RAADSNOTULEN
Enkhuizen, 5 juni 2001.
Zakelijk verslag van het verhandelde in de openbare vergadering van de
raad der gemeente Enkhuizen, gehouden op dinsdag 5 juni 2001 te 20.00
uur, in het stadhuis, Breedstraat 53, 1601 KA Enkhuizen.
Voorzitter: de heer drs. S.P.M. de Vreeze, burgemeester. Secretaris: de heer J.J.J. van Huffelen, gemeentesecretaris.
Aanwezig 15 leden, namelijk:
mevrouw Th. Dekker (pvda, wethouder) alsmede
de heren
H.F.P. Bode (pvda),
C.H. Boland (d66),
N.P. Dol (vl/gl, wethouder),
H. van Doornik (cda, wethouder),
Th. de Geus (rpf/sgp),
W. Hæntjens (vvd),
J.W. Hekkert (vvd),
J. Hart (eb),
F.C. Jans (eb).
J. Lok (vl/gl),
D. van Pijkeren (rpf/sgp),
drs. J.S. Tesselaar (eb),
K.P. van der Veen (pvda) en
D. Wiersma (cda).
Met kennisgeving afwezig
2 leden, te weten:
mevrouw E.F. Dangermond-Hilderink (vvd) en
de heer W. Rieuwerts (vl/gl).
Agenda Voorstel
1 Opening.
2 Bepaling volgorde bij hoofdelijke stemmingen.
3 Verslag van de vergadering gehouden op 8 mei 2001.
4 Ingekomen stukken en mededelingen. 55
5 Aanpassing Verordening op de behandeling van klachten. 51
6 Jaarverslag 2000. 67
7 Wijziging Verordening regelende de samenstelling en taak van
raadscommissies. 68
8 Vervanging helmen en persluchtcompressor. 71
9 Plan nieuwe basisscholen 2002-2004. 72
10 Beheer gemeentelijke kunstcollectie. 73
11 Herstel kleed- en doucheruimten gymnastieklokaal Meeuwenlaan. 74
12 Overdracht indicatiestelling verpleging en verzorging. 75
13 Verkoop grond De Witte Duif aan Generali. 76
13a vvd-motie betreffende mogelijke meeropbrengst ozb 2001.
14 Rondvraag
15 Sluiting
1. Opening.
De voorzitter
opent de raadsvergadering en heet allen hartelijk welkom. Hij meldt
vervolgens dat de mevrouw Dangermond-Hilderink en de heer Rieuwerts
zijn verhinderd.
De heer Hekkert
(vvd) roept de in de vorige vergadering ingediende `vvd-motie
betreffende mogelijke meeropbrengst ozb 2001' in herinnering. Gelet op
de nadien gevoerde discussie in de raadscommissie rof en het
fractieberaad doet de fractie van de vvd het ordevoorstel die motie
opnieuw aan de agenda toe te voegen.
De voorzitter
constateert dat de motie tijdig is aangekondigd, van voldoende
handtekening is voorzien en derhalve aan de agenda zal worden
toegevoegd, en wel onder nummer 13a.
Zonder hoofdelijke stemming besluit de raad vervolgens
dienovereenkomstig.
De heer Boland
(d66) maakt een opmerking over de voorstellen die uiteindelijk níét op
de raadsagenda zijn verschenen. Het gebeurt meer dat raadsvoorstellen
gedurende de procedure worden teruggenomen, maar vaak is dan niet
duidelijk welke redenen daaraan ten grondslag liggen. De onderwerpen
`verkoop grond Oksel' en `winkelopenstelling op zondag' mogen als
voorbeeld dienen.
De voorzitter
gaat ervan uit dat, wanneer een commissie tot de slotsom komt dat een
voorstel niet rijp is voor behandeling door de raad, wordt geadviseerd
het desbetreffende stuk terug te nemen, aan te houden of wat dan ook.
In het geval van de Oksel heeft de commissie uitgesproken dat zij de
grondprijs en alles wat hiermee annex is nog eens wil kunnen
beoordelen. Naar aanleiding daarvan zal de eerstverantwoordelijke
portefeuillehouder een nader gesprek met de projectontwikkelaar
hebben.
Wethouder Van Doornik
(cda) bevestigt dat vanuit de commissie rof het duidelijke signaal
werd gegeven dat het voorstel inzake de verkoop van de Oksel niet zou
worden geaccepteerd. Vandaar dat nogmaals over de procedure en de
verkoopprijs van de grond zal worden onderhandeld. Uiteraard zal het
resultaat daarvan opnieuw aan de commissie worden voorgelegd.
De heer Boland
(d66) kan niet ontkennen dat de wethouder een alleszins redelijke gang
van zaken schetst, maar in dit geval is het voorstel van de ene naar
de andere commissie gegaan en dat maakt het geheel nogal
gecompliceerd, want commissies zijn niet altijd van elkaars adviezen
op de hoogte. De d66-fractie neemt echter genoegen met de toezegging
dat het (gewijzigde) voorstel opnieuw aan de orde zal worden gesteld.
