VOUCHERS EN PERSOONSGEBONDEN BUDGETTEN
Datum: 20-06-2001
Operatie Marktwerking, Deregulering en Wetgevingskwaliteit (MDW)
In een wereld met steeds meer individualisering, internationalisering
en informatisering wordt een adequate aansluiting tussen de vraag van
de burger en het aanbod van publieke voorzieningen steeds
belangrijker. Instrumenten als vouchers en persoonsgebonden budgetten
kunnen volgens het kabinet een geschikt middel zijn om de
vraaggerichtheid van publieke voorzieningen te bevorderen. Dit
schrijven minister Jorritsma van Economische Zaken en minister
Korthals van Justitie in een brief aan de Tweede Kamer waarmee ze het
rapport van de MDW-werkgroep Vouchers en persoonsgebonden budgetten
aanbieden.
Er zijn volgens de MDW-werkgroep wel randvoorwaarden verbonden aan het
hanteren van de instrumenten vouchers en persoonsgebonden budgetten.
Deze randvoorwaarden zijn in de vorm van een vragenlijst in kaart
gebracht.
Voor wat betreft de concrete toepassing van vouchers en
persoonsgebonden budgetten voor de bevordering van de kwaliteit van de
publieke dienstverlening wijst het kabinet op het interdepartementale
beleidsonderzoek "Vouchers in de woon- en in de woonzorgsector". De
vragenlijst van de MDW-werkgroep wordt gehanteerd voor het beoordelen
van een persoonsgebonden budget voor het huren van een woning.
Daarnaast wordt nagegaan of het haalbaar is om persoonsgebonden
budgetten op het gebied van wonen, woningaanpassing en zorg met elkaar
te combineren om ouderen en gehandicapten in staat te stellen
zelfstandig te blijven wonen en hen daarbij meer keuzevrijheid te
bieden.
Een andere toepassing waar het kabinet aan denkt is een brede
toepassing van de systematiek van de individuele leerrekening voor
voortijdig schoolverlaters en voor werkenden en werkzoekenden zonder
startkwalificatie.
Een derde toepassing is dat het kabinet zoekt naar mogelijkheden om
kennisvouchers te verspreiden onder individuele agrarische ondernemers
met het doel om de kennisoverdracht over mineralenmanagement in
samenhang met de eisen van de EU-Nitraatrichtlijn te verbeteren en te
intensiveren.