Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
IFA. 2001/2129
datum
06-07-2001

onderwerp
Beleidsbrief ICT-LNV
TRC2001/6851 doorkiesnummer

bijlagen

Geachte Voorzitter,

In onze maatschappij leeft het besef dat ICT de weg opent voor vernieuwingen. Daarbij denk ik in het bijzonder aan de relatie tussen de burger en de overheid. De eisen van burgers veranderen en worden individueler. Zij willen hun informatie betrekken uit bronnen die aansluiten op hun leefwereld. Pluriforme informatienetwerken geven burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties de kans informatie te vergelijken en zelf keuzes te maken. Van de overheid mag worden verwacht dat zij voorwaarden schept voor een betrouwbare informatievoorziening, die recht doet aan de eisen van het beleid, maar die tevens aansluit bij de wensen van individuele burgers over helderheid en actualiteit. Ik streef ernaar om het informatiebeleid van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij (LNV) op die leest te schoeien. Het komt mij wenselijk voor u te informeren over de ontwikkelingen op dit terrein.

up

datum
06-07-2001

kenmerk
IFA. 2001/2129

bijlage

Het beleid van het ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij raakt burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties direct. De veiligheid van ons voedsel, het welzijn van dieren en het beschermen van de natuur bewegen velen. In toenemende mate leidt dit tot nieuwe informatievragen en veranderende communicatiepatronen. Ik noem hiervan enkele voorbeelden:

* Tijdens de dioxine- en BSE-crises was snelle beschikbaarheid van informatie over levensmiddelen van essentieel belang voor consumenten en bedrijven. Direct toegankelijke informatie op internet en teletekst bleek zeer vaak geraadpleegd te worden en tot heftige reacties van betrokken partijen te kunnen leiden.
* E-mail-acties ten behoeve van bedreigde natuurgebieden en bedreigde dier- en plantensoorten zijn een alledaags verschijnsel geworden. De internationale milieuorganisatie Friends of the Earth (FOE) startte maart jl. een e-mail-campagne om de Verenigde Staten ertoe te bewegen toch mee te doen met de klimaatafspraken van Kyoto. Vanaf de aftrap van de actie tot eind mei hebben meer dan 150.000 mensen uit alle werelddelen aan de oproep van FOE gehoor gegeven, onder wie vertegenwoordigers van ondernemingen, regeringen, kerken, parlementen en NGO's.

* Burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties hebben LNV de afgelopen maanden tienduizenden vragen gesteld over MKZ per post en per telefoon.

Ook de elektronische weg hebben zij weten te vinden: in de periode vanaf de eerste MKZ-uitbraak in Engeland is het aantal bezoekers van de LNV internetsite gestegen van enkele duizenden tot enkele tienduizenden per week; LNV heeft rond de 17.000 e-mails ontvangen met vragen en opmerkingen over het LNV-beleid; het aantal mensen dat geabonneerd is op de e-mail-versie van LNV-persberichten steeg van 4.000 tot 14.000. Begin mei had LNV al 1,6 miljoen persberichten per e-mail verzonden.

Internet en nieuwe ICT-toepassingen blijken drempels naar LNV weg te nemen, maar wekken daarmee ook verwachtingen. Informatie moet accuraat, up-to-date en elektronisch beschikbaar zijn. Op het internet kun je de activiteiten van andere (overheids)organisaties die zich met 'voedsel en groen' bezighouden precies volgen. Ook dat wekt verwachtingen. Burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties moeten erop kunnen vertrouwen dat zij informatie over het beleid dat op hen van toepassing is op snelle en eenduidige wijze bij LNV kunnen vinden.

LNV kiest voor een voortvarende aanpak van haar ICT-beleid, langs twee lijnen:
1. Het vernieuwen van de communicatie met burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties door toepassing van ICT, met als belangrijkste speerpunt de inrichting van 'het LNV-loket'. 2. Het verbeteren van het beleids- en uitvoeringsproces door het versterken van de informatiepositie en het gegevensgebruik van het departement, met als belangrijkste speerpunt het inrichten en koppelen van basisregistraties.

Deze aanpak is ingrijpend en vergt een kanteling van informatiestromen en communicatiepatronen in de richting van onze doelgroepen.