De voorzitter
laat weten dat het primaat nu bij wethouder Van Doornik ligt. De
ruimtelijkeordeningsprocedure is politiek afgeconcludeerd, zodat nu
aan de rest van het traject - grondprijs enzovoort - kan worden
begonnen.
De zondagopenstelling van winkels is uiteindelijk uitvoerig in de
raadscommissie aboz besproken. Aangezien eerder in de commissie van de
heer Van Doornik geen meerderheid voor een verruiming van de
openingstijden was te vinden, werd namens het college in de commissie
aboz betoogd dat het onlogisch zou zijn toch voor te stellen de
betreffende verordening te wijzigen. Overigens is geen sprake van een
eenduidig standpunt, want de eb-fractie is bereid na te denken over
een beperkte verruiming van de zondagopenstelling. De bal ligt nu dus
bij de raad.
De heer Hæntjens
(vvd) is het absoluut niet met deze conclusie eens. Ook in de
raadscommissie wev is deze materie uitputtend behandeld en toen heeft
spreker erop gewezen dat de juridische consequenties dienen te worden
onderzocht. Voorkomen moet worden dat de raad een besluit neemt en de
gemeente vervolgens in ellenlange procedures verzeild raakt. Met
andere woorden: vooraf moeten zowel de raadsleden als de
middenstanders precies weten waaraan zij toe zijn, ook in financieel
opzicht. Welnu, dat zou worden onderzocht.
De voorzitter
heeft begrepen dat in de commissie van wethouder Van Doornik geen
meerderheid is te vinden die vorm wil geven aan een verruiming van de
winkelopenstelling
Wethouder Van Doornik
(cda) beaamt dat hij, na in de commissie de neuzen te hebben geteld,
heeft vastgesteld dat een verruimingsvoorstel niet op een
raadsmeerderheid mag rekenen.
De voorzitter
: Vandaar dat het betreffende stuk is ingetrokken, maar de raad
behoudt vanzelfsprekend het recht daarop terug te komen.
De heer Bode
(pvda) meent dat een goed luisterend dagelijks bestuur uit de diverse
besprekingen een meerderheidsstandpunt had kunnen distilleren en een
daarop toegesneden voorstel had kunnen formuleren in plaats van te
zeggen dat de raad nu aan zet is.
De voorzitter
: Niet in dit geval, want de verdeeldheid is groot. Juist daarom wacht
het college af wat een meerderheid van de raad wil. Gehoord de nu
gedane uitspraken stelt spreker voor dit punt in de eerstvolgende
vergadering van de commissie wev opnieuw aan de orde te stellen.
De heer Boland
(d66) leidt uit deze discussie af dat zijn opmerking niet onterecht is
geweest! Als een voorstel wordt teruggetrokken, moet dat met redenen
omkleed gebeuren, dat schept helderheid. Overigens is het ook
voorgekomen dat een commissie negatief adviseerde en het betreffende
voorstel tòch aan de raad werd voorgelegd.
De voorzitter
: Meestal gaat het goed, maar soms loopt het, zoals in dit geval,
fout.
De heer Jans
(eb) herinnert eraan dat wel degelijk consensus bestond over een
verruiming van de openingstijden van de zaken die vis- en visproducten
verkopen. Terzake had een raadsvoorstel kunnen worden gemaakt.
De voorzitter
: Juridisch zou dat tot grote problemen hebben geleid. Winkels die een
nagenoeg gelijkwaardig assortiment verkopen, kunnen nu eenmaal niet
verschillend worden behandeld.
De heer Hekkert
(vvd) wil weten of voorstel nummer 78, Overeenkomst tussen de gemeente
Enkhuizen en de Stichting Evenementenorganisatie Enkhuizen, dezelfde
weg zal volgen als zojuist met betrekking tot het stuk `verkoop grond
De Oksel' is aangegeven.
Wethouder Van Doornik
(cda) antwoordt bevestigend. In de commissie is geadviseerd nog eens
goed te kijken naar mogelijke juridische gevolgen die uit een
gemeentelijke medewerking kunnen voortvloeien. Het college volgt dat
advies op.
2. Bepaling volgorde bij hoofdelijke stemmingen.
De voorzitter
trekt penning nummer 11 uit het mandje, waarna de secretaris meedeelt
dat volgens de presentielijst eventuele hoofdelijke stemmingen zullen
aanvangen bij de heer Bode.
3. Verslag van de vergadering gehouden op 8 mei 2001.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt dit verslag
vastgesteld.
4. Ingekomen stukken en mededelingen.
(Voorstel nummer 055, 2001.)
1. Brief, de dato 1 mei 2001, van Op/maat te Hoorn met betrekking tot
de vaststelling van het jaarverslag 2000 van die organisatie.
2. Brief, de dato 1 mei 2001, van de heer P. Bakker te Enkhuizen
met betrekking tot zijn perceel grond, gelegen op de hoek Zuider
Havendijk/Kalksteiger.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden deze
ingekomen stukken, overeenkomstig het voorstel van burgemeester en
wethouders, voor kennisgeving aangenomen.
