Voedingscentrum
Hollandse nieuwe. Lekker, maar ook gezond?
5 juli 2001
Het Algemeen Dagblad publiceerde vandaag de jaarlijkse haringtest.
Daarin wordt veel kritiek op de haring geuit. Het Nederlands Instituut
voor Visserijonderzoek (RIVO) stelt dat 70 procent van de onderzochte
visverkooppunten een onvoldoende scoort: minder dan de helft van de
aangeboden haringen krijgt een voldoende voor de smaak.
Betekent dit dat het eten van haring ongezond is?
Nee, de kritiek betreft vooral de smaak van de haring.
Voedselvergiftiging van haring is wel denkbaar, maar komt gelukkig
maar zelden voor. Haring is een rauw product dat alleen een
diepvriesperiode heeft doorgemaakt en is dus zeer bederfelijk. Die
diepvriesperiode is verplicht om een parasiet (de haringworm) te
doden, die van nature in haring kan voorkomen en schadelijk kan zijn
voor mensen. Er is echter geen reden om te vrezen dat die belangrijke
veiligheidsstap onvoldoende wordt nagevolgd. Na het ontdooien wordt de
haring alleen schoongemaakt en is dan klaar voor consumptie. Dat moet
snel want het bederf ligt op de loer, zeker in de warmte. Tijdens dat
bederf groeien allerlei bacteriën. Daar kunnen bacteriën en virussen
tussen zitten die ons ziek kunnen maken, zeker als de haring niet
alleen te lang en te warm is bewaard, maar als er ook nog fouten zijn
gemaakt bij het schoonmaken. De hygiëne moet dus op een hoog plan
staan.
Hoe kan ik zien of het veilig is?
De veiligheid van haring is door uzelf moeilijk te beoordelen. Toch
zijn er enkele aspecten waar u op kunt letten:
* Ruikt de haring fris en niet te vissig. Haring mag maar weinig
geur hebben;
* De haring moet schoon zijn. Dat wil zeggen geen restjes van
ingewanden, vinnen, of andere onderdelen en alleen een klein
stukje graat bij de staart;
* Het vlees moet min of meer blank en veerkrachtig zijn, zonder
bruine of rode plekken;
* Als u in een haring hapt, mag hij een klein beetje op temperatuur
zijn gekomen, maar langdurig ongekoeld is een slechte zaak.
Waarom is vis goed voor mij?
Vis past prima in een gezond eetpatroon, omdat het een rijke bron van
voedingsstoffen (o.a. dierlijke eiwitten, B-vitamines, jodium en
onverzadigde vetzuren) is.
Het Voedingscentrum adviseert om één tot tweemaal in de week vis te
eten. Mensen met hartproblemen wordt aanbevolen tweemaal per week vis
te eten, waarvan tenminste eenmaal een vette vissoort. Haring, zalm en
makreel zijn voorbeelden van vette vissoorten.
De onverzadigde vetzuren die in vis zitten verminderen de kans op
hart- en vaatziekten, zoals een acute hartinfarct en plotselinge
hartdood. Daarnaast werkt het ook cholesterolverlagend.
U kunt vis niet alleen bij de warme maaltijd eten, maar ook op brood
of tussendoor.
Meer informatie?
Bel met de Voedingstelefoon (070) 306 88 10 (op werkdagen van 12.00
16.00 uur) of mail uw vraag naar voedingscentrum@vc.agro.nl