Het informatiebeleid van LNV zie ik niet los van andere noodzakelijke inspanningen. Beschikbaarheid van een kwalitatief hoogwaardige electronische infrastructuur in Nederland is bijvoorbeeld een randvoorwaarde. Investeringen in technisch vooruitstrevende projecten en digitale proeftuinen zijn ook voor het beleidsterrein van LNV van groot belang. Participatie van LNV in initiatieven die de toepassing van ICT in de samenleving bevorderen acht ik om die reden vanzelfsprekend. Een digitale tweedeling, ook in de verhouding tussen stad en platteland, is ongewenst. Ook vind ik het bijzonder belangrijk dat Nederland de snelle internationale ontwikkelingen goed blijft volgen.

Ik plaats de activiteiten in deze ICT-brief daarom nadrukkelijk in het bredere kader van het kabinetsbeleid met betrekking tot ICT, zoals dat tot uitdrukking komt in de nota's 'De Digitale Delta' en 'De Elektronische Overheid'. Op tal van punten zijn er raakvlakken en mogelijkheden voor interdepartementale samenwerking. In de brief zijn hiervan diverse concrete voorbeelden aangegeven. Hierna ga ik verder in op de twee genoemde hoofdlijnen van de aanpak.

1. Vernieuwing van de communicatie

Vernieuwing van de communicatie met burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties vraagt om een meer vraaggerichte, op de doelgroepen toegespitste informatievoorziening. Ik realiseer me dat LNV niet het monopolie heeft op informatie over onderwerpen als voedsel, natuur en landschap. LNV zal daardoor nooit alle gevraagde informatie aan de doelgroepen kunnen leveren. Ik realiseer mij ook dat burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties informatie over de betrokken onderwerpen vanuit verschillende perspectieven waarderen en beoordelen. Bezorgdheid over de voedselveiligheid, betrokkenheid bij natuur- en landschapsbeleid of vragen over de behandeling van een subsidieaanvraag kunnen leiden tot, soms zeer persoonlijke, vragen aan LNV. Dit betekent dat LNV zich niet kan beperken tot het beschikbaar stellen van informatie over het LNVbeleid en de formele uitwerking daarvan, maar dit op zodanige wijze moet doen dat de doelgroepen hiermee daadwerkelijk geholpen zijn.

Naar een interactieve website
De huidige internetsite van LNV bevat vooral formele informatie. In de toekomst zal de informatie- en communicatievoorziening via de internetsite meer doelgroepgewijs worden vormgegeven, met gerichte mogelijkheden voor interactie. Daarbij wordt beter aangesloten bij de behoeften van burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties. Medio 2002 zullen de eerste resultaten van deze verandering zichtbaar zijn. De internetsite van LNV krijgt onder meer een thematisch opgezette indeling naar: voedselveiligheid, platteland, zorg voor flora en fauna, kennis en innovatie.

Voedselveiligheid en internet
Op het terrein van voedselkwaliteit en voedselveiligheid acht ik een eenduidige en transparante informatievoorziening aan burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties van zeer groot belang. Recente voedselveiligheidscrises hebben dit belang eens te meer aangetoond. Ik ben dan ook voornemens om in samenwerking met VWS en in aansluiting op bestaande nationale en internationale bronnen de gegevens over kwaliteit en veiligheid van voedsel meer toegankelijk te maken. Hierbij zal het specifieke communicatie-onderdeel van de Nederlandse Voedselautoriteit een belangrijke rol gaan vervullen. Voorts zal op de LNV-internetsite onder het beleidsthema voedselveiligheid een overzicht worden geboden van de relevante nationale, Europese en internationale beleidsvoornemens en
-ontwikkelingen. Tevens wordt vanuit LNV momenteel een Nederlandse internetpagina opgezet over de intergouvernementele voedselveiligheidsorganisatie Codex Alimentarius (FAO/WHO). Hiermee zullen de resultaten van de Nederlandse betrokkenheid bij de Codex meer inzichtelijk worden gemaakt voor de diverse doelgroepen, te weten overheidsorganisaties, politieke partijen, het bedrijfsleven en consumentenorganisaties.

Kwaliteit en identiteit van het landelijke gebied Een meer transparante informatievoorziening over de kwaliteit en identiteit van het landelijke gebied acht ik eveneens van groot belang. Mede-overheden, terreinbeheerders, organisaties op het gebied van natuur en recreatie, alsmede individuele ondernemers en burgers vragen om heldere informatie over de ecologische en landschappelijke status van het landelijk gebied. ICT speelt een belangrijke rol als middel om informatie te verzamelen en te bewerken maar ook bij het inzichtelijk maken van resultaten en voortgang van het beleid.