3. Brief, de dato 7 mei 2001, van de Stichting Synagoge te Alkmaar met
betrekking tot het adopteren van één of meer stenen van haar
synagoge in Alkmaar.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt,
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders, besloten
dit ingekomen stuk te behandelen in de raadscommissie voor welzijn,
economische zaken en verkeer.
4. Brief, de dato 26 april 2001, van bewoners van de Van
Linschotenstraat en omgeving met betrekking tot de sanering van
het ebi-terrein.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt,
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders, besloten
dit ingekomen stuk te behandelen in de raadscommissie voor havens,
openbare werken en sociale voorzieningen.
5. Brief, de dato 16 mei 2001, van de Stichting Openbaar Onderwijs met
betrekking tot het onderhoud van openbare basisscholen.
Burgemeester en wethouders stellen voor dit ingekomen stuk te
behandelen in de raadscommissie voor havens, openbare werken en
sociale voorzieningen.
De heer Boland
(d66) stemt met het collegevoorstel in. De fractie van d66 neemt
overigens wel aan dat naast een inhoudelijke behandeling een
verklaring komt voor het feit dat onhandige afspraken zijn gemaakt die
bovendien zijn misgelopen. Verder heeft het bijzonder lang geduurd
voordat een gesprek met de stichting is aangeknoopt.
Wethouder Dol
(vl/gl) kijkt wat vreemd op van de stelling dat het lang heeft geduurd
alvorens contact met het schoolbestuur is opgenomen, hij kan zich dit
niet herinneren. In de commissie zal één en ander worden toegelicht.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
6. Brief, de dato 15 mei 2001, van de heer J.W. Hekkert,
vvd-fractievoorzitter, met betrekking tot kerntaken neo.
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt,
overeenkomstig het voorstel van burgemeester en wethouders, besloten
dit ingekomen stuk te behandelen in de raadscommissie voor algemeen
bestuurlijke en organisatorische zaken.
7. Brief, de dato 15 mei 2001, van de heer J.W. Hekkert,
vvd-fractievoorzitter, met betrekking tot tijdelijke huisvesting
in het kader van neo.
Burgemeester en wethouders stellen voor dit ingekomen stuk te
behandelen in de raadscommissie voor algemeen bestuurlijke en
organisatorische zaken.
De heer Tesselaar
(eb) verenigt zich weliswaar met het voorstel van b&w maar weet niet
in hoeverre de behandeling van deze brief haast heeft. De fractie van
Enkhuizer Belang heeft zich altijd op het standpunt gesteld dat voor
permanente bouw moet worden gekozen in plaats van een tijdelijke
huisvesting. Kan deze kwestie tot de commissievergadering wachten?
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) legt uit dat reeds aan de tijdelijke huisvesting wordt gewerkt,
omdat daaraan een geldig raadsbesluit ten grondslag ligt. Het feit dat
de heer Hekkert over dit onderwerp een brief heeft geschreven, doet
daaraan helemaal niets af.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens conform het voorstel van
burgemeester en wethouders besloten.
Mededelingen.
· De voorzitter acht het zeer begrijpelijk dat de raadsleden met
betrekking tot de bestuurlijke reorganisatie in West-Friesland sterk
de behoefte hebben nog eens over de gang van zaken en alle verschenen
berichten te praten. Het college meent echter dat het op dit moment
verstandiger is te proberen de geest weer in de fles te krijgen en de
gemoederen tot bedaren te brengen. Aan de andere kant is ook duidelijk
dat er iets moet gebeuren om te voorkomen dat na de vakantieperiode de
discussie over de moeilijke positie van Enkhuizen zich zal herhalen.
Burgemeester en wethouders willen daarom in de komende weken het
initiatief nemen om een notitie te laten opstellen, waarin wordt
beschreven wat zich heeft voorgedaan en welke mogelijkheden nu nog
resteren. Uiteraard zal dat zorgvuldig en in overleg met de
buurgemeenten alsmede de provincie geschieden. Het college heeft al
een daarvoor geschikt persoon op het oog. De betrokkene zal met alle
fractievoorzitters spreken om hun meningen te horen en vervolgens een
stuk schrijven, inhoudende een analyse en, hopelijk, aanbevelingen
waarmee aan de slag kan worden gegaan. De daaraan verbonden kosten
zullen zo beperkt mogelijk worden gehouden en worden gedekt uit de
post van ruim f 100.000,-- waarvan ten behoeve van het Cap
Gemini-onderzoek f 30.000,-- is uitgegeven.
Voorts zal worden gepoogd op een prikkelende, ludieke manier
vakantievierend Enkhuizen onder de aandacht van de diverse partijen,
met name provinciale staten en de Tweede Kamer, te brengen. Het
college houdt zich van harte aanbevolen voor in dit kader passende
suggesties en ideeën.
