Titel: Implementatie EG-Richtlijnen
de voorzitter van de vaste Commissie voor
Financiën van de Tweede Kamer der
Staten-Generaal
Plein 2
2511 CR DEN HAAG
Datum
Uw brief (Kenmerk)
Ons kenmerk
5 juli 2001
12 juni 2001
WV 2001-00378 U
Onderwerp
Implementatie EG-Richtlijnen
Geachte heer,
In uw brief van 12 juni 2001 informeert u naar de stand van zaken met betrekking tot de implementatie van Richtlijn 2001/41/EG van de Raad van 19 januari 2001 over de geldigheidsduur van de minimumhoogte van het normale BTW-tarief. Mede namens de Staatssecretaris van Buitenlandse Zaken informeer ik u daarover als volgt.
De in EU verband geharmoniseerde BTW-wetgeving is opgenomen in
Richtlijn nr.77/388/EEG van de Raad van de Europese Gemeenschappen van
17 mei 1977 (PbEG L 145). In artikel 12, lid 3, onder a, van die
zogenoemde Zesde BTW-Richtlijn was sinds 1 januari 1999 bepaald dat
het normale BTW-tarief in de lidstaten in de periode van 1 januari
1999 tot en met 31 december 2000 niet lager mocht zijn dan 15% en dat
de Raad zou moeten besluiten over het niveau van de normale tarieven
na 31 december 2000.
Met Richtlijn 2001/41/EG van 19 januari 2001 heeft de Raad bepaald dat
ook in de periode van 1 januari 2001 tot en met 31 december 2005 het
normale BTW-tarief in de lidstaten niet lager mag zijn dan 15%.
Nederland voldoet reeds aan de bepalingen van laatstgenoemde richtlijn
vanwege het gestelde in de artikelen 9, eerste lid, 17d en 20 van de
Wet op de omzetbelasting 1968. In genoemde bepalingen is het normale
BTW-tarief sinds 1 januari 2001 gesteld op 19%. Nederland hoeft
Richtlijn 2001/41/EG derhalve niet te implementeren, en deze richtlijn
is dan ook abusievelijk vermeld in het in uw brief genoemde
kwartaalbericht.
Hoogachtend,
De Staatssecretaris van Financiën,
W. Bos