Ministerie van Financien

Titel: Inwerkingtreding verdrag Nederland - Bondsrepubliek Duitsland



Inwerkingtreding van het op 21mei 1999 gesloten Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de wederzijdse administratieve bijstand bij de invordering van belastingschulden en de uitreiking van documenten

Directie Internationale Fiscale Zaken

Besluit van 21 juni 2001, nr. IFZ2001/581M, Stcrt. nr. 118

De directeur-generaal voor Fiscale Zaken deelt namens de staatssecretaris van Financiën het volgende mede.

Hierbij deel ik u mede dat het Verdrag tussen het Koninkrijk der Nederlanden en de Bondsrepubliek Duitsland inzake de wederzijdse administratieve bijstand bij de invordering van belastingschulden en de uitreiking van documenten op 23 juni 2001 in werking treedt. De Nederlandse tekst van het Verdrag is gepubliceerd in Tractatenblad 1999, 113.

Ingevolge het tweede lid van artikel 16 van het Verdrag regelen de bevoegde autoriteiten van de Verdragsluitende Staten in onderling overleg de wijze van toepassing van het Verdrag. Daarbij kan een minimumbedrag alsmede de te hanteren omrekeningskoers voor de invordering van belastingvorderingen worden vastgesteld. In onderling overleg tussen de Nederlandse en Duitse bevoegde autoriteiten is het minimumbedrag vastgesteld op 700 EUR per verzoek om bijstand bij invordering. De bevoegde autoriteiten zijn voorts overeengekomen dat in bijzondere omstandigheden ook een verzoek om bijstand bij invordering voor een lager bedrag kan worden gedaan. Het oordeel of sprake is van zodanige bijzondere omstandigheden, is voorbehouden aan de bevoegde Nederlandse en Duitse autoriteiten, als bedoeld in onderdeel i van het eerste lid van artikel 3 van het Verdrag.