De heer Hæntjens
(vvd) informeert naar het tijdpad dat voor één en ander van toepassing
is. Voorkomen moet worden dat op voorhand besluiten vallen die de raad
niet meer kan beïnvloeden.
De voorzitter
vermoedt dat iedereen dringend aan vakantie toe is, maar mevrouw
Zeilstra-Hilders en de heer Meijdam zullen in de komende maanden aan
het werk moeten (blijven)! Zij moeten immers een stuk maken dat in
september door gs zal worden vastgesteld en vervolgens in de
statencommissie zal worden behandeld. Op dat moment is de zaak weer
openbaar, maar het kan zeker geen kwaad voordien in het informele
circuit af te tasten hoe de vlag erbij hangt en waar mogelijk ruimte
is. Dergelijke informatie kan als basis voor de te schrijven notitie
dienen.
De heer Wiersma
(cda) begrijpt dat de voorzitter vraagt voorlopig een `low profile' te
kiezen, totdat de aangeduide notitie gereed is. Mogen partijgenoten in
de staten wel worden benaderd?
De voorzitter
: Ja zeker, iedereen mag de eigen (informele) kanalen benutten om
meningen en standpunten kenbaar te maken, informatie te vergaren of
wat dan ook. Wel moet worden voorkomen dat partijen voor iedereen
zichtbaar rollebollend over straat gaan, want dat komt de verhoudingen
met de buurgemeenten beslist niet ten goede, integendeel.
De heer Wiersma
(cda) vermeldt dat hij contact heeft gehad met de gebiedsgedeputeerde
voor West-Friesland en toen is hem niet gebleken dat gs een nieuw of
gewijzigd voorstel zullen maken.
De voorzitter
bespeurt een misverstand. De heer Meijdam was aanvankelijk van mening
dat, gehoord het geluid van een grote meerderheid - in dit geval 11
van de 13 gemeenten -, verder zou kunnen worden gewerkt op basis van
vrijwilligheid. gs zijn bereid die lijn te blijven volgen, maar willen
wel een inhoudelijke onderbouwing hebben van het voorstel zoals dat in
een korte persverklaring is gepresenteerd. Kortom: een visie op het
gehéle gebied, dus inclusief de positie van Hoorn en Enkhuizen. Welnu,
dat stuk wordt in september in gs en vervolgens in de
staten(commissie) besproken.
De heer Wiersma
(cda): Dan is het verstandig vóór dat moment met de
gebiedsgedeputeerde te spreken om te proberen het lek te dichten.
De voorzitter
: Vooral doen!
De heer De Geus
(rpf/sgp) las in de lokale pers dat de heer Meijdam bereid zou zijn
met Hoorn en Enkhuizen een gesprek aan te gaan. Misschien is het goed
dat te doen en de gedeputeerde te vragen de rapporten te tonen die
deze raad nimmer heeft gezien en daarop een visie te geven. Weliswaar
heeft de gedeputeerde al een zienswijze kenbaar gemaakt, maar het kan
geen kwaad een discussie aan te gaan.
De secretaris
zal zich niet laten verleiden op dit moment in te gaan op de visie die
de heer Meijdam heeft verwoord!
Jongstleden donderdagmiddag heeft op ambtelijk niveau contact met
mevrouw Zeilstra plaatsgevonden. Tijdens die gelegenheid is gevraagd
of inzicht kan worden verkregen in de twee onderzoeken die zonder
medewerking van Enkhuizen zijn verricht. Zij heeft toegezegd deze
vraag aan de gedeputeerde te zullen voorleggen. Naar verwachting zal
morgen uitsluitsel worden verkregen.
De heer Meijdam heeft met een wat cryptische ondertoon via de pers
laten weten bereid te zijn met iedereen te willen praten over de
bestuurlijke (re)organisatie en de nu ontstane situatie. Het college
zal zich beraden op de vraag of dat verstandig is. Allereerst moet de
zaak eens goed op een rijtje worden gezet. Tijdens de zomermaanden
zullen op een gestructureerde wijze gesprekken met verschillende
functionarissen en anderen worden gevoerd; in dit kader kan ook aan de
heer Meijdam worden gedacht.
De voorzitter
nodigt nogmaals iedereen uit suggesties en ideeën aan te dragen die de
belangen van de gemeente Enkhuizen kunnen dienen.
· De heer Van Pijkeren (rpf/sgp) kondigt aan namens de
rekeningcommissie een tweetal mededelingen te zullen doen.
1. De commissie is erin geslaagd binnen een betrekkelijk korte tijd
een advies uit te brengen over het jaarverslag 2000. De
rekeningcommissie stelt zich voor dat het desbetreffende stuk van
een reactie zal worden voorzien en na de vakantie in commissie en
raad wordt besproken.
