Partij van de Arbeid

Den Haag, 5 juli 2001

BIJDRAGE VAN FERD CRONE (PVDA) AAN HET ALGEMEEN OVERLEG ONTWIKKELING EN STAND VAN ZAKEN INTERNATIONAAL KLIMAATBELEID

Dit algemeen overleg gaat voornamelijk over de vraag: hoe verder met internationaal klimaatbeleid nu dat de Verenigde Staten het Kyoto Protocol 'dood' hebben verklaard? Het overleg is dus deels informatief: wat zijn de vorderingen? En deels politiek van aard: zullen we zonder de VS verder timmeren aan een internationaal akkoord inzake klimaatbeleid? En: wat zijn de mogelijke terugvalopties?

Andere onderwerpen staan ook op de agenda maar zijn van minder belang. Bijvoorbeeld een aantal (wetenschappelijke) rapporten die klimaatverandering nog sterker toeschrijven aan menselijke invloeden en die uiteenzetten dat met bestaand beleid broeikasemissies terug te dringen zijn zonder al te veel gevolgen voor de economie. Deze rapporten versterken alleen nog meer onze positie om verder te gaan met klimaatbeleid. Ook is er een tussenevaluatie van Nederlands klimaatbeleid die een opsomming biedt van het ingezette beleid. Maar deze tussenevaluatie kan nog geen heldere cijfers geven over de werkelijke emissie ontwikkelingen (CPB, ECN, RIVM doen verslag in het najaar). Wij willen graag deze cijfers afwachten. De belangrijke onderwerpen van de tussenevaluatie - verdere stimulering van WKK en EPA - zijn al aan de orde geweest of komen nog aan bod.

Stand van zaken

Zoals bekend is de Klimaatconferentie in Den Haag mislukt. Dit was de zesde bijeenkomst van alle deelnemende partijen om afspraken over internationaal klimaatbeleid te maken of verstevigen. Om het proces weer vlot te trekken heeft Pronk als voorzitter van de partijen een nieuw voorstel ingediend, het zgn. Pronk Paper. Dit paper, gepresenteerd begin april, stelt belangrijke compromissen voor ten aanzien van een aantal onderwerpen: 'sinks' (bosaanleg voor CO2-opvang), de verhouding tussen binnenlandse en buitenlandse maatregelen (emissiehandel), steun aan ontwikkelingslanden en sancties ter naleving van de gemaakte afspraken. Amendementen zijn ingediend om daar wijzigingen aan te brengen. Deze zijn informeel besproken tijdens een VN-bijeenkomst eind april in New York. Afgelopen weekend kwamen de partijen in Scheveningen weer bijeen. Dit had moeten leiden tot een duidelijk standpunt voor de vervolgconferentie in Bonn (COP6 plus) die in juli plaatsvindt.

Maar afronding met een duidelijk standpunt naar Bonn toe is er (nog) niet van gekomen. Het is niet duidelijk of Japan blijft meedoen. Japan lijkt niet zonder de VS verder te willen gaan. Dit ondanks concessies die gedaan zijn aan Japan (10+3 Mton optie voor sinks). En Japan is cruciaal voor het Kyoto Protocol. Immers, als 55 landen, verantwoordelijk voor 55% van alle broeikasemissies, het Kyoto Protocol ratificeren, dan treedt het Protocol in werking. De nodige participatie is er wel (EU-lidstaten, Oost-Europese landen, Rusland), maar geen enkel land (Japan) mag nog afvallen.

Wat gebeurt er met het Kyoto Protocol? Dat is de grote vraag voor de komende conferentie in Bonn die uitsluitsel moet bieden. Het Kyoto Protocol regelt de internationale samenwerking voor klimaatbeleid. Pas dan hebben we afspraken het klimaatprobleem in toom te houden. En zadelen we onze kinderen en armere landen, die het meest getroffen worden, niet op met een door ons veroorzaakte klimaatverandering.

