Partij van de Arbeid

Vragen van de leden Depla en Dijsselbloem (beiden PvdA) aan de Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu en de Minister van Verkeer en Waterstaat

1.

Bent U op de hoogte van de uitspraak op 30 mei gedaan door de arrondissementsrechtbank te Almelo over het beperken van de geluidsoverlast op de A1 bij Hengelo t.g.v. de groei van het verkeer boven de prognoses bij de aanleg?

2.

Wat is uw oordeel over de uitspraak dat in een bestemmingsplan alleen eisen ter beperking van geluidsoverlast mogen worden op gelegd aan individuele gebruikers van de weg en niet aan de beheerder van de weg. Acht u het realistisch dat gemeenten de individuele automobilisten hierop moeten aanspreken?

3.

Is het juist dat de wet Geluidhinder de wegbeheerder niet verantwoordelijk maakt voor een oplossing van geluidshinder van wegen, indien deze geluidshinder voortkomt uit een op het moment van aanleg niet voorzien groei van het autoverkeer? Zo ja, wie is in uw ogen in dergelijke situaties dan verantwoordelijk voor het bestrijden van de opgelopen geluidshinder?

4.

Is deze uitspraak aanleiding voor U om de Wet geluidshinder en/of de Wet Ruimtelijke Ordening zo aan te passen dat burgers ook beschermd worden tegen ernstige geluidshinder van Rijkswegen indien deze optreedt als gevolg van een veel grotere groei van het autoverkeer dan bij de aanleg door de wegbeheerder verwacht werd? Zo ja, op welke termijn kan de Kamer voorstellen hiertoe tegemoet zien? Zo nee, waarom niet?