Persberichten
West-Vlaanderen zet belangrijke stap in ruimtelijk beleid
Brugge, 11/6/2001
Op 12 juni 2001 keurde de provincieraad van West-Vlaanderen het
provinciaal ruimtelijk structuurplan West-Vlaanderen definitief goed.
Dit betekent een belangrijke stap naar een meer gebiedsgericht
ruimtelijk beleid, waarmee de provincie West-Vlaanderen bovendien een
grotere bestuursverantwoordelijkheid krijgt in de ruimtelijke ordening
van haar grondgebied.
De provincie zag reeds vroeg de noodzaak in van een onderbouwd
ruimtelijk beleid, o.a. voor noodzakelijke wijzigingen van de
gewestplannen. Reeds begin de jaren negentig, nog voor de
structuurplanning in decreet werd opgenomen, liet de provincie de
deelstructuurplannen Kustzone, Zone Zuidoost en Zone Zuidwest opmaken
en aan een consultatie onderwerpen.
De opmaak van het provinciaal ruimtelijk structuurplan volgens het
intussen vernieuwd decreet, is opgestart door beslissing van de
provincieraad in 1997. Opmaak van ontwerpteksten en coördinatie
gebeurden door een in de provinciale administratie opgerichte nieuwe
provinciale planologische dienst. Deze opmaak gebeurde met intens
overleg en studie gedurende ruim drie jaar, waarbij veel besturen,
organisaties en instellingen werden betrokken: de 64 West-Vlaamse
gemeenten, openbare besturen op provinciaal niveau (diensten van het
provinciebestuur, Vlaamse diensten belast met het beheer van wegen,
kust, e.a, de GOM West-Vlaanderen,...), maatschappelijke organisaties
(landbouw, industrie, huisvesting,...), specifieke deskundigen.
Vorig jaar heeft de toenmalige provincieraad, conform het decreet op de ruimtelijke ordening van 18 mei 1999, het ontwerp van ruimtelijk structuurplan West-Vlaanderen voorlopig vastgesteld, en aan een openbaar onderzoek onderworpen, waarin ook de burger zijn zeg kon hebben. De bezwaarschriften en opmerkingen uit dit openbaar onderzoek vormden de basis voor de aanpassing van het ontwerp van structuurplan tijdens dit voorjaar, tot het op 12 juni door de provincieraad definitief vastgesteld ruimtelijk structuurplan.
Het structuurplan West-Vlaanderen moet nu nog door de Vlaamse regering goedgekeurd worden, waarna het van kracht wordt voor alle openbare besturen in West-Vlaanderen. Het plan is immers een beleidsplan, dat een ruimtelijk kader voor het beleid geeft op langere termijn, met een planhorizon tot 2007. Met de goedkeuring van het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan kan de provincie straks ook haar ruimtelijke visie vertalen in bestemmingsplannen voor delen van haar grondgebied. Deze ruimtelijke uitvoeringsplannen, zoals men ze nu noemt, worden dan door de drie bestuursniveaus opgemaakt (Vlaams gewest, provincies en gemeenten), en zullen gaandeweg de gewestplannen vervangen.
Dit ruimtelijk beleidskader laat niet toe stedenbouwkundige
vergunningen aan de burger af te leveren of te weigeren, maar schept
voor de provincie de voorwaarden en de mogelijkheden om het
ruimtegebruik in West-Vlaanderen bij te sturen en te ontwikkelen, niet
alleen door provinciale uitvoeringsplannen op te maken, maar ook door
gemeentelijke structuur- en uitvoeringsplannen (al dan niet) goed te
keuren en door op het terrein specifieke projecten te ondersteunen en
te realiseren.
Het ruimtelijk structuurplan West-Vlaanderen past binnen het
ruimtelijk structuurplan Vlaanderen dat door de Vlaamse regering en
het Vlaams parlement in 1997 is goedgekeurd en uitgaat van de visie
Vlaanderen, open en stedelijk. Het structuurplan van de provincie
West-Vlaanderen geeft onder het motto ruimte voor verscheidenheid,
aandacht voor de specifieke eigenheid van de deelgebieden die de
provincie kenmerken, van de Kust tot de Scheldevallei in het zuiden
van de provincie. De provincie verkiest deze ruimtelijke
verscheidenheid te behouden en te versterken, door zowel de bestaande
waardevolle elementen te erkennen als aanwezige nieuwe mogelijkheden
verder te ondersteunen in haar beleid.
Deze provinciale ruimtelijke beleidsvisie is in het plan vertaald in
een zogenaamde gewenste ruimtelijke structuur, die het kader schept
voor een actief provinciaal ruimtelijk beleid.
Zo selecteert het plan in het buitengebied de dorpen of kernen die in
de toekomst verder kunnen groeien en de bijkomende behoefte aan
woningen en bedrijventerreinen zullen kunnen opvangen.
Ten aanzien van landbouw en natuur zijn de provinciale
planningsbevoegdheden vrij beperkt. De provincie opteert er wel voor
bepaalde, landschappelijk open agrarische gebieden vrij van nieuwbouw
te houden, zoals de polders en delen van het gebied tussen Leie en
Schelde; in andere, minder open gebieden, zoals in het Roeselaarse,
draagt zij deze taak op aan de gemeenten. De provincie selecteert in
het ruimtelijk
structuurplan zogenaamde natuurverbindingsgebieden, waarin zij
natuurprojecten wil opzetten met plaatselijke actoren, zij het op
vrijwillige basis.
Bijkomende grote bedrijventerreinen dienen zich volgens het ruimtelijk
structuurplan Vlaanderen te situeren in de stedelijke gebieden en in
de zogenaamde specifieke economische knooppunten, dit zijn gemeenten
buiten de steden met een sterke of specifieke industriële
bedrijvigheid. Het provinciaal structuurplan bepaalt regels die de
verdeling van het bijkomend aanbod aan bedrijventerreinen over deze
stedelijke gebieden en gemeenten regelt.
Het provinciaal ruimtelijk structuurplan ondersteunt een ruimtelijk
kwaliteitsvolle ontwikkeling van het kusttoerisme, door aan de kust
strategische projectgebieden te selecteren, zoals bvb. in Nieuwpoort
en door initiatieven die de omgeving van de koninklijke baan over de
gehele kustlijn opwaarderen. In de landschappelijke waardevolle
gebieden van de provincie, zoals in het Brugse en delen van de
Westhoek, ondersteunt het plan de ontwikkeling van
plattelandstoerisme. Ook een verdere planmatige uitbouw van de
provinciale domeinen wordt voorzien.
Het ruimtelijk structuurplan selecteert wegen waar het bovenlokaal
verkeer naartoe te leiden is. De provincie wil deze wegen gepast
(laten) inrichten, en verkeersknelpunten in o.a. stedelijke gebieden
oplossen, soms door de aanleg van nieuwe omleidingswegen, zoals in
Tielt en Diksmuide. In het structuurplan is de realisatie van een
bovengemeentelijk fietsroutenetwerk voor woon-werk en
woon-schoolverkeer opgenomen als belangrijk actiepunt.
Met dit definitief vastgesteld ruimtelijk structuurplan zet de
provincie West-Vlaanderen de eerste stappen in haar nieuwe beleidsrol
ten aanzien van de ruimtelijke ordening. De provincie is van plan deze
beleidsrol op een actieve manier en in overleg met alle betrokkenen in
te vullen, en het provinciaal structuurplan in de komende jaren verder
op terrein te realiseren.