Maar is er genoeg samenwerking tussen de Kyoto-deelnemers om tot een goede afronding te komen? De VS doen niet mee. Japan weifelt en wil per se dat de VS binnenboord blijft. Toch zijn er genoeg welwillende landen: EU-lidstaten, Oost-Europese landen en Rusland. Maar geen enkel land mag nog afvallen, zeker niet Japan. Met Japan erbij halen we de eindstreep (58%). En het liefst zouden andere landen moeten meedoen, zoals Australië en Canada. Graag toelichting hierop.

Standpunt PvdA

Een werkbaar Protocol moet er komen. Betrokkenheid van de VS is op termijn onmisbaar, gezien hun aandeel in broeikasgassen (25% van de mondiale uitstoot). Uiteindelijk moet dat een reden zijn om het proces voort te zetten met de welwillende partijen, die klimaatafspraken willen maken. En premier Kok kreeg tijdens de EU-top in Zweden de belofte van Bush dat "Amerika anderen die wel mee willen gaan in het Kyoto proces niet zal blokkeren." Een belangrijke doorbraak. Wel moet druk op de VS om mee te doen uitgeoefend blijven worden.

Dit is ook de algemene strekking van het artikel dat ik met Magreeth de Boer heb geschreven (De Volkskrant, 26 april 2001). Er moet bescherming zijn voor de landen die extra beleid voeren om te voorkomen dat bedrijven in de VS onterecht concurrentievoordeel hebben door achterblijvend milieubeleid. Dit is consistent met de Wereld Handelsorganisatie (WTO). Ook is dit onderdeel geweest van het Montreal Protocol (Ozonverdrag), waarin landen die cfk's blijven produceren daar geen handelsvoordeel aan mogen ontlenen. We willen geen handelsoorlog, maar een afstemming tussen economie/handel aan de ene kant en milieu(verdragen) aan de andere kant.

Wat de heer Kock voorstelt - koppeling CO2-uitstoot en economische groei - als tegenreactie op ons artikel is zeker een goed idee maar kan pas na Kyoto (De Volkskrant, 21 mei 2001). De VS stemt namelijk alleen in met emissierechten op basis van economische groei of op basis van het inkomen per hoofd van de bevolking als volledige emissiehandel kan plaatsvinden, dus als ontwikkelingslanden wereldwijd meedoen. Zij zullen echter pas een 'commitment' willen aangaan na Kyoto, als de emissierechten worden verdeeld tussen alle landen op basis van historische rechten, gelijke rechten of een mengvorm tussen beiden. En als rijke landen hun verantwoordelijkheid nemen en niet afschuiven.

De Tweede-Kamerfractie van de VVD ziet de participatie van de VS en Japan anders. De VVD hamert op ratificatie van het Kyoto Protocol door de VS en Japan. Anders doet de VVD niet mee? Dat is (nog) niet duidelijk. In de Tweede Kamer debatteren we vandaag daarover. Maar als de VVD vasthoudt aan deze onhaalbare voorwaarde - vooral de participatie VS - komen we er niet.

We komen er wel met de mogelijkheden die er zijn. Klimaatbeleid is immers haalbaar, zelfs in beperkt EU-verband. Verschillende studies rekenen dat voor. En daar wijzen de heren Bollen, Manders en Tang terecht op (De Volkskrant, 4 mei 2001). De EU kan de Kyoto doelstelling halen zonder grote gevolgen voor de economie, ook zonder de VS. De kosten zijn minder dan 0.1% van het BNP. De grootste en relatief goedkoopste emissiereducties kunnen worden bereikt in de energiesector en in de industrie binnen de EU. Samenwerking is dan wel van groot belang in de vorm van emissiehandel, niet wereldwijd maar binnen Europa. Zonder die eerste stap van de rijke landen komen de ontwikkelingslanden nooit over de brug. Wachten totdat de VS en Japan meedoen, zoals de VVD dat doet, zou de absolute dood voor Kyoto betekenen want dan moet een volledige nieuwe brug worden gebouwd en dat duurt weer 10 jaar.

Kortom, we nemen verantwoordelijkheid voor klimaatbeleid. We wachten niet totdat de VS en Japan meedoen. En we hammeren op de haalbaarheid, samen met onze Europese partners. Dit is de politieke boodschap die de Nederlandse regering moet uitdragen.