Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 Den Haag Directie Veiligheidsbeleid Nucleaire Aangelegenheden en Non proliferatie Bezuidenhoutseweg 67 2594 AC Den Haag
Datum 8 juni 2001 Auteur Heleen van der Beek
Kenmerk DVB/NN-254/01 Telefoon + 31 70 3485089
Blad /1 Fax + 31 70 348 5684
Bijlage(n) E-mail heleen-vander.beek@minbuza.nl
Betreft Beantwoording van vragen van het lid Van den Doel
Zeer geachte Voorzitter,
Onder verwijzing naar de brief van de Griffier uwer Kamer d.d. 30 mei 2001,
kenmerk 2000111420, waarbij gevoegd waren de door het lid Van den Doel,
overeenkomstig artikel 134 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer,
bij u ingediende vragen, heb ik de eer u hierbij als bijlage dezes mijn
antwoord op de gestelde vragen te doen toekomen.
De Minister van Buitenlandse Zaken
Antwoord van de heer Van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken, op vragen
van het lid Van den Doel
Vraag 1
Kunt u aangeven hoe het budget van de Organisatie tot Verbod van Chemische
Wapens (OPCW) is opgebouwd? Hoe groot zijn de vaste jaarlijkse bijdragen van
de lidstaten en welk deel van het budget moet komen uit betalingen voor
verrichte inspecties?
Antwoord
Het budget van de Organisatie voor het Verbod op Chemische Wapens bestaat
aan de uitgavenkant uit de posten administratie, kosten voor verificatie van
vernietiging van chemische wapens (artikel IV en V) en van industrie
(artikel VI) en internationale samenwerking. Aan de inkomstenkant kent het
budget de posten contributies van de lidstaten en de restituties van
gemaakte kosten voor artikel IV en V verificatie.
De jaarlijkse bijdragen van de lidstaten zijn gebaseerd op de "scale of
assessments" van de Verenigde Naties.
De restituties van gemaakte kosten in verband met artikel IV en V
verificatie die in de begroting werden opgenomen bedroegen in 2000 15 % van
het totaal, in 2001 13,5% en in 2002 4,8%.
Vraag 2
Welke landen kennen een betalingsachterstand in de jaarlijkse bijdrage? Voor
welk totaalbedrag?
Antwoord
In totaal kenden ultimo april 2001 80 landen een achterstand in de
jaarlijkse bijdragen. Het betreft een totaalbedrag van 16.893.093 euro. Dit
bedrag betreft de achterstand in betalingen vanaf 1993. De achterstand in
contributies voor het jaar 2001 bedraagt in totaal 14.449.568 euro. Het
betreft dezelfde 80 landen. Van deze 80 landen hebben 31 hun stemrecht
verloren, aangezien hun achterstallige bijdrage de cumulatieve bijdrage van
twee jaar overstijgt.
Vraag 3
Welke landen lopen achter bij de inspecties en bij de betaling daarvoor?
Antwoord
Over de periode 1 juni 1997 tot en met 31 december 2000 lopen vijf landen
achter in de restitutie van kosten gemaakt voor inspecties onder artikel IV
en V. Het betreft Bosnië-Herzegovina, India, de Russische Federatie, de
Verenigde Staten en Joegoslavië. In totaal betreffen deze niet ontvangen
restituties een bedrag van 3.583.353 euro.
Vraag 4
Is het waar dat Rusland de grootste voorraad aan chemische wapens bezit en
een achterstand heeft met betrekking tot de afgesproken vernietiging van dit
arsenaal?
Antwoord
De Russische Federatie heeft op grond van de eigen opgave een voorraad van
ca. 40.000 ton chemische wapens, hetgeen de grootste gedeclareerde voorraad
is. Als partij bij het chemische Wapensverdrag heeft het de
volkenrechtelijke verplichting deze wapens te vernietigen. Rusland heeft de
intentie categorie 1 chemische wapens te vernietigen binnen de door het
verdrag gestelde tijdslijnen, te weten 10 jaar na inwerkingtreding van het
verdrag, met de mogelijkheid tot een verlenging met 5 jaar. Het voorziet de
vernietiging van categorie 2 en 3 chemische wapens vóór 29 april 2002. Om
dit ambitieuze werkprogramma uit te kunnen voeren heeft President Putin het
Russisch Wapenagentschap ruimte en middelen gegeven: voor het jaar 2001 is
reeds een zesvoudige verhoging van het budget voor vernietiging van
chemische wapens doorgevoerd. De OPCW heeft Rusland al eenmaal uitstel
verleend voor de vernietiging van de eerste 1% chemische wapens, van 2000
tot 2002, maar het is nog niet zeker of deze datum, ondanks de grotere
Russische inspanningen, ook daadwerkelijk zal worden gehaald.