2. Met gepaste trots deelt de rekeningcommissie mee dat het
onderzoeksrapport `Algemene begraafplaats Enkhuizen' gereed is en
ongeveer twee weken vóór de julivergadering van de raad zal worden
toegezonden. Ook dat stuk kan na de vakantieperiode worden
behandeld.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) haakt op de eerste mededeling in met de opmerking dat zij met
het oog op agendapunt 6, Jaarverslag 2000, het advies bij de hand
heeft. Het is mooi stuk geworden. Spreekster is blij te horen dat de
rekeningcommissie voorstelt het advies na de zomervakantie te
bespreken, want een behandeling vóór de vakantie zal op iedereen een
zware druk leggen en het moeilijk maken een zorgvuldige reactie te
geven. Voor het onderzoeksrapport over de gemeentelijke begraafplaats
geldt precies hetzelfde.
De heer Van Pijkeren
(rpf/sgp): Dat is wel iets dikker!
· De voorzitter attendeert op het rondgedeelde stuk over het
horecabeleid in relatie tot veilig uitgaan. Dit onderwerp is in de
raadscommissie aboz wellicht niet helemaal goed afgehandeld. De
bedoeling is dat het stuk zeer spoedig in de fracties en hun
achterbannen wordt besproken, zodat hopelijk in de eerstvolgende
vergadering van de commissie aboz of anders direct na de zomer
duidelijk wordt hoe de politieke vlag erbij hangt. Als met de in het
stuk geschetste hoofdlijnen wordt ingestemd, kan aan een concrete
uitwerking worden begonnen.
5. Aanpassing Verordening op de behandeling van klachten.
(Voorstel nummer 051, 2001.)
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming wordt het voorstel
van burgemeester en wethouders overeenkomstig het aangeboden
ontwerpbesluit aanvaard.
6. Jaarverslag 2000.
(Voorstel nummer 067, 2001.)
De heer Jans
(eb) brengt naar voren dat het jaarverslag een redelijk inzicht geeft
in datgene wat in het afgelopen jaar is gebeurd. De fractie van
Enkhuizer Belang is echter geschrokken van bepaalde opmerkingen in het
accountantsrapport; er is sprake van gevaren voor zowel ambtenaren als
burgers. Wat hebben de verantwoordelijke portefeuillehouders in het
afgelopen jaar daartegen ondernomen? Gelukkig is het college zo
verstandig geweest voor te stellen een andere accountant in te
schakelen en dat is gebeurd. Het betrokken accountantsbureau heeft de
vinger op de zere plek gelegd. Toch heeft de accountant, heel
verrassend, het jaarverslag goedgekeurd, waarschijnlijk omdat dit de
eerste keer is.
De heer Lok
(vl/gl): Het is volstrekt in strijd met de gedragscode van accountants
en de ethische opvattingen in die kring jaarstukken goed te keuren
wanneer daarmee van alles mis is!
De heer Jans
(eb): Ondanks veel opmerkingen stukken toch goedkeuren, is
verbazingwekkend.
De heer Lok
(vl/gl): Kennelijk trekt u de integriteit van de accountant in twijfel
en daartegen moet ernstig bezwaar worden gemaakt.
De heer Jans
(eb): Nee, ik geef mijn mening over het rapport.
Met de bedoeling de geconstateerde tekortkomingen structureel aan te pakken en het daarmee verband houdende proces te bewaken, dient de fractie van Enkhuizer Belang de volgende motie in.
`De gemeenteraad van Enkhuizen,
in vergadering bijeen op dinsdag 5 juni 2001,
gelet op:
raadsvoorstel nummer 67, de dato 5 juni 2001, inhoudende het
besluit tot goedkeuring van het jaarverslag over 2000;
overwegende:
- dat naar aanleiding van genoemde jaarrekening een accountantsrapport
is verschenen van Ernst & Young;
- dat dit de eerste keer is dat ieder raadslid het rapport heeft
ontvangen, wat een goede zaak is;
- dat de daarin vermelde opmerkingen talrijk en in een aantal
gevallen van zeer ernstige aard zijn;
- dat op bepaalde gebieden onverantwoorde risico's, zowel voor de
samenleving als voor de individuele ambtenaar, worden gelopen;
voorts overwegende:
- dat op korte termijn adequate maatregelen genomen dienen te worden
teneinde mogelijke excessen te voorkomen;
verzoekt het college:
- op zeer korte termijn met een plan van aanpak te komen;
- in genoemd plan, afhankelijk van de prioriteit, uiterste
realisatiedata op te nemen;
- dit plan uiterlijk in de eerstvolgende rof-vergadering na het
zomerreces ter bespreking aan te bieden;
- maandelijks in de rof-leesmap verantwoording af te leggen over
de voortgang van genoemd plan van aanpak;
en gaat over tot de orde van de dag.'
De voorzitter
ziet dat de motie van voldoende handtekeningen is voorzien en derhalve
deel uitmaakt van de beraadslagingen.
De heer Boland
(d66) memoreert dat vorig jaar na een hoop heibel is afgesproken de
zaken voortaan beter aan te pakken. Dit jaarverslag weerspiegelt dat,
maar het is niet realistisch te verwachten dat alles in één keer op
het ideale niveau kan worden gebracht. De fractie van d66 is dan ook
tevreden met het voorliggende stuk. Dit geldt ook voor de bestemming
van het batige saldo; gedeeltelijk zal dat worden ingezet om de
afschrijvingstermijnen in overeenstemming met de activanota te
brengen.
