Persbericht 01-28
Den Haag, 13 juli 2001
NMa verwerpt klachten tegen CAO-afspraken
Het kartelverbod geldt niet voor overeenkomsten van sociale partners
in het kader van collectieve onderhandelingen over arbeidsvoorwaarden
en werkgelegenheid. Dit blijkt uit twee besluiten van de NMa, die in
lijn zijn met de vaste praktijk van de NMa en uitspraken van het Hof
van Justitie van de EG. Volgens de NMa gaan de CAO-uitspraken niet
verder dan noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de sociale
doelstellingen, namelijk de verbetering van de arbeids- en
werkgelegenheidsvoorwaarden.
De eerste klacht betrof wederom het voorkeursrecht van Havenpool
Rotterdam (SHB) bij het uitzenden van tijdelijke arbeidskrachten in de
Rotterdamse haven. Op basis van dit voorkeursrecht moeten bedrijven in
de Rotterdamse haven zich eerst melden bij SHB voor tijdelijk
personeel. De NMa concludeert dat de afspraken over het voorkeursrecht
buiten het kartelverbod vallen. Ook acht de NMa het niet aannemelijk
dat de havenpool, via de tarieven voor het inhuren van tijdelijk
personeel, misbruik maakt van haar machtspositie.
De tweede klacht was gericht tegen de weigering van Stichting
Opleidings- en Ontwikkelingsfonds Beroepsgoederenvervoer (SOOB) om
subsidie te verlenen aan een opleidinginstituut dat niet in de CAO
vermeld staat. De NMa stelt dat afspraken over subsidieregelingen in
de CAO eveneens buiten het kartelverbod vallen. Ook hier acht de NMa
het niet aannemelijk dat de stichting misbruik maakt van een
(eventuele) machtspositie.
Nederlandse mededingingsautoriteit (NMa)