Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties

Nederland keurt vijf jongerenprojecten op de Nederlandse Antillen goed

Staatssecretaris G.M. de Vries (Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties) heeft vijf nieuwe jongerenprojecten op de Nederlandse Antillen goedgekeurd. Hij heeft hiervoor in totaal ruim 3,5 miljoen Antilliaanse gulden beschikbaar gesteld. De goedgekeurde projecten zijn onderdeel van het Urgentieprogramma Jeugd en Jongeren in de Nederlandse Antillen, dat tussen de regeringen van Nederland en de Nederlandse Antillen in juni 2000 is overeengekomen. De vijf projecten lopen twee jaar.

De Sabaanse stichting Child Focus krijgt 644,930 Antilliaanse gulden voor de uitvoering van het project Saban Youth, Saba's Future. In het plan krijgen ongeveer 150 leerlingen tussen 4 en 12 jaar vanuit de Sacred Heart basisschool naschoolse opvang en 70 leerlingen tussen 13 en 18 jaar van het voorbereidend beroepsonderwijs naschoolse activiteiten. Verder wordt een gedeelte van het beschikbare geld aangewend voor een jeugdcentrum voor jongeren in de leeftijd van 13 tot circa 21 jaar en voor opvoedingsondersteuning aan ouders met schoolgaande kinderen.

Op Sint Maarten gaat 1.120.000 Antilliaanse gulden naar het project Jump Start, dat tweede kans onderwijs biedt aan jongeren in de leeftijd van 16 tot 24 jaar. Naast het aanbieden van een leer/werktraject aan 40 jongeren is een van de belangrijkste activiteiten in het eerste (proef)jaar, het uitvoeren van een behoeftenonderzoek. Zo wordt nagegaan welke sectoren belangstelling hebben voor lokaal opgeleid personeel en welke sectoren en bedrijven bereid zijn een stageplek aan te bieden. Het aantal leerlingen dat op Sint Maarten vroegtijdig het basis- of vervolgonderwijs verlaat (de zgn. dropouts) wordt geschat op 45 procent. Het aantal kinderen dat jaarlijks blijft zitten wordt geschat op 20 procent. Het betekent dat het aantal jongeren tot 25 jaar, dat zonder noemenswaardige vaardigheden of kwalificaties het basisonderwijs of het vervolgonderwijs verlaat, aanzienlijk is. Door het aanbieden van tweede kans onderwijs op Sint Maarten worden de perspectieven van de doelgroep vergroot. Financiering van het tweede jaar is afhankelijk van de resultaten die in het eerste jaar worden behaald. Overeenkomstig het akkoord van juni 2000 moeten tijdens het eerste jaar 75 procent van de 40 deelnemers een leer/werktraject hebben afgerond. De uitvoerende organisatie van Jump Start is de stichting WAVE (Winward Island Foundation for the Advancement of Vocational Education) in samenwerking met het opleidingsinstituut Feffik.

Op Bonaire wordt 876.792 Antilliaanse gulden ter beschikking gesteld van een project in het kader van tweede kans onderwijs: Bonairiaanse jongeren: Scholing en Werk. Het project geeft de mogelijkheid aan 120 jongeren tussen de 15 en 24 jaar om een basiscursus te volgen, waarin hen een aantal algemene vaardigheden wordt bijgebracht en een leer/werktraject, dat bestaat uit theorie- en praktijklessen. De jongeren doorlopen eerst een algemene cursus van drie maanden. Daarna stromen ze door naar een vakcursus. Door zich te richten op drop-outs voorziet 'Scholing en Werk' in een lacune in het onderwijsaanbod op Bonaire. Net als Curaçao kent Bonaire een relatief grote groep leerlingen die in een vroegtijdig stadium het basis- of vervolgonderwijs verlaat. Dat heeft tot gevolg dat deze groep jongeren moeilijk aan een baan komt. De werkloosheid onder jongeren van 15 tot 24 jaar is daarom ook aanzienlijk (16 procent).

Op Curaçao gaat 387.162 Antilliaanse gulden naar het Project Schakelklassen. Het project richt zich op jongeren tussen 13 en 15 jaar die voor speciaal onderwijs in aanmerking komen, maar door gebrek aan schoolcapaciteit en hun leeftijd daar geen toegang toe hebben. In een schakelklas krijgen deze jongeren tijdelijk, buiten het reguliere onderwijs om, extra aandacht en begeleiding. In het eerste jaar worden vier schakelklassen ingesteld, ten behoeve van zorgleerlingen van 13 tot 15 jaar van acht scholen op Curaçao. In het tweede jaar wordt dit aantal uitgebreid naar tien klassen, waar leerlingen van 20 scholen een plaats kunnen krijgen. Jongeren gaan in het laatste jaar van hun schoolloopbaan voor de periode van 1 jaar naar zo'n schakelklas. Het doel is om voor deze jongeren betere kansen en mogelijkheden te creëren, zodat zij met behulp van de kennis en de vaardigheden die zij opdoen, een betere aansluiting krijgen op reguliere vervolgtrajecten in het onderwijs. Het project Schakelklassen wordt uitgevoerd door de organisatie Sentro pa Guia Edukashon (SGE), afdeling Opvoedings- en Onderwijsondersteuning, in samenwerking met schoolbesturen.

Het project Voortzetting ambulante hulp jonge drugsverslaafden, dat op Curaçao wordt uitgevoerd door de Fundashon pa Maneho di Adikshon (FMA), krijgt een Nederlandse bijdrage van 550.230 Antilliaanse gulden. Doel van dit project is drugsgebruik onder schoolgaande jongeren in een vroeg stadium te signaleren en te bestrijden. Jongeren, waarbij problemen zijn gesignaleerd, worden voor hulpverlening doorverwezen. Nederland stelt nu opnieuw financiën voor deze vorm van ambulante hulp beschikbaar, omdat de resultaten van het eerste (proef)jaar positief zijn.

Stand van zaken uitvoering Urgentieprogramma Jeugd en Jongeren

Nederland heeft in juni 2000 in totaal NGL 30 miljoen ter beschikking gesteld voor projecten ten behoeve van de Antilliaanse jeugd. In de periode november 2000 - medio juli 2001 is Nederland akkoord gegaan met de financiering van jongerenprojecten voor het totaalbedrag van ruim NGL 28 miljoen. Het betreft ondermeer de volgende projecten:

Eilandgebied Curaçao

1. Mas Skol (verlengde schooldag)

2. Ambulante hulp jonge drugsverslaafden

3. Educatieve Springplank

4. Schakelklassen

5. Opstap Opnieuw

Eilandgebied Saba
Saban Youth, Saba's Future

Eilandgebied Sint Maarten
Jump Start

Eilandgebied Bonaire
Scholing en werk

Noot voor de redactie,