Het wordt daarmee steeds meer een instrument om beleidsdoelen in het landelijk gebied te realiseren. Bij de vernieuwing van de internetsite van LNV zal aan de informatievoorziening over het landelijke gebied en aan de ondersteuning van de beleidsprocessen daarbinnen nadrukkelijk aandacht worden besteed.

Project 'het LNV-loket'
Om de beleidsuitvoering beter toe te spitsen op de relaties van LNV wil ik concreet invulling geven aan het één-loket-principe zoals dat in het regeerakkoord is verwoord. Dit principe is in het kader van het BZK-project 'overheidsloket 2000' concreet uitgewerkt en wordt thans bij diverse overheidsorganisaties gerealiseerd. In verband daarmee heb ik begin 2001 een projectdirectie 'het LNV-loket' ingesteld. Het project 'het LNV-loket' beoogt een gestroomlijnde informatievoorziening en transactieafhandeling te bewerkstelligen die voor zowel de agrarische bedrijven als voor LNV winst in efficiency en effectiviteit zal opleveren. Op deze wijze wil ik bereiken dat eenmaal door een LNV-relatie verstrekte informatie gelijktijdig bekend is bij alle organisatieonderdelen die deze informatie op basis van de regelgeving nodig hebben. De verzameling, verwerking, verrijking en distributie van deze uitvoeringsinformatie zal zorgvuldig getoetst worden aan privacy-regels en de Wet Bescherming Persoonsgegevens, teneinde misbruik te voorkomen. Tevens zal de elektronische informatieuitwisseling moeten voldoen aan strenge eisen op het gebied van informatiebeveiliging om de zorgvuldigheid van informatieverzameling en -verwerking te kunnen waarborgen.

De stroomlijning van informatievoorziening en transactieafhandeling wordt gerealiseerd door het 'loket' op vele manieren en vanaf vele plekken bereikbaar te laten zijn. Fax, telefoon, post, e-mail, internet, fysieke balie blijven alle bruikbaar en dienen voor de doelgroepen eenduidig te zijn. De komende jaren zal een steeds verdergaande integratie moeten worden gerealiseerd met de verschillende communicatiekanalen en met de achterliggende administraties.

In het kader van de realisatie van 'het LNV-loket'streef ik ernaar om begin 2002 de uitvoerende diensten van LNV onder één gratis telefoonnummer bereikbaar te laten zijn. Vanaf april 2002 verwacht ik dat 'het LNV loket' on line kan zijn met onder meer de mogelijkheid om gegevens op het gebied van het mestbeleid, uit de zogenaamde basisregistratie percelen, te raadplegen. Voor de uitvoerende diensten, in het bijzonder LASER en Bureau Heffingen, betekent dit dat werkprocessen en informatiestromen aan moeten gaan sluiten op de proces- en informatie-eisen van het werken via één loket. In het beoogde groeimodel wordt rekening gehouden met een toename van het kunnen afhandelen van on line transacties. Hiermee geef ik op termijn ook invulling aan het wegnemen van belemmeringen rond transacties via digitale weg.

Ook e-mail dient een volwaardig onderdeel te worden van het ene LNV-loket. Ik realiseer me dat daarvoor vraagstukken met betrekking tot de formele status van e-mail moeten worden opgelost en randvoorwaarden op het gebied van beveiliging en archivering moeten worden ingevuld.

Landbouwtelling on line
In 2001 is er een pilot uitgevoerd om de LNV-relaties de mogelijkheid te geven de landbouwtelling via internet in te vullen. Deze pilot betrof de elektronische beschikbaarstelling van het bestaande formulier. Binnenkort wordt deze pilot samen met de doelgroep geëvalueerd. Ik streef er naar om in 2002 dit proces verder te verbeteren door reeds bekende gegevens ter validering aan de relatie aan te bieden en om daarnaast de mogelijkheid te bieden om de noodzakelijke gegevensverstrekking volledig on line te verrichten.

Programma CLIENT
Een ander initiatief gericht op benutting van ICT-toepassingen is het programma CLIENT (Controle op Landbouwgoederen bij Import en Export naar een Nieuwe Toekomst). Het project CLIENT is in 2001 in gang gezet in nauwe samenwerking met het bedrijfsleven, met de douane en met betrokken diensten binnen LNV, waaronder de PD en RVV. Doel van CLIENT is het zodanig (her)inrichten van de informatiestromen en controleprocessen bij import en export van landbouwgoederen, dat de administratieve en logistieke processen bij de overheid en het bedrijfsleven worden vereenvoudigd en beter op elkaar afgestemd.

