Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij

De Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Postbus 20018
2500 EA Den Haag
uw brief van

uw kenmerk

ons kenmerk
N/2001/2331
datum
03-07-2001

onderwerp
Programma Beheer
doorkiesnummer

bijlagen

Geachte Voorzitter,

In overleggen met uw Kamer, zoals tijdens het Algemeen Overleg op 4 april jl. en de voortzetting daarvan op 11 april jl. en uw recente verzoek van 26 juni jl., maar ook uit rechtstreekse reacties van burgers blijkt mij dat de uitvoering van het Programma Beheer zowel uw Kamer als delen van de samenleving niet onberoerd laat. Enerzijds is er veel maatschappelijke vraag, met name voor agrarisch natuurbeheer; anderzijds vereist de uitvoering van Programma Beheer sterke sturing zodat aanvragers snel duidelijkheid krijgen of wel of niet subsidie kan worden verkregen voor het realiseren van de door mij gewenste kwaliteit. Het verkrijgen van deze duidelijkheid is voor mij mede aanleiding een aantal wijzigingen en aanscherpingen door te voeren ten aanzien van de systematiek van de regelingen van Programma Beheer en de monitoring van de uitvoering van Programma Beheer. Hieronder zal ik achtereenvolgens ingaan op de bijgestelde uitvoeringsopzet van Programma Beheer 2002 en volgende jaren, de afhandeling van de aanvragen die van 2000 naar 2001 zijn doorgeschoven, en hoe ik omga met de middelen die ik voor 2001 beschikbaar heb. Tenslotte ga ik in op de verdere professionalisering van de natuurverenigingen, de door u gewenste reactie op de brief van de vereniging voor natuur- en landschapsbeheer De Lieuw uit Texel alsmede het rapport 'Boeren voor Natuur'.

up

datum
03-07-2001

kenmerk
N/2001/2331

bijlage

Opzet Programma Beheer 2002 en de daarop volgende jaren De kern van het Programma Beheer is dat er een directe relatie wordt gelegd tussen taakstellingen op het gebied van het natuurbeleid (kwalitatief en kwantitatief) en de daarvoor benodigde beschikbare middelen; het resultaat wordt beloond. Om deze redenen zijn in de Nota Natuur voor mensen, mensen voor natuur toetsbare kwalitatieve en kwantitatieve natuurdoelstellingen opgenomen.
Om hieraan sturing te kunnen geven zijn in regelingen onder Programma Beheer verschillende pakketten opgenomen die de natuurkwaliteit beschrijven.
Essentieel hierbij is dat de overheden (rijk en provincies) gericht sturen op de gewenste kwaliteit en kwantiteit. Tot op heden is vooral de vraag vanuit de verzoekers bepalend geweest. Ervaring leert dat het uitgaan van het aanbod uit het veld niet altijd overeen blijkt te komen met een meer beleidsmatig gewenste evenwichtige realisatie.

Met betrekking tot de systematiek van Programma Beheer wil ik vooruitlopend op de evaluatie in 2003 nu al een aantal wijzigingen doorvoeren.
De afgelopen periode kenmerkt zich door dominantie in het aantal aanvragen agrarisch natuurbeheer. Ik waardeer deze belangstelling en heb dat ook tot uitdrukking gebracht door extra middelen voor agrarisch natuurbeheer te reserveren. Toch kan door de systematiek van de regeling niet voorkomen worden dat aanvragers lang in onduidelijkheid verkeren omtrent hun aanspraken. Daarbij komt dat de andere taakstellingen op het gebied van mijn natuurbeleid achterop zouden kunnen geraken naarmate gelden voor natuur worden aangewend voor agrarisch natuurbeheer (voor zover boven de taakstelling van agrarisch natuurbeheer). Aan deze onduidelijkheid en de risico's dat de realisatie van mijn taakstellingen, waarvoor het Programma Beheer als instrument is ingezet, onevenwichtigheden vertoont, wil ik een einde maken
Ik leg daarom nu het accent op het sturen op kwaliteit en beschikbare middelen, uiteindelijk geconsolideerd in taakstellingen.