Vraag 5
Heeft de Russische minister van Buitenlandse Zaken Ivanov bij zijn recente
bezoek aan Nederland gevraagd om internationale hulp c.q. een financiële
bijdrage voor de vernietiging van zijn chemische wapen arsenaal, naast de al
eerder door Nederland in het kader van de CWC toegezegde bijdrage?
Antwoord
De vernietiging van chemische wapens is een zeer complexe en tevens kostbare
aangelegenheid. Rusland heeft daarom andere, met name Westerse landen,
verzocht om assistentie, vooral van financiële aard, bij het voldoen aan
deze verdragsverplichtingen. Meerdere Westerse landen, waaronder ook
Nederland, hebben in de afgelopen jaren dergelijke assistentie toegezegd.
Tijdens de gezamenlijke persverklaring van de Russische Minister van
Buitenlandse Zaken, Ivanov, en Directeur Generaal van de OPCW, Bustani,
heeft Ivanov gewezen op het feit dat de financiering van de vernietiging van
de Russische chemische wapens een nijpend probleem blijft. Ivanov erkende
dat de vernietiging van het chemische wapens arsenaal in eerste instantie
een Russische verantwoordelijkheid is, doch voegde onmiddellijk toe dat de
Russische Federatie tevens geloofde dat de vernietiging een "gezamenlijke
oplossing" behoeft. Hij stelde dan ook dat Rusland recht heeft op
additionele assistentie.
In mijn gesprek met mijn Russische collega heeft deze laatste niet direct
gevraagd naar additionele Nederlandse steun.
Vraag 6
Zo ja, welke (financiële) bijdrage heeft de internationale gemeenschap c.q.
Nederland aan Rusland gegeven c.q. toegezegd in het kader van de CWC?
Antwoord
Met Rusland werd in december 1998 een verdrag ondertekend inzake de
samenwerking bij de vernietiging van opgeslagen chemische wapens bij de
plaats Kambarka (maximaal 25 miljoen gulden). De Russische autoriteiten
hebben inmiddels aangegeven prioriteit te geven aan vernietigingsprojecten
te Gorni en Shchuch'ye. Nederland is bereid de voorgenomen activiteiten naar
Gorni te verleggen. Thans is Nederland doende het verdrag inzake Kambarka te
wijzigen - de desbetreffende verdragswijziging zal aan het Parlement worden
voorgelegd - en wordt er verder gewerkt aan de totstandkoming van een
projectovereenkomst voor Nederlandse financiering van een in Rusland te
bouwen transformator voor een voor vernietiging noodzakelijke
elektriciteitscentrale.
Vraag 7
Wilt u de Tweede Kamer op korte termijn informeren over de uitkomst van de
recente conferentie over de Chemische Wapens Conventie (CWC)?
Antwoord
Ja.
Vraag 8
Welke mogelijkheden ziet u om de financiële noden van de OPCW op te lossen?
Antwoord
De OPCW heeft een bezuinigingsplan ingesteld waarin aanzienlijke
bezuinigingen zijn doorgevoerd op niet operationele uitgavenposten van de
organisatie. De Uitvoerende Raad zal bezien of het mogelijk is enkele van
deze posten in te vullen met vrijwillige additionele fondsen.
Om aan de financiële problemen van 2000 en 2001 tegemoet te komen heeft de Conferentie van Verdragspartijen besloten tot de volgende maatregelen:
a. Het begrotingstekort van 2000 zal worden gecompenseerd met het surplus van 1999. Hiertoe hebben de Verdragspartijen besloten een eenmalige uitzondering toe te staan op de financiële reglementen, die bepalen dat een liquiditeitssurplus teruggestort dient te worden aan de verdragspartijen;
b. De organisatie heeft de bevoegdheid gekregen het "Working Capital Fund"
tijdelijk aan te spreken om tegemoet te komen aan eventuele
liquiditeitsproblemen in 2001;
c. De inkomsten uit terugbetalingen van voor artikel IV en V inspecties zijn
als percentage van de totale inkomsten drastisch verlaagd (zie vraag 1). Het
verschil wordt opgevangen door een verhoging van de contributies van
lidstaten. Het effect van deze maatregel is dat de organisatie zekerder
wordt van haar inkomsten.
d. De begroting voor 2002 zal worden verhoogd met 2,8%.
Toelichting:
Deze vragen dienen ter aanvulling op eerdere vragen terzake van het lid
Hoekema, ingezonden 28 mei 2001
Kenmerk
Blad /1
===