Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Ministerie van Sociale Zaken Directie Bijstandszaken en Werkgelegenheid Afdeling Algemeen Beleid

Burgemeester en Wethouders Postbus 90801 Directeuren Gemeentelijke Sociale Diensten 2509 LV Den Haag Anna van Hannoverstraat 4 Hoofden Afdelingen Sociale Zaken Telefoon (070) 333 44 44 Telefax (070) 333 40 33

Uw brief Ons kenmerk Doorkiesnummer BZ/AB/01/41769

Onderwerp Datum Contactpersoon Circulaire koppeling overheidsprestaties aan Rijksconsulentschappen inschrijving GBA

Per 1 juli 2001 treedt een wet in werking1 op grond waarvan overheidsprestaties vanaf die datum worden gerelateerd aan een juiste inschrijving in de gemeentelijke basisadministratie (GBA). Het doel van deze wet is een bijdrage te leveren aan de fraudebestrijding door de betrouwbaarheid van het adresgegeven in de GBA te vergroten. Dit wordt ondermeer bereikt door het belang van de burger bij een correcte inschrijving in de basisadministratie te vergroten: een onjuiste inschrijving kan gevolgen hebben voor de betreffende overheidsprestatie. Het gaat hier om een brede wet, die meerdere beleidsvelden betreft. U zult hiervan dan ook al uit andere hoofde op de hoogte zijn, maar geluiden uit het veld hebben mij doen besluiten nog eens precies aan te geven waar het, wat het bijstandsterrein2 betreft, om gaat.

Met de inwerkingtreding van deze wet wordt het recht op uitkering afhankelijk gesteld van de juiste inschrijving in GBA. Als bij een aanvraag of heronderzoek een discrepantie bestaat tussen de door de aanvrager verstrekte adresgegevens en hetgeen in de GBA vermeld is, moet de cliënt allereerst zorgen dat de inschrijving in de GBA correct is. Pas als de adresgegevens met elkaar in overeenstemming zijn, kan tot toekenning of voortzetting van een bijstandsuitkering worden overgegaan. Hierop bestaan een aantal uitzonderingen: indien het juiste woonadres niet relevant is voor de vraag of er recht op een uitkering bestaat, indien belanghebbende van de afwijking redelijkerwijs geen verwijt kan worden gemaakt of indien burgemeester en wethouders dringende redenen hebben om hier van af te wijken hoeft er geen opschorting van het recht op uitkering plaats te vinden.

Het voornaamste verschil met de situatie voor 1 juli 2001 is dat bij het nemen van een beslissing over het recht op uitkering de inschrijving in de GBA nadrukkelijk betrokken moet worden. Uit


1 Wijziging van enige wetten teneinde de aanspraak jegens bestuursorganen op verstrekkingen, voorzieningen en uitkeringen afhankelijk te maken van het in de gemeentelijke basisadministratie persoonsgegevens opgenomen gegeven omtrent het adres van een ingezetene, Tweede Kamer, vergaderjaar 1999-2000, 26 943, nr.3, Stb. 2001 nr. 67.

2 Abw, IOAW en IOAZ.






artikel 117, eerste lid, onder c Abw (en overeenkomstige bepalingen in de andere wetten) volgt dat de resultaten van de verificatie bij de GBA zichtbaar in de administratie opgenomen moeten worden. In het geval dat wordt afgeweken van de regel dat het recht op uitkering gekoppeld is aan de juiste inschrijving in de GBA, bijvoorbeeld op grond van een dringende reden, moet de overweging die daaraan ten grondslag ligt expliciet uit het dossier blijken.

Vanuit het uitvoeringspanel is aangegeven dat er nog een klein aantal sociale diensten is dat nog niet aan de GBA is gekoppeld of op andere wijze daarin inzage heeft. Voor deze sociale diensten zal de wet als consequentie hebben dat de door de GBA geleverde mutaties handmatig moeten worden verwerkt. In de praktijk blijkt echter het aantal gevallen waarin adresgegevens van sociale diensten afwijken van de GBA-adresgegevens, gering te zijn. De tekst van artikel 69a aan, dat per 1 juli a.s. deel uitmaakt van de Abw, treft u als bijlage aan.

Voor vragen over deze circulaire kunt u elke werkdag van 9.00 tot 12.00 uur telefonisch contact opnemen met de servicelijn van het Rijksconsulentschap sociale zekerheid in uw regio.

De directeur Bijstandszaken,

(drs. P.P.L. van Kalmthout)