Gelet op bovenstaande zal ik de volgende maatregelen introduceren:
* in het najaar worden budgetplafonds gepubliceerd die beschikbaar zijn voor 2002. Tot 1 januari kunnen aanvragen worden ingediend opdat tijdig in 2002 duidelijkheid kan worden gegeven omtrent honorering van de aanvraag. Deze plafonds zullen gebaseerd zijn op een nadere analyse van de taakstellingen om de natuurdoelen in 2018 te kunnen realiseren. Mocht voor een bepaald onderdeel van de regeling de taakstelling voor dat jaar gerealiseerd zijn dan zullen alle aanvragen voldoen aan alle overige criteria maar die het budget overschrijden, worden afgewezen;
* ten einde deze systematiek in te voeren en tegelijkertijd te voorkomen dat budgetten dan onbenut zouden blijven en om reële prognoses te kunnen maken, zal ik de interne rapportage over voortgang van de uitvoering en uitputting van de beschikbare middelen aanscherpen om zonodig lopende de uitvoering van de regeling de budgetplafonds per onderdeel te kunnen bijstellen;
* om technische problemen snel te kunnen signaleren en ondervangen functioneert nu al een klankbordgroep met vertegenwoordigers vanuit diverse groeperingen van beheerders, zoals In Natura, Natuurmonumenten, Unie van Bosgroepen, en Unie van Landschappen. De taakopdracht van deze klankbordgroep zal ik formaliseren;
* om agrarische natuurverenigingen verder te stimuleren zal prioriteit worden gegeven aan zogenaamde collectieve pakketten. Dit zijn door natuurverenigingen ingediende gezamenlijke aanvragen voor Programma Beheer bestaande uit grote oppervlakten.

Afhandeling aanvragen uit 2000 in 2001

Over de afhandeling van 2000 zal ik kort zijn aangezien ik u daarover bij het Algemeen Overleg op 4 april jl. en later bij de bespreking van de Financiële verantwoording van mijn ministerie op 7 juni jl. uitgebreid heb geïnformeerd. Geen van de aanvragen over 2000 die zijn doorgeschoven naar 2001, zal om budgettaire redenen worden afgewezen.

Programma beheer 2001
Aan het begin van dit jaar heb ik budgetplafonds opengesteld voor verschillende onderdelen van de subsidieregelingen Natuurbeheer (SN) en Agrarisch Natuurbeheer (SAN).

De Subsidieregeling Natuurbeheer
De openstelling van de onderdelen functiewijziging en blijvend bos heb ik in het begin van het jaar aangehouden in verband met nadere vaststelling van de tarieven vanwege grondwaardestijging. Van de tot op heden nog niet opengestelde budgetten voor particulier natuurbeheer(inclusief bosaanleg) zal ik zo spoedig mogelijk nieuwe budgetplafonds publiceren om invulling te kunnen geven aan de taakstellingen. Voor particulier natuurbeheer (inclusief bosaanleg) zal dit in totaal f 38 mln zijn.

De Subsidieregeling Agrarisch Natuurbeheer

Er is inmiddels op de eerste gepubliceerde tranche agrarisch natuurbeheer in 2001 voor ca. f 103 mln aangevraagd. Bezien moet worden hoeveel hiervan betrekking heeft op aflopende contracten in het kader van de Regeling Beheersovereenkomsten Natuurontwikkeling (RBON). Continuïteit van het beheer heeft prioriteit. Ik zal alle aanvragen die betrekking hebben op de voortzetting van de bestaande overeenkomsten RBON honoreren.
Voor het agrarisch natuurbeheer zal ik definitief een budget (zowel verplichtingen als kas) vaststellen nadat uit een analyse van de liggende aanvragen duidelijk is welk deel betrekking heeft op voortzetting van het bestaande beheer. Pas dan is de resterende ruimte bekend voor het overig agrarisch natuurbeheer.

Tenslotte

Om verder ondersteuning te bieden aan de verdere professionalisering van de agrarische natuurverenigingen heb ik voor de komende 3 jaar f 0,5 mln per jaar ter beschikking gesteld voor een voorlichtingstender op het gebied van agrarisch natuur- en landschapsbeheer. Deze dient invulling te geven aan o.a. inpassing van natuur- en landschapsbeheer in de bedrijfsvoering en versterking van de lokale organisatie.

In de brief van de agrarische natuurvereniging De Lieuw uit Texel komt een aantal onderwerpen aan de orde. Met hetgeen ik hiervoor heb aangegeven, is een deel van de brief beantwoord. Wat betreft het onderwerp over het stopzetten van provinciale subsidieregelingen en de betekenis daarvan voor agrarisch natuurbeheer ga ik er vanuit dat de provincies voortzetting van bestaande beheerscontracten die aflopen even belangrijk vinden als ikzelf. Inmiddels is daarover overleg gaande.

In het rapport 'Boeren voor Natuur' opgesteld door Alterra, het Landbouw-economisch Instituut en de LNV-directie Oost worden mogelijkheden gepresenteerd om het beheer van natuur en landschap in de agrarische bedrijfsvoering te integreren. Kenmerken van de voorstellen zijn o.a. het vastleggen van 'natuur- en landschapsrechten' op de agrarische grond met een vergoeding vanuit een op te richten fonds.
Ik wil de ideeën genoemd in dit rapport nader onderzoeken op de relatie met het beleid en de haalbaarheid van de uitvoering. Ik wil dit rapport danook betrekken bij het project dat LNV samen met LTO-Nederland heeft afgesproken om alternatieve vormen van financiering van agrarisch natuurbeheer te gaan verkennen.

De staatssecretaris van Landbouw, Natuurbeheer
en Visserij,

G.H. Faber