ICT-kennisplatform voor voedsel en groen
De vernieuwingsprocessen binnen de LNV-sectoren vergen de ontwikkeling en de snelle uitwisseling van nieuwe inzichten, nieuwe kennis en nieuwe behoeften. ICT kan daar goede oplossingen voor bieden. Ik heb daarom voorbereidingen getroffen voor de inrichting van een 'ICT- kennisplatform voor voedsel en groen'. Doel hiervan is het bevorderen van informatievoorziening, samenwerking en communicatie ter ondersteuning van de door LNV beoogde vernieuwingsprocessen. LNV zal via kennisnet de technische faciliteiten en expertise hiervoor beschikbaar stellen. LNV zal voorts bij opdrachten en subsidies op het gebied van kennis en innovatie als voorwaarde stellen dat plannen, voortgang en resultaten via het ICT-kennisplatform worden gepubliceerd. Het kennisplatform zal onder meer benut worden voor de overdracht van resultaten van door LNV gefinancierd onderzoek naar het onderwijs. De kennisdoorstroming wordt ook bevorderd door samenwerkingsverbanden met ICT te faciliteren en te stimuleren.

2. Versterking van de informatiepositie en het gegevensgebruik van LNV

Bij zowel de beleidsontwikkeling, de beleidsuitvoering als de verantwoordingsprocessen maakt LNV gebruik van basisgegevens over agrarische bedrijven, grond en grondgebruik, dieren, flora, fauna en ecosystemen. LNV registreert deze gegevens binnen de verschillende uitvoerende diensten, maar maakt ook gebruik van informatie die elders beschikbaar komt. Door de inrichting van zogenaamde basisregistraties, die een harde juridische basis hebben, en gemeenschappelijke databanken wil ik een meer samenhangend en geïntegreerd gegevensbeheer realiseren, dat gericht is op enkelvoudige inwinning en meervoudig gebruik van gegevens. LNV streeft daarbij naar een netwerk van gegevensuitwisseling met andere partijen binnen en buiten de overheid. Om die reden zal LNV gaan deelnemen aan het interdepartementale programma Stroomlijning Basisgegevens.

Aansluitend bij het programma Stroomlijning Basisgegevens streef ik naar de inrichting van een beperkt aantal basisregistraties. Dit zijn de basisregistraties Percelen, Relaties en Dieren. Daarnaast wil ik vormgeven aan databanken op het gebied van Flora, Fauna en Ecosystemen en op het gebied van Visserijgegevens. Deze basisregistraties en databanken zullen uitgroeien tot belangrijke informatiebronnen voor directies en diensten bij de beleidsvoorbereiding en beleidsuitvoering. Informatie die in een basisregistratie voorhanden is, zal in beginsel niet langer door de LNV-diensten worden opgevraagd bij de LNV-relatie. De registraties zorgen voor een adequate inzameling, vastlegging en beheer van gegevens. Doelstellingen zijn de vermindering van de administratieve lastendruk, het verbeteren van de dienstverlening door koppeling en integratie van gegevens, het vereenvoudigen van evaluatie en verantwoording, het vergroten van de effectiviteit en de efficiency van de beleidsuitvoering en het voorkomen van fraude. Essentieel is dat deze basisregistraties zodanig worden opgezet dat ze onderling koppelbaar zijn. Bovendien zullen ze gebruik maken van gegevens die door andere overheidsinstanties worden verzameld, hetgeen deels al het geval is.

Relaties
De basisregistratie relaties, die binnen LNV reeds operationeel is, maakt gebruik van de gemeentelijke basisadministratie (GBA), informatiebestanden van de Kamers van Koophandel en bevat aanvullende gegevens, afhankelijk van de doelgroep waartoe de relatie behoort. Ik ben voornemens om de basisregistratie relaties onderdeel te laten uitmaken van het Basisbedrijvenregister (BBR), mede om te komen tot een eenduidige vastlegging van agrarische ondernemingen in dit register.

