Nederlands watermanagement schiet tekort
WN 01/xx * 7 juni 2001
promotie drs. Y.J. van Hijum, faculteit Technologie & Management:
Kostelijk water. Een studie naar de organisatie en bekostiging van
het Nederlandse waterbeheer
De gedecentraliseerde bestuurlijke en financiële organisatie van het
waterbeheer functioneert niet naar wens, aldus de Twentse
bestuurskundige Eddy van Hijum.
Het waterbeheer wordt in Nederland van oudsher voor een belangrijk
deel uitgeoefend en bekostigd door lagere overheden en nutsbedrijven.
Waterschappen, gemeenten, provincies en waterleidingbedrijven oefenen
specifieke taken uit en bekostigen die uit de opbrengsten van eigen
heffingen en prijzen. Deze decentrale opzet kent verschillende
voordelen (aldus de bestuurskundige literatuur): hierdoor kan er een
gerichte discussie plaatsvinden tussen bestuurders en burgers over de
gewenste verhouding tussen voorzieningen en lasten, de kosten kunnen
rechtvaardig aan belanghebbenden en veroorzakers worden toegedeeld, en
volksvertegenwoordigers zijn in staat om gericht controle uit te
oefenen.
Van Hijum bespreekt de gedecentraliseerde bestuurlijke en financiële
organisatie van het waterbeheer op basis van drie uitgebreide
case-studies. Zijn oordeel: de bestuurlijke discussie over
voorzieningen en lasten richt zich eenzijdig op beperking van de
lokale lastendruk; de kostenverdeling tussen huishoudens en bedrijven
vertoont scheefgroei, en de afbakening van financiële
verantwoordelijkheden tussen overheden geeft aanleiding tot veel
bestuurlijke discussie. Doordat overheden maar zo moeizaam samenwerken
worden mogelijkheden om financiële besparingen of milieuverbeteringen
tot stand te brengen soms niet worden benut.
Daarnaast ontbreekt het aan scherpe democratische controle, aldus Van
Hijum, die vooral kritiek heeft op de afnemende openbaarheid en
transparantie bij waterleidingbedrijven en waterschappen. Deze
organisaties hebben in verschillende gebieden Waterketen BVs
opgericht, die op commerciële basis diensten op maat leveren aan grote
bedrijven. Door die vermenging tussen publieke nutstaken en
commerciële activiteiten valt echter moeilijk te controleren in
hoeverre er kosten worden afgewenteld van bedrijven op huishoudens.
Van Hijum bepleit daarom een duidelijker afbakening van taken en
financiële verantwoordelijkheden. Terwijl er een scheiding van
verantwoordelijkheden nodig is voor het beheer van watersystemen
(grond- en oppervlaktewater) en waterketens (drink- en industriewater,
afvalwater), moet de verantwoordelijkheid voor de inzameling en
zuivering van afvalwater juist in één hand komen. Niet dat Van Hijum
veel verwacht van grote structuurwijzigingen. Belangrijker vindt hij
dat burgers en organisaties bij het waterbeleid worden betrokken en
dat de betreffende overheden nauw samenwerken. Ook is een intensieve
en gerichte democratische controle nodig, iets waaraan is bij te
dragen door te zorgen voor transparante begrotingen en rekeningen,
periodieke benchmarks en de instelling van rekenkamers, aldus Van
Hijum.
promotor prof. mr. H.M. de Jong
co-promotor prof. dr. ir. H.G. Wind
informatie drs. B. Meijering, tel. 053-489 4385
e-mail b.meijering@cent.utwente.nl