|
Meer investeren in basisscholen binnenstad
Zie ook:
Vergaderagenda's 2001 Gemeenteraad en Adviescommissies
Meer investeren in basisscholen binnenstad
De openbare basisscholen in de binnenstad moeten worden opgeknapt en
het aantal lokalen moet worden uitgebreid. Dit is wat het college van
B&W concludeert op basis van een inventarisatie over de staat van het
onderhoud van de scholen in de binnenstad.
Deze inventarisatie is gemaakt naar aanleiding van de discussie in de
Raadscommissie Onderwijs vorig jaar over het rapport 'Huisvesting 2000
primair onderwijs binnenstad'. Beheer en onderhoud, vervanging van
meubilair, uitbreiding van het aantal lokalen, het opknappen van de
buitenkant van gebouwen, verbetering van de brandveiligheid en meer
onderwijsleermiddelen, staan nu op de prioriteitenlijst van het
college. Bovendien vragen de groei van het aantal leerlingen, alsook
strengere veiligheids- en milieueisen en de uitvoering van de
rijksmaatregel om klassen te verkleinen extra aandacht.
In de notitie 'Perspectief openbaar basisonderwijs Binnenstad, een
kwaliteitsimpuls' schetst het college een beeld van de noodzakelijke
uitgaven voor de komende jaren. Dit wordt per school aangegeven. Het
gaat om De Witte Olifant, de Boekmanschool inclusief De Kleine Reus,
De Parel, De Burght, de Theo Thijssenschool inclusief dependance
Palmstraat en de 14e Montessorischool De Jordaan inclusief dependance
Elandsstraat.
In totaal is er voor de openbare basisscholen in de binnenstad ruim 3
miljoen gulden ( 1.361.340,65) nodig voor het wegwerken van
achterstallig onderhoud en vervanging van meubilair. Een zelfde bedrag
moet er dan komen voor de zogenoemde doorvergoeding naar het bijzonder
onderwijs. Voor onderhoud aan de buitenkant, aanpassing of uitbreiding
van openbare schoolgebouwen is ruim 8 miljoen gulden ( 3.630.241,73)
nodig. In de loop van dit jaar wordt duidelijk hoeveel de bijzondere
basisscholen in de binnenstad hiervoor nodig hebben. Bij een aantal
aanvragen van deze scholen zijn de kosten nog niet bekend.
De rijksvergoedingen zijn tot nu toe niet toereikend om de huisvesting en andere materiële noden op een behoorlijk niveau te brengen. Door de sobere rijksbekostiging is het bovendien niet mogelijk gebleken om voldoende reserves bij de gemeente op te bouwen. Het gemeentebestuur moet zich komend najaar buigen over de mogelijke financieringsbronnen.
De raadscommissie behandelt de notitie op 3 juli, de gemeenteraad in
september/oktober.
Marleen Nieuwenhuis
-
© gemeente Amsterdam - 27-06-2001