EERSTE RESULTATEN ONDERZOEK GRONDWATERSTANDVERLAGING ZEVENAAR BEKEND
28 Juni 2001
(DIT IS EEN GEZAMENLIJK PERSBERICHT VAN DE GEMEENTE ZEVENAAR,
PROVINCIE GELDERLAND EN HET MINISTERIE VAN VERKEER EN WATERSTAAT)
De eerste voorlopige onderzoeksgegevens met betrekking tot de daling
van de grondwaterstand in Zevenaar zijn bekend. Er is sprake van een
algemene grondwaterdaling die weliswaar sterker is dan voorgaande
jaren, maar als normaal kan worden gekenmerkt . Daarnaast is er een
extra daling die zich beperkt tot een gebied ter hoogte van de Heilige
Huisjes. De oorzaak van deze extra grondwaterdaling in de nabijheid
van de bouwwerkzaamheden van de Betuweroutetunnel blijkt vooralsnog
een lekkage in bouwkuip 10 van de tunnel. Deze daling zet zich op dit
moment niet verder door. Er is daarom nu geen gevaar voor verzakking
van panden en opstallen. De grondwaterstand is niet onder de kritische
grens van NAP +8.25 gekomen. Het lek in bouwtunnel 10 is nu gedicht.
De eerste voorlopige onderzoeksgegevens kunnen nog geen volledige
duidelijkheid geven over de oorzaak. Daarom is besloten een aanvullend
onderzoek te doen.
Een onafhankelijk ingenieursbureau doet het onderzoek naar de
grondwaterdalingen. De eerste onderzoeksvragen spitsten zich vooral
toe op de volgende elementen:
- De mogelijke oorzaken van de grondwaterdaling waarbij ook naar het
bouwproces wordt gekeken;
- Hoe ernstig is de situatie in verband met mogelijk optredende
verzakkingen van panden en woningen;
- Afhankelijk van de mogelijke oorzaken: wat voor vervolgstappen
kunnen worden gezet?
Huidige situatie
Bij een eerste vergelijking van alle beschikbare gegevens, komt het
volgende beeld naar voren: in vergelijking met andere jaren zijn de
grondwaterstanden over de periode mei/juni sneller gedaald dan
gewoonlijk, maar vertonen desalniettemin nog een normaal peil. Deze
algemene daling heeft geen relatie met de bouw van de
Betuweroutetunnel. In de gemeente Zevenaar, evenals in de rest van de
regio, is de daling ongeveer een halve meter. De daling van het
grondwaterpeil is forser tussen de Groessenseweg en de Heilige
Huisjes. Daar is het grondwater circa 50 centimeter extra gedaald.
Deze daling blijft beperkt tot de directe omgeving van de tunnel. De
grondwaterstand is nog niet onder de kritische grens van NAP +8,25.
Deze kritische grens is bepaald door grondwaterdalingen uit het
verleden, gemeten tijdens de zeer droge zomer van 1976 die gedurende
twee maanden heeft aangehouden. Bij het bereiken van de kritische
grens en daaronder, kunnen zettingen van de grond optreden. Op dit
moment zet de grondwaterdaling niet verder door en worden waarden van
rond de NAP + 8,50 meter gemeten.
De bouwmethode die wordt gebruikt om de spoortunnel Zevenaar aan te
leggen, is de meest voor de hand liggende methode in situaties waarbij
een verlaging van de grondwaterstand in de omgeving dient te worden
voorkomen. De extra daling van het grondwaterpeil van circa 50
centimeter blijkt vooralsnog te maken te hebben met een lekkage in
bouwkuip 10, tussen de Groessenseweg en de Heilige Huisjes.
Verzakkingen ten gevolge van grondwaterstandverlagingen spelen alleen
een rol als woningen gefundeerd zijn op staal (strokenfundering).
Woningen gefundeerd op palen lopen geen risico op verzakking. De
kritische grens voor woningen die de kans lopen te verzakken ligt op
NAP +8,25 meter. Mocht de grondwaterstand verder dalen of onder de NAP
+8,25 meter komen, dan kan verdere samendrukking plaatsvinden. Op
basis van wat nu bekend is over de grondsituatie in Zevenaar, is in
dat geval de kans op schade gering, maar niet volledig uit te sluiten.
Wel blijkt dat een eventuele invloed van de bouwwerkzaamheden zich
beperken tot het gebied waar de peilbuizen staan die aanleiding zijn
geweest voor dit onderzoek. Op 50 meter van de tunnel is de
grondwaterstand niet gedaald onder de NAP +8,25 meter. Dit betekent
dat in de omliggende woonwijken van de tunnel, die op grotere afstand
liggen, een dergelijk laag niveau zeker niet is bereikt.
Verdere maatregelen
De vorige week afgesproken maatregelen om een verdere daling van de
grondwaterstand in de nabijheid van de tunnel te voorkomen, worden
door de Projectorganisatie Betuweroute blijvend geëffectueerd. Het lek
in bouwtunnel 10 werd gevormd door scheuren. Deze scheuren zijn
geïnjecteerd met cement en daarmee is de lekkage gedicht. De
grondwaterstand wordt nauwkeurig gemonitord, zodat eventuele invloeden
van de bouw op de grondwaterstand direct worden gesignaleerd.
Aanvullend onderzoek vindt plaats. Mocht er aanleiding zijn om extra
maatregelen te treffen, dan worden deze in overleg tussen de gemeente
Zevenaar, Provincie Gelderland en de Projectorganisatie Betuweroute
genomen.
Persvoorlichting gemeente Zevenaar, Mw. B. Smit, 0316 - 595 253
Persvoorlichting ministerie van Verkeer en Waterstaat, Yvonne de
Keulenaar, 070 - 351 6582
Provincie Gelderland, Afd. Water, Jos van den Heuvel, 026 - 359 8826