Kosten gezondheidszorg ruim 6% gestegen
De kosten van de gezondheidszorg zijn volgens voorlopige cijfers van het CBS in 2000 met 6,3% gestegen tot 72,8 miljard gulden (33,0 miljard euro). In 1999 bedroeg de stijging van de kosten 5,6%. De kostenstijging in 2000 is onder meer veroorzaakt door hogere lonen in de intramurale gezondheidszorg, tariefsverhogingen bij huisartsen, tandartsen, fysiotherapeuten en verloskundigen en inzet van extra capaciteit voor het wegwerken van wachtlijsten (gehandicaptenzorg en thuiszorg).
De kostenstijging in 2000 is iets kleiner dan de stijging van het bruto binnenlands product (BBP). De aandelen van de ziekenfondsen en de AWBZ in de financiering van de gezondheidszorg zijn beide gestegen.
Aandeel in BBP licht gedaald
De kosten van de gezondheidszorg stegen in 1999 met 5,6% en in 2000 met 6,3%. Het BBP (marktprijzen) steeg volgens voorlopige cijfers in 1999 met 5,6% en in 2000 met 7,1%. Door deze ontwikkeling is het aandeel van de kosten van de gezondheidszorg in het bruto binnenlands product licht gedaald, van 8,3% in 1999 tot 8,2% in 2000.
Kosten intramurale zorg 5,8% gestegen
De kosten van de intramurale gezondheidszorg, exclusief psychiatrische ziekenhuizen, zijn in 2000 met 5,8% gestegen tot 34,0 miljard gulden (15,4 miljard euro). Dit bedrag maakt bijna de helft uit van de totale kosten van de gezondheidszorg. De kosten in instellingen voor verstandelijk gehandicapten groeiden met 6,9% en in verpleeghuizen en ziekenhuizen met 5,6% resp. 5,7%. Deze kostenstijgingen worden vooral veroorzaakt door de loonstijging in deze sectoren.
Kosten extramurale zorg 7,0% hoger
De kosten van de extramurale gezondheidszorg, exclusief ambulante geestelijke gezondheidszorg, zijn met 7,0% toegenomen tot 30,0 miljard gulden (13,6 miljard euro). Bij de vrije beroepsbeoefenaren loopt de kostenstijging uiteen van 3,7% bij de fysiotherapeutenpraktijken tot 17,5% bij de verloskundigenpraktijken. Tariefsbijstellingen spelen bij deze laatste categorie een overheersende rol. De kosten van geneesmiddelen zijn met 6,5% gestegen. Vooral als gevolg van de inzet van extra capaciteit en financiële middelen ter bestrijding van de wachtlijsten zijn de kosten van de thuiszorg toegenomen met 13,5%.
Kosten geestelijke gezondheidszorg 7,0% toegenomen De kosten van de geestelijke gezondheidszorg zijn met 7,0% toegenomen tot 5,7 miljard gulden (2,6 miljard euro). De geestelijke gezondheidszorg omvat psychiatrische ziekenhuizen, ambulante geestelijke gezondheidszorg, vrijgevestigde psychiaters, alsmede regionale instellingen voor beschermd wonen en psychiatrische woonvoorzieningen.
Aandeel ziekenfondsen en AWBZ gestegen
In de financiering van de gezondheidszorg nemen de ziekenfondsen het grootste bedrag voor hun rekening. De betalingen door ziekenfondsen zijn blijkens cijfers van het CBS in 2000 met 9,6% gestegen tot 28,3 miljard gulden (12,8 miljard euro). Deze forse stijging is onder meer veroorzaakt door de toename van het aantal ziekenfondsverzekerden (toetreding kleine zelfstandigen) en door het inlopen van de financieringsachterstand bij de betalingen voor ziekenhuisverpleging.
De kosten die voor rekening komen van de AWBZ zijn in 2000 met 8,3% gestegen tot 22,0 miljard gulden (10,0 miljard euro), mede als gevolg van de inzet van extra financiële middelen voor het wegwerken van wachtlijsten, vooral in de gehandicaptenzorg en de thuiszorg. De kosten voor de overheid zijn met 3,3% toegenomen tot 3,0 miljard gulden (1,4 miljard euro).
Technische toelichting
De in het persbericht vermelde bedragen betreffen waardebedragen: zij bevatten een prijs- en een volumecomponent. In 1998 was sprake van een beperkt eigen risico in de Ziekenfondswet. Het betreffende bedrag is in dit persbericht inbegrepen in de reeks ziekenfondsen. De geestelijke gezondheidszorg is gepresenteerd als een aparte groep. Afzonderlijke publicatie van kostengegevens over de verschillende deelterreinen is niet langer mogelijk als gevolg van het sinds 1997 toenemend aantal fusies tussen de betreffende categorieën van instellingen. De post "overige gezondheidszorg" bestaat hoofdzakelijk uit de kosten van administratie, beleid en beheer. De post "overig" bij de financiering is een restpost en omvat onder meer de betalingen door bedrijven, particuliere zorgverzekeraars en gezinshuishoudingen. De ontwikkeling van de in dit persbericht vermelde kosten kan afwijken van de ontwikkeling van de budgetten zoals vermeld in de Zorgnota van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.