Ministerie van Buitenlandse Zaken

http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=417577



Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Mensenrechten en Vredesopbouw Afdeling Mensenrechten Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 2 juli 2001 Auteur B. Van Loosdrecht
Kenmerk DMV/MR-505/01 Telefoon 070 - 348 5064
Blad /1 Fax 070 - 3485049
Bijlage(n) 1 E-mail bengt.loosdrecht@minbuza.nl
Betreft Beantwoording vragen van de leden Koenders en Timmermans over mensenrechtenschendingen in Tsjetsjenië

Zeer geachte Voorzitter,

Onder verwijzing naar de brief van de Griffier Uwer Kamer d.d. 22 juni jl. kenmerk 2000112570, waarbij gevoegd waren de door de leden Koenders en Timmermans overeenkomstig artikel 134 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer bij U ingediende vragen, heb ik de eer U als bijlage dezes het antwoord op de gestelde vragen te doen toekomen.

De Minister van Buitenlandse Zaken

Antwoord van de heer Van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken, op vragen van de leden Koenders en Timmermans

Vraag 1

Kent u de zeer ernstige beschuldigingen van de Duitse Vereniging voor Bedreigde Volkeren (GfbV) over betrokkenheid van Russische militairen bij het doden van jonge Tsjetsjenen met als doel het verkopen van hun organen?

Antwoord

Ja, de inhoud van het ANP-bericht van 13 juni, dat verwijst naar een persconferentie van het Duitse Gesellschaft für bedrohte Völker in Göttingen, is mij bekend. Ook zijn de desbetreffende rapporten van GfbV mij bekend.

Vraag 2

Zo ja, beschikt u over aanwijzingen uit andere bronnen dat deze beschuldigingen op waarheid berusten? Zijn hierover (getuigen)verklaringen opgenomen door non-gouvernementele organisaties als Human Rights Watch en Artsen zonder Grenzen?

Antwoord

Er zijn geen andere bronnen dat de Duitse organisatie GfbV die de beschuldigingen hebben geuit. Human Rights Watch, Amnesty International noch Artsen zonder Grenzen kunnen de feiten, die GfbV aandraagt, met getuigenverklaringen staven.

Vraag 3

Bent u bereid over deze kwestie navraag te doen bij de Russische autoriteiten en deze te verzoeken zo nodig strafvervolging in te stellen tegen de daders?

Antwoord

Zolang niet ook andere bronnen informatie aandragen die de door GfbV geuite beschuldigingen zou staven, zie ik onvoldoende grond deze kwestie bij de Russische autoriteiten aan de orde te stellen.

Vraag 4

Hebben de vertegenwoordigers van de Raad van Europa in Tsjetsjenië van de beschuldigingen melding gemaakt in hun rapportage? Bent u bereid het initiatief te nemen dat deze vertegenwoordigers de beschuldigingen ter plekke onderzoeken en over hun bevindingen verslag uitbrengen?

Antwoord

De vertegenwoordigers van de Raad van Europa in Tsjetsjenië hebben in hun meest recente rapport ("Negende interimrapport van de Secretaris-Generaal over de aanwezigheid van deskundigen van de Raad van Europa in het bureau van de Speciale Vertegenwoordiger van de president van de Russische Federatie") noch in andere rapporten melding gemaakt van de beschuldigingen.

Vraag 5

Kunt u ervoor zorgen dat de OVSE-vertegenwoordiging in Tsjetsjenië, die binnenkort zal worden gereactiveerd, de mogelijkheid krijgt deze en gelijksoortige beschuldigingen te onderzoeken?

Antwoord

Per 15 juni jl. Is de OVSE missie formeel teruggekeerd naar Tsjetsjenië. Twee missie leden bevinden zich in het kantoor in Znamenskoye. Krachtens haar mandaat kan de missie dergelijke beschuldigingen van schendingen van mensenrechten onderzoeken. Vanuit Nederlandse optiek moet zij dat ook doen. Naast de algemene veiligheidssituatie is er echter nog een aantal technische belemmeringen, zoals het niet kunnen registreren van auto's, die de bewegingsvrijheid belemmeren. Bovendien moeten alle reisplannen vooraf aan het militaire gezag ter goedkeuring worden voorgelegd. Dit maakt de armslag van de missieleden in de praktijk zeer gering.

Kenmerk
Blad /1

===