Gemeente Den Haag

Persberichten >>

2001-06-08: Uitgaven afscheid wethouder Noordanus rechtmatig pag.nr.=7266

De gemeentelijke uitgaven voor het afscheid van wethouder Noordanus, in januari dit jaar, zijn rechtmatig. Dit stelt de gemeentelijke accountantsdienst (GAD) vast na een uitvoerig onderzoek. In een brief aan de betrokken raadscommissie ABPB onderschrijft het college van burgemeester en wethouders vandaag de conclusies en aanbevelingen van de accountantsdienst.

Over de achtergrond van de organisatie en financiering van dit afscheid schrijft het college, dat bij het afscheid van wethouder Noordanus er behoefte bleek te zijn bij meerdere partijen om hieraan aandacht te besteden. Een aantal andere partijen heeft de gemeente verzocht haar ontvangst te integreren in hun eigen activiteiten. Onder financiële voorwaarden is hiermee ingestemd en is er voor gekozen om alles te concentreren in één afscheidsbijeenkomst. Deze gemeenschappelijke aanpak heeft achteraf gezien vragen opgeroepen naar de organisatorische en financiële gevolgen daarvan. Naar de opvatting van het college valt niet in te zien wat er af te dingen is op de betrokkenheid bij het afscheidsfeest van persoonlijke en zakelijke relaties. Bovendien is het mogelijk geweest voor de gemeente Den Haag belangrijke relatienetwerken in een informele sfeer te versterken.

Burgemeester en wethouders stellen aan de hand van het GAD-rapport vast `dat alles ordentelijk verantwoord kan worden. Het college volgt de aanbevelingen van de accountantsdienst, aangezien het van mening is dat meerkosten achteraf geen punt van discussie behoren te zijn. De GAD beveelt aan de financieel-organisatorische regie bij dit soort activiteiten in de toekomst te centraliseren en de spelregels in een interne procedure vast te leggen.

De uiteindelijke gemeentelijke bijdrage aan het afscheid van wethouder Noordanus bedraagt volgens het accountantsrapport fl. 107.258,-. Hiervan zijn de bijzondere raadsvergadering en bijkomende kosten betaald, terwijl voor het overige is bijgedragen aan het aangeboden boekwerk en het afscheidsfeest in de Schamhartvleugel van het Haags Gemeentemuseum.

Als gevolg van een aanzienlijk hoger bezoekersaantal op het afscheidsfeest dan eerder was voorzien is het eindbedrag ten laste van de gemeente fl. 32.724,- hoger dan aanvankelijk was begroot. De eerste opzet hield rekening met 700 bezoekers, terwijl pas kort vóór het afscheid de belangstelling beduidend groter bleek. Uiteindelijk bezochten ruim 900 gasten het feest. De meerkosten als gevolg hiervan hebben betrekking op het noodzakelijkwijs treffen van (tijdelijke) brandveiligheidsvoorzieningen in en aan de Schamhartvleugel en op de extra kosten voor catering en beveiliging.

`De grote toeloop, waarvan de omvang eerst in (het begin van) de week van het afscheid zichtbaar werd, heeft genoodzaakt tot het treffen van aanvullende voorzieningen en/of maatregelen. Het college beschouwt achteraf de getroffen voorzieningen en/of maatregelen als onontkoombaar in verband met een veilig en passend verloop van het afscheid. Op zich beschouwd is het college er over verheugd dat bij dit afscheid van een zo grote en terechte waardering van de inzet van de betrokken wethouder, Noordanus, is gebleken. De bijbehorende en onvermijdelijke meerkosten neemt het college voor zijn rekening, aldus de brief aan de raadscommissie.

Het college heeft inmiddels besloten de extra kosten te financieren uit het budget bestuurlijke representatie bij de Bestuursdienst. Dit wordt bij het eerste concernbericht over 2001 geformaliseerd, waarmee deze uitgaven binnen het bestuurlijk verleende mandaat vallen. Burgemeester en wethouders stellen derhalve vast dat de meerkosten achteraf geen punt van discussie behoren te zijn.

Uit het rapport van de accountantsdienst blijkt verder dat een totaalbedrag van fl. 190.000 aan bijdragen is toegezegd door bedrijven en organisaties.

De raadscommissie AB/PB bespreekt een en ander in haar vergadering van aanstaande vrijdag.

last update: 8 juni 2001 ;pag.: 7266; auteur: 77