Ministerie van Financiën
http://www.minfin.nl
MINFIN: Omzetbelasting bij huisdierententoonstellingen
PERSBERICHTNR. 01/190 Den Haag
ANTWOORDEN VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIEN EN DE MINISTER VAN
LANDBOUW, NATUURBEHEER EN VISSERIJ OP VRAGEN VAN HET LID VAN DER VLIES
VAN DE TWEEDE KAMER DER STATEN GENERAAL OVER OMZETBELASTING BIJ
HUISDIERENTENTOONSTELLINGEN
VRAGEN
1
Herinnert u zich uw antwoorden op de vragen van het lid Marijnissen
over omzetbelasting bij huisdierententoonstellingen?
2
Is het u bekend dat recent vanuit de FAO een beroep op nationale
overheden is gedaan zich in te spannen voor het behoud van (kleine)
huisdierenrassen die een cultuurhistorische waarde vertegenwoordigen?
Zo ja, kunt u meedelen in hoeverre en op welke wijze hieraan in
Nederland gevolg wordt gegeven?
3
Ziet u mogelijkheden het behoud van (kleine) huisdierenrassen met een
specifieke cultuurhistorische waarde ook langs fiscale weg te
faciliteren?
4
Is het bij u bekend dat in Nederland dergelijke huisdierenrassen en
kleine huisdierenrassen met name door dierenliefhebbers in de
hobbymatige sfeer worden gehouden?
5
Is het u bekend dat ter controle van de status van deze oude
huisdierenrassen dergelijke huisdieren alleen maar ter keuring kunnen
worden aangeboden door dierenhouders die tevens als lid zijn
aangesloten bij een dierenhouderij-organisatie?
6
Is het u bekend dat in Nederland de keuringen van met name de kleine
huisdieren, zoals de oude pluimveerassen, alleen maar worden
uitgevoerd door amateur-keurmeesters, die daartoe zijn aangesteld door
de hiervoor bedoelde dierenhouderij-organisatie moeten zijn?
7
Bent u bereid het keuren van kleine huisdierenrassen als een
activiteit binnen de besloten kring van een vereniging te beschouwen,
omdat hierbij alleen maar leden van dezelfde organisatie als
dierenhouder of als keurmeester kunnen zijn betrokken, zodat deze
keuringen van kleine huisdierenrassen vrij blijven van omzetbelasting,
ook indien het financieel risico van deze keuring voor rekening van
een andere rechtspersoon komt?
8
Bent u eventueel bereid indien keuringen van kleine huisdierenrassen
niet kunnen worden aangemerkt als een activiteit binnen de besloten
kring van een vereniging, deze aan te merken als een prestatie met een
cultuurhistorisch oogmerk vanwege de status van de betreffende
huisdieren en in het licht van het appél van de FAO het verlaagde
tarief van de omzetbelasting daar op van toepassing te verklaren?
ANTWOORDEN
1.
Ja
2.
De FAO heeft aan nationale overheden gevraagd of zij bij willen dragen
aan een mondiale inventarisatie van dierlijke genetische bronnen en
aan een bijbehorend strategisch actieplan om deze bronnen te behouden
voor de voedselproduktie en voor landbouwdoeleinden. Het FAO-verzoek
is niet gericht op het behoud van (kleine) huisdierrassen die een
cultuurhistorische waarde vertegenwoordigen. Het ministerie van
Landbouw, Natuurbeheer en Visserij draagt er zorg voor dat de
Nederlandse bijdrage, in de vorm van een strategisch rapport over de
situatie en het beleid in Nederland, conform het FAO-verzoek wordt
opgeleverd.
3.
Op het gebied van de omzetbelasting is Nederland, als lidstaat van de
Europese Unie, gehouden om te blijven binnen hetgeen de Zesde
BTW-richtlijn bepaalt. De mogelijkheden van deze richtlijn zijn
uiterst beperkt als het er om gaat, het behoud van (kleine)
huisdierrassen met een specifiek cultuurhistorische waarde te
faciliëren. Dit blijkt ook uit mijn reactie van 27 februari 2001 op
het rapport van de Nederlandse Federatie voor Kleindierenteelt,
waarvan ik een afschrift stuurde naar de vaste commissie voor
Financiën. Ik zie dan ook geen mogelijkheden - overigens ook niet
buiten de sfeer van de omzetbelasting - voor een faciliteit in de
fiscale sfeer.
4. t/m 6.
Ja
7.
De omzetbelasting wordt geheven ter zake van prestaties die
ondernemers verrichten in het economische verkeer. Dit zijn kort
gezegd leveringen en diensten die een ondernemer tegen een vergoeding
verricht aan personen die niet tot de eigen kring behoren. Het maakt
daarbij geen verschil of de ondernemer streeft naar winst en of de
activiteiten zich afspelen in de hobbysfeer. Van een activiteit ten
behoeve van personen die tot de eigen kring behoren is alleen sprake,
als de activiteit wordt verricht binnen het eigen huishouden of
binnen de eigen onderneming, daaronder begrepen een verband van
ondernemingen dat als fiscale eenheid wordt aangemerkt. Deze situatie
doet zich bij dierenhouderij-organisaties niet voor. Wanneer derhalve
binnen een dierenhouderij-organisatie tegen betaling huisdieren worden
gekeurd, is voor de heffing van omzetbelasting sprake van een dienst
die wordt verricht in het economische verkeer. Het communautaire recht
biedt niet de ruimte om hiervan voor keuringen van huisdieren af te
wijken. Volledigheidshalve merk ik op dat keuringen alleen in de
heffing van omzetbelasting worden betrokken indien sprake is van een
vergoeding. Worden huisdieren van leden gratis gekeurd, of maken
keuringen onderdeel uit van de verenigingsactiviteiten jegens de leden
zonder dat een deel van de contributie daaraan rechtstreeks kan worden
toegerekend, dan zal in zoverre geen sprake zijn van een met
omzetbelasting belaste prestatie in het economische verkeer.
8.
In lijn met hetgeen ik in mijn antwoord op vraag 3 reeds heb gesteld
over de beperkte mogelijkheden van de Zesde BTW-richtlijn, moet ik ook
hier opmerken dat bijlage H bij die richtlijn - de limitatieve lijst
met goederen en diensten waarop lidstaten het verlaagde BTW-tarief
mogen toepassen - geen mogelijkheid kent om op keuringen van kleine
huisdierrassen (als een prestatie met een cultuurhistorisch oogmerk)
het verlaagde BTW-tarief van toepassing te verklaren.
22 jun 01 16:28