Spreker kan enig begrip opbrengen voor de opmerkingen van de heer
Jans, maar hoopt dat daaraan op een ander manier dan via de motie
tegemoet kan worden gekomen. Het heeft zijn voorkeur als het college
de aanbevelingen in het accountantsrapport, inclusief de
prioriteitenstelling, overneemt en in algemene zin ook bereid is de
adviezen van de rekeningcommissie op te volgen.
De heer Lok
(vl/gl) onderschrijft in de grote lijnen de opmerkingen van de heer
Boland en voegt daaraan het volgende toe. De fractie van Verenigd
Links/groenlinks heeft waardering voor het jaarverslag 2000, te meer
daar nu voor de eerste keer een min of meer integrale versie van de
accountantsrapportage en een reactie van het college zijn toegevoegd.
Dat komt de openheid of transparantie zeker ten goede. Aan de andere
kant wijst met name de heer Jans op de behartigenswaardige
aanbevelingen in de zogenaamde `A- en B-lijst' van de accountant.
Overigens blijkt uit de reactie van burgemeester en wethouders dat zij
voornemens zijn die aanbevelingen te effectueren.
De rekeningcommissie wijst erop dat moet worden gestreefd naar een
meer inhoudelijk jaarverslag. Nu is het verslag sterk financieel
getint, maar in de toekomst dient de nadruk veel meer op een toetsbare
beleidsverantwoording te worden gelegd.
De heer Bode
(pvda) bemerkt dat de vorige spreker veel gras voor zijn voeten heeft
weggemaaid.
Ook de pvda-fractie kan zich met het jaarverslag verenigen, alhoewel
daarover twee kritische adviezen zijn uitgebracht; die zijn trouwens
door het ingezette beleid opgeroepen. Niet voor niets is op een
gegeven moment besloten een andere accountant te kiezen om een
kritisch oordeel over het gemeentelijke reilen en zeilen te krijgen.
Misschien moet over drie à vier jaar weer zo'n operatie worden
uigevoerd. Uiteraard moet het gemeentebestuur wel bereid zijn zich
eventuele kritiek aan te trekken. Welnu, in de commissie is tijdens de
discussie over de onderhavige stukken toegezegd dat de aanbevelingen
van de accountant door middel van een plan de campagne zullen worden
opgepakt. Als het college daarvoor een tijdpad kan geven, is de
eb-motie, die een negatief karakter heeft, overbodig.
Evenals de heer Lok zal de pvda-fractie het op prijs stellen als het
jaarverslag zich ontwikkelt in de richting van een meer beleidsmatige
verantwoording. De rekeningcommissie heeft aangegeven hoe zij zich dat
voorstelt.
De heer Hekkert
(vvd) behoeft niet zo heel veel te zeggen, want een groot deel van
hetgeen op zijn lijstje staat is inmiddels reeds voor het voetlicht
gebracht.
Ook de vvd-fractie is van mening dat het voorliggende jaarverslag in
lijn is met de vorig jaar gemaakte afspraken. De stelling dat behoefte
is aan een meer beleidsmatig, toetsbaar stuk wordt door sprekers
fractie gedeeld.
Evenals de heer Jans is de fractie van de vvd behoorlijk geschrokken
over de kritische opmerkingen die de nieuwe accountant heeft gemaakt.
De vraag rijst waarom die punten het gemeentelijke apparaat kennelijk
zijn ontgaan. Mede met het oog daarop is de vvd-fractie het eens met
datgene wat in de eb-motie aan het college wordt gevraagd, te weten:
* een plan van aanpak voor de door de accountant gemaakte
kanttekeningen;
* afhankelijk van de prioriteit uiterste realisatiedata noemen;
* het plan van aanpak in de raadscommissie rof bespreken;
* de voortgang maandelijks rapporteren.
Overigens beschouwt sprekers fractie de eb-motie niet als een negatief
signaal, integendeel, in wezen is de motie een ondersteuning van
datgene wat het college van plan is.
De heer Wiersma
(cda) toont zich ingenomen met het financiële overschot en de
voorgestelde besteding daarvan. Ook het accountantsrapport geeft reden
tot blijdschap, want vreemde ogen leveren nieuwe gezichtspunten op,
zoals is gebleken. Er is bovendien een prioriteitenlijst van
zogenaamde `A- en B-punten' verschenen. De eerstverantwoordelijke
wethouder heeft één en ander overgenomen; het zou vanzelfsprekend
aardig zijn als daaraan data werden gekoppeld. De cda-fractie acht een
maandelijkse verantwoording echter niet noodzakelijk. Uiteraard moet
de raad wel worden geïnformeerd wanneer iets niet (tijdig) kan worden
gerealiseerd.
De heer Jans
(eb): Hoe kan de raad dan het college behoorlijk controleren?
