Den Haag, 19 juni 2001
VRAGEN VAN DE LEDEN KOENDERS EN TIMMERMANS (BEIDEN PVDA) AAN DE MINISTER VAN
BUITENLANDSE ZAKEN
1. Kent u de zeer ernstige beschuldigingen van de Duitse Vereniging voor
Bedreigde Volkeren (GfbV) over betrokkenheid van Russische militairen bij
het doden van jonge Tsjetsjenen met als doel het verkopen van hun organen?
(1)
2. Zo ja, beschikt u over aanwijzingen uit andere bronnen dat deze
beschuldigingen op waarheid berusten? Zijn hierover (getuigen)verklaringen
opgenomen door non-gouvernementele organisaties als Human Rights Watch en
Artsen zonder Grenzen?
3. Bent u bereid over deze kwestie navraag te doen bij de Russische
autoriteiten en deze te verzoeken zonodig strafvervolging in te stellen
tegen de daders?
4. Hebben de vertegenwoordigers van de Raad van Europa in Tsjetsjenië van de
beschuldigingen melding gemaakt in hun rapportage? Bent u bereid het
initiatief te nemen om ervoor te zorgen dat deze vertegenwoordigers de
beschuldigingen ter plekke onderzoeken en over hun bevindingen verslag
uitbrengen?
5. Kunt u ervoor zorgen dat de OVSE-vertegenwoordiging in Tsjetsjenië, die
binnenkort zal worden gereactiveerd, de mogelijkheid krijgt deze en
gelijksoortige beschuldigingen te onderzoeken?
(1) ANP, 14 juni 2001
Partij van de Arbeid