betoog. Kan het zijn dat wij in Nederland door het uitgebreide vergadercircuit, het maken van regels, het controleren van voorschriften of het niet durven stellen van prioriteiten en het fuseren van instellingen - waarbij fusie meer een doel dan een middel is geworden - geen tijd meer hebben voor de echte zorg? Kan het zijn dat degenen die nu leiding geven dit niet of onvoldoende kunnen doen omdat ze te druk bezig zijn met het naleven van of toezicht houden op allerlei regels? Komt daardoor nu juist niet de basiszorg in het gedrang?

Ik wil u een voorstel doen: geniet van uw vakantie, want iedereen heeft zo'n periode nodig om zich weer op te laden. Even afstand nemen, maar ook: tot bezinning komen. Denk dan tijdens het zwemmen of het bergbeklimmen, of op het terras, eens na over waar we in de gezondheidszorg mee bezig zijn. Misschien geeft dit inspiratie om er na de zomer met een andere blik weer tegenaan te gaan. Mag ik u uitnodigen? De vakantie is nog niet voorbij.

Ga naar : Nieuwspagina van de KNMG
Volgend artikel : Informatie aan ouders van minderjarige patiënten

© copyright KNMG 2001 home . index . email/adres . Artsennet