KNMV DIERGENEESKUNDE

Dierenartsen ontstemd over gebrek aan overleg over MKZ

Regeling monitoring MKZ bij kalveren, schapen en geiten onuitvoerbaar

De Nederlandse dierenartsen, verenigd in de Koninklijke Nederlandse Maatschappij voor Diergeneeskunde (KNMvD), zijn recent geconfronteerd met nieuwe maatregelen met betrekking tot de preventie van mond- en klauwzeer (MKZ). Het gaat om een regeling waarbij dierenartsen alle Nederlandse kalveren, schapen en geiten moeten controleren op verschijnselen van MKZ en waarbij grote aantallen bloedmonsters moeten worden afgenomen voor onderzoek. Deze regeling is sinds 8 juli 2001 van kracht. Afgezien van het nut van controles om een nieuwe uitbraak te voorkomen, wordt de regeling door dierenartsen als onuitvoerbaar ervaren. De KNMvD betreurt het dan ook ten zeerste dat er geen overleg is geweest, voordat de regeling van kracht werd.

De dierenartsen voelen zich overvallen door de regeling, omdat ze niet betrokken zijn geweest bij het totstandkomen van de regeling zelf én de invulling ervan. Alhoewel het nut van controles om een nieuwe uitbraak te voorkómen, niet ter discussie staat, is de manier waarop invulling wordt gegeven aan de regeling natuurlijk van belang voor de effectiviteit. Bovendien is de omvang van de werkzaamheden zodanig, dat de dierenartsen graag betrokken hadden willen worden in de voorbereiding van deze regeling. Goede communicatie over de manier waarop een nieuwe uitbraak van MKZ in Nederland kan worden voorkómen, is het minste dat de dierenartsen van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV) mogen verwachten. Zeker gezien de goede samenwerking ten tijde van de recente uitbraak.

Nederlandse dierenartsen zijn over het algemeen zelfstandig beroepsbeoefenaar en niet in dienst van de overheid. Vandaar dat zij prijs stellen op overleg, voordat een bepaalde regeling met betrekking tot hun professie van kracht wordt. De werkzaamheden zullen immers moeten worden ingepast in de dagelijkse bedrijfsvoering. Bovendien behoort het tot de professionele verantwoordelijkheid van de dierenarts, een klinische inspectie op de juiste wijze uit te voeren. Als deze professionele werkwijze binnen deze regeling niet haalbaar is, dan achten zij deze regeling onacceptabel. Verder achten zij een juiste informatievoorziening van belang om hun cliënten te kunnen overtuigen van het nut van deze preventieve maatregelen.

De KNMvD beraadt zich momenteel over de invulling van deze regeling en dringt ten stelligste aan op overleg met het ministerie van LNV om de preventie van een nieuwe uitbraak van MKZ vorm te geven. De vereniging is van mening dat dit doel voorop staat en dat een positieve dialoog hierover mogelijk moet zijn.