Percelen
Op 1 januari 2002 zal binnen LNV de basisregistratie Percelen in gebruik worden genomen. Deze basisregistratie percelen maakt gebruik van topografische bestanden en kadastrale gegevens en bevat aanvullende gegevens over met name het grondgebruik (gewassen) en pachtrechten. De in het kader van het mestbeleid ontwikkelde basisregistratie Percelen zal zich de komende jaren verder ontwikkelen tot een multifunctioneel geografisch informatiesysteem waarin naast grondgebruikgegevens ook gegevens zullen worden vastgelegd over bedrijfslocaties, bodemgesteldheid, en natuur- en landschapselementen. In de toekomst zal deze de functie overnemen van de afzonderlijke registraties die thans nog door de diensten worden onderhouden, bijvoorbeeld in het kader van Programma Beheer.

Dieren
Mede in het licht van het voorgaande acht ik ook de totstandkoming van een basisregistratie voor in Nederland gehouden dieren van groot belang. De noodzaak om te beschikken over integrale en sluitende systemen voor de registratie van runderen, schapen, geiten, varkens en andere relevante diersoorten is immers evident en urgent. Dit is niet alleen in het kader van de dierziektenbestrijding het geval, maar vooral ook in het kader van het voedselveiligheids- en volksgezondheidsbeleid. Op korte termijn zal ik uw Kamer uitvoerig informeren over de wijze waarop ik gestalte zal geven aan deze basisregistratie.

Flora, fauna en ecosystemen
Voor de verantwoording van de beleidsdoelen en voor de uitvoering van Europese regelgeving (Vogel- en Habitatrichtlijn) is een goede informatievoorziening over het voorkomen van soorten en ecosystemen in Nederland noodzakelijk. In de gebieden die zijn aangewezen in het kader van de Vogel- en Habitatrichtlijnen moet bij ruimtelijke ingrepen een weloverwogen beslissing genomen worden of de ingreep schadelijk is voor soorten waarvoor het gebied is aangewezen. Alle informatie die beschikbaar is over de van een ingreep voor de aanwezigheid van soorten moeten worden meegenomen in de beoordeling. Deze informatie is vooral van belang voor de gemeenten bij het afgeven van vergunningen. Ik wil bevorderen dat deze informatie samenhangend wordt vastgelegd in de vorm van een databank Flora, Fauna en Ecosystemen. Deze databank dient stapsgewijs aangevuld te worden met gegevens over het gebruik en het functioneren van natuurgebieden en over de kwaliteit van het landschap. De planning is dat het meetnet 'Functievervulling' eind 2001 operationeel wordt, het meetnet 'Kwaliteit en identiteit landschap' eind 2002. Deze gegevens maken onderdeel uit van een netwerk van gegevens, waaraan ook andere overheden en maatschappelijke organisaties bijdragen. Op dit moment wordt onderzoek gedaan naar het stroomlijnen en verder professionaliseren van het verzamelen en beheren van gegevens. In dat kader wordt ook gewerkt aan een herziening van de overeenkomst op dit vlak met maatschappelijke organisaties en andere overheden. De resultaten daarvan zullen in het voorjaar van 2002 aan de Kamer beschikbaar zijn. Daarbij zal worden aangegeven op welke wijze invulling wordt gegeven aan de motie-Stellingwerf, gericht op het beschikbaar stellen van gegevens over het voorkomen van beschermde soorten.

Visserij-gegevens
Het reeds bestaande Visserij Informatie en Registratie Systeem (VIRIS) wordt in 2001 vernieuwd. Het daarin opgenomen Nederlands Register van Vissersvaartuigen (NRV) bevat alle in Nederland geregistreerde Vissersvaartuigen die bedrijfsmatig vissen. Daarbij bestaat een nauwe koppeling met de basisregistratie relaties. Het huidige satellietvolgsysteem wordt gekoppeld aan het NRV. De gegevens die deze koppeling oplevert worden gebruikt voor rapportage aan de Europese Commissie. Tevens wordt het systeem door de AID gebruikt voor controles. Een belangrijk aspect is de aansluiting op het LNV-loket. Hiermee wordt een traject in gang gezet dat er in 2003/2004 toe moet leiden dat het Nederlands Register voor Vissersvaartuigen via het internet toegankelijk wordt. Ook dient dan de informatie over de uitputting van de quota, het inschrijven, wijzigen en uitschrijven van vaartuigen, en het aanvragen van vergunningen en quota elektronisch toegankelijk te zijn. De belanghebbenden kunnen deze gegevens on line raadplegen. Binnen de Europese Unie loopt een proef om de logboeken voor de aanlanding van vis via elektronische weg te laten verlopen.

