Afbouw programmatie schooltheater (13/07/01)
De secundaire scholen die schooltheater aan de leerlingen wensen aan
te bieden, krijgen de laatste jaren met een merkwaardig fenomeen te
maken. Zo wordt door de theaterhuizen de programmatie van
schooltheater stelselmatig afgebouwd.
Enkele argumenten hiervoor zijn onder meer het gebrek aan respect van
sommige leerlingen waardoor acteurs niet meer willen optreden in
voorstellingen voor scholen, de stijgende kostprijs en de kleine
bezettingsgraad.
Het betreft een vicieuze cirkel die men dringend moet doorbreken,
omdat theatereducatie heel belangrijk is in de talige en psychische
ontwikkeling van de scholier. Willen de theaterhuizen op lange termijn
niet in hun eigen vlees snijden, dan moeten ze een inspanning blijven
leveren voor het scholierenpubliek. Indien een dergelijke tendens zich
verder zet, dreigt per slot van rekening een hele generatie leerlingen
theateranalfabeet te worden. Voor die generatie zal later de stap naar
de schouwburg nog groter zijn.
Dirk De Cock, Vlaams Volksvertegenwoordiger voor VU&iD, vroeg minister
van Onderwijs, Marleen Vanderpoorten, hierover om uitleg.
De minister weet dat sommige theaters een politiek voeren die leerlingen ertoe wil aanzetten de gewone avond- of weekendvoorstellingen bij te wonen. Er worden hiervoor allerlei systemen van prijsreducties uitgewerkt, en wordt soms geopteerd minder schoolvoorstellingen te programmeren.De minister vindt dit een goede keuze, omdat leerlingen op die manier tot het gewone publiek gaan behoren, en ze meer als individu aangesproken worden.
Via verschillende projecten van CANON, de Cultuurcel van het departement Onderwijs, ondersteunt het departement onderwijs actieve vormen van theatereducatie. Via een aantal stimuleringsprojecten ondersteunt Onderwijs de actieve verwerking van het gebodene op school, wat de enige garantie is dat kinderen en jongeren op een persoonlijke en beklijvende manier leren hoe ze aan het theatergebeuren positief en geĂŻnteresseerd kunnen deelnemen. Het fenomeen van onaangepast gedrag van scholieren in schouwburgzalen werd tot op heden niet als probleem gesignaleerd naar de minister toe.
Auteur:
Vlaams volksvertegenwoordiger
Dirk De Cock
Meer informatie:
Contactpersoon: Veerle Remy
Telefoon: 02/552.93.14
Fax: 02/552.93.63
E-post: veerle.remy@vlaamsparlement.be