De heer Wiersma
(cda): De wethouder heeft de `A- en B-punten', die door de
raadscommissie zijn onderschreven, overgenomen, maar duidelijk is dat
niet alles tegelijkertijd kan worden uitgevoerd. Als het college bij
die punten een redelijk tijdpad kan aangeven, is de cda-fractie
tevreden, want dan heeft de raad immers ijkmomenten waarop het college
kan worden gecontroleerd. Tegen deze achtergrond heeft de fractie van
het cda geen behoefte aan de motie van de heer Jans.
De heer De Geus
(rpf/sgp) vangt zijn spreekbeurt aan met de opmerking dat tijdens de
commissiebijeenkomst in aanwezigheid van de beide accountants die het
rapport hebben ondertekend een zinvolle discussie is gevoerd. De
betrokken accountants lichtten de gemaakte kritische kanttekeningen
toe en de commissie sprak waardering voor hun grondige aanpak uit. De
wethouder zegde toe dat de A-punten in overleg met de accountant van
een prioriteit zullen worden voorzien en op die wijze speerpunten voor
het huidige jaar worden.
De motie van de eb-fractie bevat weliswaar een aantal aardige punten,
maar is als geheel onnodig, omdat de bespreking in de raadscommissie
de fractie van de rpf/sgp al voldoende vertrouwen heeft gegeven.
Bovendien zal na het zomerreces het stuk van de rekeningcommissie nog
aan de orde komen en dat kan een goed moment zijn om zo nodig tot een
aanscherping te komen. Op dit moment heeft de fractie dan ook niet de
behoefte de motie te ondersteunen.
Ten aanzien van de jaarrekening als zodanig is het verheugend te
kunnen constateren dat een positief resultaat ad f 641.000,-- is
behaald. Gelukkig is dat bedrag niet het gevolg van veel niet
uitgevoerde werken. In het afgelopen jaar is een ander beleid ingezet
en dat heeft blijkbaar vruchten afgeworpen. Kort en goed: een
aanbeveling om op de ingeslagen weg voort te gaan.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) proeft in alle discussiebijdragen waardering voor het
jaarverslag 2000. Dit verslag is beter dan het vorige, maar terecht is
gezegd dat het nog steeds voornamelijk een cijfermatige inslag heeft
in plaats van een beschrijvend karakter. Geprobeerd zal worden volgend
jaar naast een financieel verslag een meer beleidsmatige, toetsbare
verantwoording af te leggen.
Het accountantsrapport is dit jaar voor de eerste keer in commissie en
raad besproken. Bovendien is het rapport door een ander
accountantsbureau gemaakt; dat bureau werd als `sparringpartner'
uitgekozen om de zaken die niet goed liepen op het juiste spoor te
krijgen. Met een groot aantal verbeteringen is in het afgelopen jaar
een begin gemaakt. Daar staat tegenover dat veel punten op de A- en
B-lijst in verband met de organisatiestructuur nog even moeten
wachten. Zo is vorig jaar de nota `Reserves en voorzieningen'
aangekondigd, maar tijdens `de verbouwing is de winkel gewoon open'.
Met andere woorden: ondanks de kwaliteitsslag waaraan nu wordt
gewerkt, mogen de normale, dagelijkse bezigheden niet in het gedrang
komen.
De heer Hekkert beschouwt de eb-motie niet als een negatief signaal,
maar het college meent dat het stuk wel degelijk zo moet worden
opgevat. Jammer, te meer daar de eb-fractie tijdens de
commissievergadering, waarbij de accountants aanwezig zijn geweest,
niet de opmerkingen heeft gemaakt die vanavond ten gehore zijn
gebracht.
De heer Jans
(eb): De motie heeft een sturend, kritisch karakter. De kern van de
boodschap is dat bij het aanpakken van de beoogde verbeteringen
tijdens de dagelijkse gang van zaken de neiging zal ontstaan bepaalde
zaken te laten liggen. Welnu, dat moet worden voorkomen, vandaar dat
in de motie om een vorm van controle wordt gevraagd.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda): In dit geval verschillen wij van mening. De motie doet geen
recht aan de wijze waarop de planning- en controlcyclus momenteel
wordt opgetuigd en evenmin aan de reeds gemaakte afspraken en in de
commissie gedane toezeggingen. Het college heeft beloofd de punten op
de A- en B-lijst gestructureerd te zullen aanpakken en na de zomer zal
daaraan ongetwijfeld een tijdpad worden verbonden. Bovendien voorziet
het normale, jaarlijkse toetsingskader al in vier controlemomenten, te
weten bij de bespreking van rekening, voorjaarsnota, najaarsnota en
begroting. Een maandelijkse controle gaat veel te ver.
De secretaris
merkt allereerst op dat nu anderhalf jaar aan de concretisering van de
neo en twee jaar aan het veranderproces wordt gewerkt. Het laatste
kent een drietal sporen.
a. Organisatiecultuur.
b. Organisatiestructuur.
c. Implementeren van een nieuw instrumentarium waarmee de
administratieve stromen op orde kunnen worden gebracht.
