Persbericht 6 juli 2001
NVJ: publicatieverbod voor de media tast de persvrijheid aan
Evenals bijna een jaar geleden heeft minister Benk Korthals (Justitie)
gisteren in de Tweede Kamer gezegd dat hij denkt over een
publicatieverbod voor de media bij lopende strafzaken.
In tegenstelling tot vorig jaar was er ditmaal 'begrip' bij een
meerderheid van de parlementsleden.
De NVJ maakt zich ernstige zorgen over deze ontwikkeling. Het is de
taak van journalisten om kritisch te berichten, ook over strafzaken en
zeker als daarin dingen mis gaan. Een preventief verbod van
publicaties en uitzendingen is strijdig met het grondwettelijk recht
op vrijheid van meningsuiting. De NVJ zal zich dan ook met kracht
verzetten tegen een publicatieverbod voor de media, omdat dat een
aantasting van de persvrijheid is.
In het najaar van 2000 ergerde Korthals zich eraan dat gegevens van
justitie en politie uitlekten. Ook toen zocht hij de oplossing in een
mogelijk verbod om uitgelekte gevoelige informatie te publiceren,
onmachtig als hij kennelijk was om zijn eigen kringen 'lekproof' te
maken.
De afgelopen tijd beging het Openbaar Ministerie keer op keer
blunders, of het nu om Mink K., de 'Dover'-zaak of de zaak Marianne
Vaatstra ging. De minister van Justitie zoekt hiervoor kennelijk een
zondebok en schuift de pers ten onrechte de schuld in de schoenen.
(Naar aanleiding van de aantasting van de vrijheid van meningsuiting
en nieuwsgaring, met als dieptepunt de gijzeling van
Spits-verslaggever Koen Voskuil, installeerde de NVJ vorig jaar samen
met het Nederlands Genootschap van Hoofdredacteuren een
studiecommissie die met aanbevelingen moest komen hoe er in Nederland
nu eindelijk een sterk verschoningsrecht, al of niet wettelijk, voor
journalisten dient te komen. Binnenkort komt de commissie met de
bevindingen naar buiten.)
Inlichtingen bij:
Irene Konings, plaatsvervangend algemeen secretaris NVJ,
tel. 020 67 66 771 of 06 53 15 64 79
Ron Abram, voorzitter NVJ, tel. 010 41 39 750 of 06 53 15 14 70