Cindu-incidenten van 23 juli 2001
Er zijn op 23 juli 2001 twee incidenten bij de Cindu voorgevallen.
Maandagochtend heeft de Cindu over het eerste incident een persbericht
uitgegeven. Over het tweede incident is maandagavond een persbericht
uitgegeven. Dinsdagmorgen heeft de directeur van Cindu Chemicals de
heer De Vries tijdens een persgesprek met de lokale pers in het
gemeentehuis van Uithoorn een uitleg gegeven over wat er nu precies
heeft plaatsgevonden. Hierdoor wilde de Cindu meer duidelijkheid
verschaffen aan met name de inwoners van Uithoorn over wat er gebeurd
is.
Verslag van de gebeurtenissen van 23 juli 2001
Bij de Cindu zijn op 23 juli 2001 twee incidenten geweest die niet met
elkaar in verband staan. Er was wel een duidelijke impact op de
woonomgeving, voornamelijk door de geuren die vrijkwamen bij deze
incidenten.
Situatie 1:
Deze situatie is nog in onderzoek. Het is nog niet volledig duidelijk
wat er gebeurd is.
Om te zorgen dat de installaties optimaal blijven functioneren moet er
regelmatig onderhoud worden gepleegd. De leidingen worden dan van tijd
tot tijd schoongemaakt met stoom. Na dit schoonmaken koelt een en
ander af waarna ze nog een keer worden schoongemaakt met stoom.
Waarschijnlijk is er maandagochtend 23 juli omstreeks 3.00 uur bij de
tweede stoomschoonmaakactie water in een tank met ruwe naftaline-olie
terechtgekomen. Er ontstond toen een overdruk in de tank door een te
groot volume. In de tanks zijn veiligheidsnaden ingebouwd die moeten
scheuren wanneer de druk te hoog wordt. Op zo'n veiligheidsnaad is dus
ook een scheur ontstaan waardoor de damp naar buiten kwam.
In deze stoom was naftaline aanwezig die duidelijk in de wijde
omgeving te ruiken was. De bedrijfsbrandweer heeft direct een
waterscherm aangelegd. Door de atmosferische omstandigheden is de geur
een paar uur boven een groot gebied blijven hangen. In deze situatie
is er besloten geen metingen te verrichten omdat door de waterschermen
de verspreiding van damp nagenoeg ingeperkt werd voordat eventuele
metingen konden worden uitgevoerd.
Situatie 2:
Bij deze situatie is duidelijker wat er precies gebeurd is.
Op maandagavond 23 juli werd een lading pek verpompt van de ene tank
naar de andere tank. De niveaumeter heeft daar niet goed
gefunctioneerd, waardoor het personeel niet duidelijk kon zien of de
tank al vol was. De tank is rond 21.30 uur overvol geraakt en de
vloeistof is in een ander vat gelopen waar water in zat. Hierdoor was
er een expansie van vloeistof, waardoor de veiligheidsnaad van een
andere tank open ging. De brandweer heeft weer waterschermen
geplaatst. Er zijn daarna metingen verricht waaruit bleek dat de
concentraties in de lucht zo laag waren dat ze niet gemeten konden
worden.
Het proces is stilgelegd om te voorkomen dat er weer iets zou
gebeuren. Omstreeks 3.00 uur heeft de directie van de Cindu in
samenwerking met de bedrijfsbrandweer het sein "veilig" gegeven.
Gezien de concentraties die geëmitteerd zijn is er geen gevaar geweest
voor de volksgezondheid en het milieu. De dampen waren niet explosies
of corrosief van aard.