Sinds begin 1998 worden er in opdracht van LNV activiteiten uitgevoerd die de visrechten voor sport- en beroepsvissers op de grote rivieren in Nederland in kaart brengen. Dit inzicht is van belang voor de ontwikkeling van verschillende beleidsdoelen en beheersmaatregelen. Onderzocht wordt in hoeverre het mogelijk is om samen met andere belanghebbenden en in aansluiting op de basisregistratie percelen een systeem te ontwerpen ten behoeve van het visrechtbeheer.

Binnen dit systeem moeten andere bronhouders en belanghebbenden hun gegevens kunnen inbrengen en gebruik kunnen maken van het systeem. Dit systeem wordt gefaseerd opgezet, te beginnen bij de Staatsbinnenwateren, en vervolgens naar de andere wateren.

Koppeling basisregistraties en LNV-loket
De gegevensregistraties en databanken zullen onderling en met 'het LNV-loket' goede aansluiting moeten vinden. Door een goede aansluiting van de verschillende bestanden kunnen bestaande knelpunten worden weggenomen op het gebied van de bevraging van ondernemers en het gebruik van verschillen in definities. Zo kent de regelgeving op dit moment verschillende definities van het begrip bedrijf en kent het gemiddelde bedrijf diverse identificatienummers bij LNV, elk vanuit de specifieke regelgeving. Door onderlinge aansluiting van de registraties en aansluiting met 'het LNV-loket' kan op termijn de mestwetgeving en dierziektenbestrijding beter uitgevoerd worden. Via het project 'het LNV-loket' kan bovendien het inwinnen van gegevens voor de basisregistraties gestroomlijnd worden. Doordat een integraal overzicht aanwezig is binnen LNV kan de LNV-relatie ten slotte beter geïnformeerd worden over zijn actuele situatie.

Ik acht het overigens van groot belang dat de basisregistraties en databanken zodanig worden opgezet dat de daarin opgenomen gegevens, voorzover dat juridisch mogelijk is, ook kunnen worden ontsloten ten behoeve van andere overheden, onderzoeksinstellingen en marktpartijen. Ik wil deze en andere partijen dan ook nauw betrekken bij het verder vormgeven van de basisregistraties.

Instelling Dienst Basisregistraties LNV
Om uitvoering te geven aan de basisregistratie percelen, die gepaard gaat met een nieuw en omvangrijk databaheer, heb ik een Dienst Basisregistraties LNV ingesteld. Ik heb het voornemen om deze dienst op termijn ook een rol te geven bij de uitvoering van andere basisregistraties op het werkterrein van LNV.

Kanteling van informatiestromen
De hier door mij geschetste plannen die ik wil samenvatten als het 'kantelen van informatiestromen' kunnen niet van de ene op de andere dag gerealiseerd worden. Uitdagingen staan ons te wachten op het gebied van beveiliging en privacy, het stroomlijnen van definities en het omvormen van de LNV-processen. Dit heeft geweldige gevolgen voor de LNV-organisatie als geheel en voor de bestaande uitvoerende diensten in het bijzonder. Gevolg van de kanteling van informatiestromen is dat de organisatiestructuur moet worden aangepast. Om deze organisatieverandering te begeleiden zal ik een overkoepelende projectorganisatie 'Kanteling' instellen. Vanuit dit project zal de organisatieontwikkeling die voortvloeit uit de realisatie van 'het LNV-loket' en de basisregistraties LNV vorm krijgen.

3. Tot slot

De verschuiving van het perspectief van LNV naar vraagstukken op het terrein van voedsel, natuur en landschap en de kanteling van informatiestromen hebben grote invloed op de organisatie en de werkwijze van LNV. Als gevolg van deze verschuivingen heeft LNV rekening te houden met nieuwe doelgroepen, nieuwe kennisvelden, nieuwe communicatiepatronen en nieuwe vormen van interactie met de doelgroepen. Informeren, communiceren en handelen vanuit de perspectieven van burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties vormen een omslag in denken en opereren waarin LNV veel zal moeten investeren de komende jaren. ICT biedt kansen om deze veranderingen te faciliteren en ik zal deze kansen voortvarend aangrijpen. Door de vorming van het LNV-loket en de inrichting van basisregistraties streef ik naar vernieuwing van communicatie en een betere ondersteuning van beleidsontwikkeling en beleidsuitvoering.

De minister van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

mr. L.J. Brinkhorst