LIMBURG IN BEELD 2001
ETIL-rapport 'Limburg in Beeld 2001' verschenen
GRENZELOZE MOGELIJKHEDEN VOOR LIMBURG
Limburgse ondernemers zouden meer over de grenzen moeten kijken. De
Euregio biedt sociaal-economisch perspectief. Dat is de belangrijkste
conclusie die gedeputeerde drs. Jan Tindemans (Economische Zaken)
trekt uit het ETIL-rapport 'Limburg in Beeld 2001' dat vandaag is
verschenen.
Uit het rapport blijkt onder meer dat minder dan twintig procent van
de Limburgse bedrijven zaken doet met Belgisch Limburg. Voor de import
uit en export naar het Duitse deel van de Euregio ligt dit percentage
tussen de 13-15 procent. De import en export van en naar de provincie
Luik ligt rond de 6-7 procent.
Het rapport 'Limburg in Beeld 2001' bevestigt volgens de Provincie
Limburg het belang van de grensoverschrijdende samenwerking en de
sociaal-economische positie van Limburg. Het ETIL-rapport geeft een
goede aanzet voor een brede analyse van de sociaal-economische
ontwikkelingen van de Euregio. Ook de aanzet in het rapport om de
cultuurverschillen tussen Nederlanders, Belgen en Duitsers beter te
verkennen, biedt volgens de Provincie Limburg interessante
aanknopingspunten. Dat geldt met name voor de werving van
arbeidskrachten en het vestigingsbeleid voor bedrijven en
instellingen.
Arbeidsmarkt
Het beeld van de laatste jaren zet zich ook in 2001 door en laat in
toenemende mate zien dat er krapte is op de Limburgse arbeidsmarkt. De
werkloosheid daalt nog steeds snel en ook de omvang van de stille
arbeidsreserve neemt af. De daling van de werkloosheid verloopt
momenteel in Limburg zelfs weer sneller dan landelijk. Dit is
opmerkelijk aangezien de resterende groep werklozen steeds moeilijker
is toe te leiden naar de arbeidsmarkt. "De snelle daling van de
werkloosheid komt mede door het beleid dat de Provincie voert samen
met onze partners in het Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg,"
aldus gedeputeerde Jan Tindemans (Economische Zaken). "Dat beleid is
gericht op reïntegratietrajecten, scholing van werklozen en de
aansluiting van onderwijs-arbeidsmarkt. Zelfs bij een wat geringere
economische groei, kan de groei in werkgelegenheid aanzienlijk blijven
door de grotere vraag naar arbeidskrachten in de niet-commerciële
diensten, zoals de zorg."
In het ETIL-rapport wordt aangegeven dat er sprake is van een stijging
van de beroepsdeelneming met 4.500 personen per jaar. Deze
ontwikkeling komt vooral op het conto van herintreders, maar ook van
personen die tegenwoordig langer in dienst blijven. Voorbeelden
daarvan zijn ouderen en vrouwen met kinderen.
Aan de vraagkant is er een blijvende werkgelegenheidsgroei als gevolg
van de aanhoudende economische groei. Om in het te verwachten
vraagoverschot van ruim 12.000 vacatures te voorzien richt de
Provincie haar beleid, in samenwerking met de partners in het
Vertrouwenspact Werkgelegenheid Limburg, op de meest belangrijke
doelgroepen die tot de stille reserves worden gerekend: asielzoekers,
arbeids-gehandicapten en herintreders. Ook het arbeidspotentieel in
het aangrenzende buitenland wordt hierbij betrokken.
Via schaalvergroting en verbetering van de samenwerking zouden toch
mogelijkheden gecreëerd moeten kunnen worden voor een betere benutting
van het arbeidspotentieel in de euregio, zowel in kwantitatief als in
kwalitatief opzicht. ETIL en ROA werken gezamenlijk aan het in beeld
brengen van de euregionale arbeidsmarkt, als supplement op de
reguliere Regionale Arbeidsmarktinformatie Limburg (RAIL). Hierbij
wordt nadrukkelijk ook in kaart gebracht wat de oorzaken zijn van de
geringe pendelstromen tussen Limburg en het aangrenzende buitenland.
De toenemende vergrijzing van het werkzame deel van de bevolking en de
hiermee samenhangende problematiek worden momenteel onderzocht.
Ruimte
Het Rijk heeft in de Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening aangegeven het
huidige locatiebeleid te willen loslaten. In het verlengde daarvan wil
men de verantwoordelijkheid voor het (mede) vormgeven en uitwerken van
het locatiebeleid neerleggen bij de provincies. Dat heeft onder andere
gevolgen voor het te voeren provinciale beleid voor kantoren,
detailhandel en de vrije tijdsmarkt.
Hierop anticiperend ontwikkelt ook de Provincie Limburg een
marktstrategie Diensten en Locaties. In deze strategie wordt een visie
ontwikkeld op de marktpositie van diensten in Limburg en zullen ook de
ruimtelijk-economische consequenties voor kantoren en voorzieningen in
Limburg duidelijk worden gemaakt. Deze marktstrategie krijgt een
plaats in een aanvulling op POL. Deze gemeenten worden dan ook
intensief bij het totstandkomen van de marktstrategie betrokken.
Verwacht wordt dat er tot 2010 zo'n 900 tot 1000 ha bedrijventerrein
zal worden uitgegeven.