Ook langetermijnbeleggers moeten actief beleggen
Zoektocht naar gestage winstgroei
De volatiliteit op de aandelenbeurzen was het laatste jaar ongekend en
de fluctuaties worden nog elk kwartaal groter. Beleggers die menen
zich te kunnen beschermen tegen de koersdalingen door geheel uit de
markt te stappen of hun posities fors af te bouwen, moeten soms binnen
enkele maanden of weken concluderen dat ze de boot hebben gemist.
Het zoeken naar veilige aandelen buiten de technologiesector wordt niet gemakkelijker wanneer zelfs sterke farmaceuten als Merck en Novartis met negatief nieuws komen. Veel stabiele groeiers van weleer, zoals McDonald's, Coca Cola, Procter & Gamble, Unilever en Gillette, realiseren onvoldoende omzetgroei. Het virus van de nieuwe economie en de technologiesector blijkt ook bedrijven uit de oude economie te hebben besmet, nu de economische groei in Amerika en Europa afneemt. Ondernemingen die niet voldoen aan de winstverwachtingen, worden op de beurs genadeloos afgestraft. Aandeelhouders worden steeds ongeduldiger. Zowel in de Verenigde Staten als in Europa is een aandeel gemiddeld minder dan anderhalf jaar in handen van dezelfde aandeelhouder. In 1960 was dat nog acht jaar en in 1980 vier jaar.
Anticiperen op verandering
Op korte termijn oogt het beeld van de aandelenmarkt chaotisch, maar
op langere termijn volgen de koersen de bedrijfsresultaten wel. Het is
duidelijk gebleken dat aandelenmarkten anticiperen op veranderingen in
de bedrijfsresultaten. Ook langetermijnbeleggers doen er dan ook goed
aan de ontwikkelingen te volgen. Veel beleggers merken momenteel dat
de selectie van kwaliteitsaandelen en het voeren van een
buy-and-hold-strategie op langere termijn niet altijd vruchten
afwerpen. Weliswaar besparen zij op transactiekosten, maar deze
benadering houdt geen rekening met veranderende marktomstandigheden en
de dynamiek in het bedrijfsleven. De succesvolle ondernemingen van
weleer zijn mogelijk de verliezers van morgen. Bij AT&T, Motorola en
Lucent kunnen ze daarvan meepraten! Een comeback is niet uitgesloten,
maar het is vaak een lange weg. Het kostte IBM vanaf 1987 bijvoorbeeld
bijna tien jaar om op het oude koersniveau terug te komen.
Productinnovatie, nieuwe concurrenten, deregulering, liberalisatie van
kapitaalverk
eer, internationalisatie en mondialisering en internet duiden allemaal
op gewijzigde omstandigheden. De invoering van de euro bewijst
eveneens dat marktomstandigheden drastisch kunnen veranderen.
Ondernemingen moeten hun strategie dus soms aanpassen en hetzelfde
geldt voor beleggers. Periodieke evaluatie van de portefeuille en
aanpassing aan gewijzigde omstandigheden zijn noodzakelijk.
Index biedt geen soelaas
Veel beleggers menen dat ze dan maar het beste volgens de index kunnen
beleggen. Ook dat biedt echter geen houvast, want de samenstelling van
de indices is helemaal niet zo stabiel. Zo is de vertrouwde AEX-index
afhankelijk van de omzetten van de meest verhandelde beursfondsen op
de Amsterdamse beurs. De S&P 500, de index van de vijfhonderd grootste
Amerikaanse ondernemingen, is al evenmin stabiel. De laatste tien jaar
zijn er 286 fondsen nieuw in deze index opgenomen. De nieuwkomers
vertegenwoordigen eenderde van de waarde van de index.
Als we aandelen en ondernemingen selecteren op onafgebroken winst- en
omzetgroei, voldoen maar weinig ondernemingen aan de strenge criteria.
Het Amerikaanse Automatic Data Processing is zo'n bedrijf: sinds de
beursintroductie in 1961 stijgen de resultaten van deze onderneming
continu. Een ander voorbeeld is Johnson & Johnson, dat in april
aankondigde dat het voor het 39e achtereenvolgende jaar het dividend
zou verhogen, ditmaal met zo'n 12,5%. Aandelen die nu een
dividendrendement bieden dat hoger is dan gemiddeld, bieden de komende
jaren mogelijk ook een beter totaal beleggingsresultaat. Prettige
bijkomstigheid voor Nederlandse beleggers is dat zij een hoog
dividendrendement niet meer vanuit fiscaal oogpunt hoeven te
vermijden.
Kampioenen
Stel dat wij van de circa 175 Europese bedrijven die MeesPierson
momenteel actief volgt, iets minder strenge criteria hanteren voor
gestage winstgroei en slechts 'eisen' dat de jaarwinsten de laatste
tien jaar onafgebroken stegen. Dan komen er toch niet meer dan
vijftien door de poort. We weten nu al dat enkele van deze vijftien
kampioenen zullen struikelen voor de eindstreep van 2001: het lijkt
vrijwel uitgesloten dat de winsten van Novartis en Hagemeijer dit jaar
nog zullen stijgen. Aegon, ING en Ahold blijven echter zeer
waarschijnlijk tot het selecte gezelschap behoren. Gestage winstgroei
is een belangrijk criterium dat aan een succesvol beleggingsbeleid kan
bijdragen.