Gemeente Breda

21-06-2001

Eerste resultaten woningmarktanalyse bekend
Het college van burgemeester en wethouders heeft kennis genomen van de eerste resultaten van de woningmarktanalyse met daarin opgenomen de nulvariant en de vervolgplanning. De volgende stap is het opstellen van alternatieve scenarios. Na de zomer wordt de eindrapportage aan het college gepresenteerd.

De gemeente heeft bureau ABF uit Delft de opdracht gegeven om een analyse van te verwachte ontwikkelingen op de woningmarkt in de periode 2000 - 2010 uit te laten voeren. Doel van het onderzoek is het in kaart brengen van de Bredase woningmarktsituatie. De woningmarktanalyse moet onder andere antwoord geven op de volgende vragen: hoe ontwikkelt de woningvraag zich de komende jaren? Aan welke woningen is behoefte?

Nut en noodzaak
Voor het bepalen van de woningdifferentiatie en de bouwprogrammas op de Vinex-locaties is het voor de gemeente van groot belang dat er antwoorden worden gegeven op deze vragen. De gemeente heeft deze informatie ook nodig om gesprekken te voeren met woningcorporaties, waarbij het gaat over voorraadbeheer en over sloop of verkoop van huurwoningen.
De woningmarktanalyse zet de woningvraag en het woningaanbod tot 2010 tegenover elkaar. Op deze manier ontstaat inzicht in tekorten en overschotten op de woningmarkt. Ook geeft de analyse een beeld hoe de slaagkansen in de verschillende woningmarktsegmenten zich zullen ontwikkelen.

Eerste resultaten
De eerste resultaten van de woningmarktanalyse laten zien dat tussen 2005 en 2010 de spanning op de woningmarkt toeneemt. Voor de afstemming van vraag en aanbod zijn het woningtype en het woonmilieu twee belangrijke factoren. Veel vraag is er naar dure eengezins-koopwoningen en goedkope meergezins-huurwoningen. Wat het woonmilieu betreft, valt op dat er veel vraag is naar zowel koop- als huurwoningen in stedelijke vooroorlogse wijken en in groenstedelijke woonmilieus. Minder populair zijn de na-oorlogse wijken.

Werken met scenarios
Bij deze woningmarktanalyse is niet gekozen voor de traditionele aanpak, waarbij een eindrapport wordt gemaakt dat meteen het besluitvormingstraject ingaat. Nieuw is het werken met scenarios, waarbij aan een aantal knoppen kan worden gedraaid als het gaat om alternatieve woningbouw, sloop- en verkoopprogrammas, aannames over de economische groei en de bevolkingsgroei. De scenariomethodiek brengt de effecten in beeld van het hanteren van verschillende beleidsdoelen of een andere inzet van instrumenten. Als vertrekpunt voor alle scenarios heeft ABF een nulvariant opgesteld; de ontwikkeling van de Bredase woningmarkt bij ongewijzigd beleid. Door alternatieve scenarios af te zetten tegen de nulvariant kan worden gezocht naar de best mogelijke situatie op de Bredase woningmarkt.

Inbreng van partijen
Een aantal partijen, zoals de Bredase woningcorporaties, de fracties van de gemeenteraad, de SWOB en vertegenwoordigers van de marktpartijen wordt gevraagd inbreng te leveren voor het opstellen van alternatieve scenarios, bijvoorbeeld door de gewenste situatie in 2010 aan te geven. Het benoemen van dit doel maakt het mogelijk het scenario te bepalen dat nodig is om het gewenste doel te bereiken. De gemeente zou graag voor 15 juli van bovengenoemde partijen horen wat de ideeën zijn voor scenarios en/of eindbeelden.

Vervolgtraject
Uit alle aangedragen ideeën zal een beperkt aantal scenarios worden samengesteld. Deze worden vervolgens doorgerekend en samen met de nulvariant verwerkt in een eindrapportage. Deze eindrapportage wordt na de zomer aan het college van burgemeester en wethouders aangeboden.

Breda, 21 juni 2001