03-07-2001
RO-beleid Tilburg getoetst door Inspectie
Plan van aanpak opgesteld met verbeterpunten
Het college van B&W heeft een plan van aanpak opgesteld om een aantal
kwesties op het gebied van ruimtelijke ordening te verbeteren. Met
deze verbeterpunten geeft Tilburg een vervolg aan de conclusies van
het onderzoeksrapport van de Inspectie van de Ruimtelijke Ordening van
het ministerie van VROM. In dit rapport signaleert de Inspectie een
aantal ernstige tekortkomingen rond de correcte vergunningverleging op
het gebied van de Ruimtelijke Ordening.
Overigens is Tilburg al langer bezig om de ruimtelijke
ordeningsprocessen te verbeteren. Het onderzoek biedt nader zicht op
deze materie en biedt aanknopingspunten die verwoord zijn in het plan
van aanpak.
IRO-onderzoek
Vorig najaar heeft de Inspectie van de Ruimtelijke Ordening in de
zuidelijke provincies (IRO-zuid) een onderzoek gedaan naar de
toepassing van het wettelijk instrumentarium op het gebied van de
ruimtelijke ordening in Tilburg. De IRO-zuid is een onderdeel van de
Rijks Planologische Dienst en heeft tot taak om toe te zien op een
goede uitvoering van het rijksbeleid en de daarbij behorende
regelgeving voor de ruimtelijke ordening.
Het onderzoek had als onderwerpen: het planologisch kader, de
toepassing van bestemmingsplannen en de handhaving van
bestemmingsplannen. De onderzoeksperiode betreft geheel 1999 en de
eerste helft van 2000.
Het onderzoek had een verkennend karakter en heeft zich beperkt tot
vergunningverlening en -handhaving op terrein van horecavoorzieningen,
oude bedrijventerreinen en het buitengebied, drie kwetsbare items op
het terrein van ruimtelijke ordening.
Het was de eerste keer dat een dergelijk onderzoek in Tilburg werd
gehouden. Het eindrapport is inmiddels aan het gemeentebestuur
aangeboden.
De IRO-zuid besluit het onderzoeksrapport met een aantal conclusies en
aanbevelingen. Op basis van deze aanbevelingen is door de gemeente een
plan van aanpak opgesteld, dat op onderdelen nog moet worden
uitgewerkt, maar dat op hoofdlijnen door burgemeester en wethouders is
vastgesteld.
Conclusies
Het IRO-rapport geeft aan dat het planologisch kader van de gemeente
Tilburg verouderd en versnipperd is waardoor het niet goed hanteerbaar
is. Een overkoepelende visie op de stad en het buitengebied wordt
gemist. Er bestaan veel bestemmingsplannen waarvan een groot deel
(sterk) verouderd is. De wisselwerking tussen beleid- en planvorming
enerzijds en de uitvoering en vergunningverlening anderzijds is in
Tilburg onvoldoende. Hierdoor is het beleid en de uitwerking daarvan
in de praktijk minder effectief dan gewenst. Tot voor kort bestond er
in Tilburg een verkorte procedure die leidde tot verlening van
vergunningen in strijd zijn met de wet. het verlenen van
vrijstellingen en vergunningen worden fouten gemaakt mede vanwege
gebrekkige bestemmingsplandossiers. Daarnaast wordt onvoldoende belang
gehecht aan een wettelijk correcte totstandkoming van besluiten. Er
wordt soms eenzijdig gezocht naar mogelijkheden om aan van
bestemmingsplannen afwijkende vragen tegemoet te kunnen komen en
"kleine" afwijkingen van bestemmingsplannen worden met enige regelmaat
vergund zonder hiervoor de wettelijk voorgeschreven
vrijstellingsprocedure te volgen. Voorts blijkt de affiniteit met het
buitengebied soms onvoldoende om bijvoorbeeld agrarische aanvragen
adequaat op hun merites te toetsen.
Ten aanzien van de handhaving van bestemmingsplannen en van ruimtelijk
beleid wordt geconstateerd dat een degelijk handhavingsbeleid
ontbreekt en dat in beperkte mate en selectief wordt gehandhaafd in de
gemeente Tilburg. Ook op dit punt is een cultuuromslag gewenst.
Verbeteracties
Deze conclusies worden door de gemeente onderschreven. Op een aantal
van de door de IRO-zuid gemeroreerde problemen zijn al langer
verbeteracties aan de gang. De gemeente wil nu een extra inspanning op
deze verbeteracties leveren, zoals dat in het plan van aanpak is
aangegeven. Ten aanzien van het planologisch kader zal de
totstandkoming van (beheer)bestemmingsplannen worden versneld, zodat
in 2006 kan worden beschikt over actuele bestemmingsplannen (dat wil
zeggen: niet ouder dan 10 jaar) voor het gehele gemeentelijke
grondgebied, centrum, bestaand stedelijk gebied en buitengebied.
Overbodig
Bij de toepassing van bestemmingsplannen, de vergunningverlening en
vrijstellingverlening zal een extra accent worden gelegd op de
zorgvuldigheid en de kwaliteit door op deze onderdelen meer mensen in
te zetten en de interne processen te verbeteren. Overigens hebben
recente wetswijzigingen de oneigenlijke procedure voor kleine
afwijkingen van het bestemmingsplan al overbodig gemaakt.
Voor de handhaving van bestemmingsplannen wordt een nieuw beleid in
het vooruitzicht gesteld dat in dit najaar zijn beslag moet krijgen.
Voor de korte termijn worden extra handhavingsacties in het
buitengebied en op bedrijventerreinen ingesteld.
Nieuw rijksbeleid
De gemeente verwacht met het plan van aanpak een kwaliteitsverbetering
van beleid en uitvoering op het gebied van de ruimtelijke ordening te
bereiken.
Door de gemeente wordt aan de IRO-zuid aanbevolen om de resultaten van
dit onderzoek en soortgelijke onderzoeken input te laten zijn bij de
voorbereiding van nieuw rijksbeleid.