In het kader van het reorganisatieproces was het niet meer dan logisch een andere accountant binnen te halen; het is immers verfrissend vreemde, dwingende ogen naar processen en instrumenten in de eigen organisatie te laten kijken. Daarmee is voor een vorm van zelfkastijding gekozen, want in de rapportage van de accountant zijn veel, in wezen al bekende, zaken nog eens helder en kritisch beschreven. Daaraan moet op basis van de neo worden gewerkt. In die nota wordt uitgegaan van het principe `integraal management'. Dit houdt in dat, bijvoorbeeld, de gemeentelijke geldmiddelen niet uitsluitend een zorg van de afdeling financiën zijn, maar van het gehéle management. Tegen deze achtergrond moet het mt in de accountant een goede sparringpartner hebben om de in de A- en B-lijst genoemde instrumenten in de komende jaren te kunnen implementeren.
In het gesprek met de accountant over diens rapport heeft spreker gevraagd of Enkhuizen zich met betrekking tot de organisatieontwikkeling moet schamen. Daarop is ontkennend geantwoord. Wel is duidelijk dat steeds meer bedrijfsmatig moet worden gewerkt en transparanter begroot; daarover moet vervolgens verantwoording worden afgelegd. Aan de accountant is ook gevraagd of de ondanks diens gemaakte opmerkingen verleende goedkeuring samenhangt met het feit dat dit de eerste keer is. Ook op deze vraag is een ontkennend antwoord gegeven. Overigens zegt de heer Bode terecht dat het wenselijk kan zijn over, bijvoorbeeld, een drietal jaren weer naar een nieuwe accountant uit te kijken. In ieder geval moet regelmatig een buitenstaander kritisch naar de gemeentelijke processen kijken.
De heer de Geus wees op het positieve rekeningresultaat ad f 641.000,--. Daarover moet een opmerking worden gemaakt. Deze gemeente kent nog geen productenbegroting. De raad heeft besloten in de komende zes jaren f 2 miljoen op de organisatiekosten te zullen besparen. Daarbij is het noodzakelijk taken en ambities tegen elkaar af te zetten. Het zojuist genoemde overschot is niet het gevolg van minder taken, maar van een andere uitvoering. In de komende raadsperiode kan hopelijk aan de hand van een beleidsplan worden gewerkt. Dat plan moet worden vertaald in een collegeprogramma, productgroepplannen en bureauplanningen waarop de verantwoordelijke functionarissen vier keer per jaar kunnen worden afgerekend.
Momenteel bevindt het ambtelijk apparaat zich in de laatste fase van
de implementatie van de neo, maar als wordt gekeken naar datgene wat
de accountants hebben aangedragen en in de komende jaren tegen een
teruglopende loonsom moet worden uitgevoerd, houdt spreker zijn hart
vast. Hij is dan ook blij dat bepaalde fracties toch de aangegane
uitdaging willen aangaan.
Ten aanzien van de motie zal spreker zich van elk politiek commentaar
onthouden. Hij wil volstaan met de suggestie eens per drie maanden via
de marap's verantwoording te laten afleggen. Dan kan worden beoordeeld
hoeveel van de A- en B-punten in het kader van het instrumentarium is
aangepakt en/of afgewerkt.
De heer Hæntjens
(vvd) verwoordt steun aan de strekking van de motie. In gemeenteland
zullen zich binnen niet al te lange tijd grote veranderingen voordoen.
Momenteel is sprake van collegiaal bestuur, maar in de nieuwe situatie
zal een scherpere scheiding tussen het college van burgemeester en
wethouders en de raad van kracht zijn.
De voorzitter
: Desondanks zal het college collegiaal blijven besturen.
De heer Hæntjens
(vvd): Goed. Hoe dan ook, volgens de op stapel staande wet heeft de
raad straks veel nadrukkelijker een controlerende taak. Het college
heeft toegezegd de gedane aanbevelingen te zullen effecturen, maar
daarvoor is slechts een korte tijd beschikbaar, want op 6 maart
aanstaande zullen gemeenteraadsverkiezingen worden gehouden. Voordien
zal het zomerreces plaatsvinden en moet de begroting voor 2002 worden
behandeld. Kortom: er zal veel in een korte tijdsspanne moeten
gebeuren. Voordat het nieuwe collegeprogramma wordt opgesteld volgens
de richtlijnen die burgemeester en wethouders zelf hebben voorgesteld
- traject aangeven, doelstellingen formuleren en inzet van middelen -,
moet duidelijk zijn wat dìt college van de A- en B-lijst heeft
gerealiseerd. Het is dan ook zeer nuttig dat de raad steeds over de
actuele stand van zaken wordt geïnformeerd. Volgens het college zullen
vertragingen automatisch worden gemeld . . .
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda): Dat is niet gezegd.
De voorzitter
: Voor de geplande activiteiten zal een tijdschema worden gemaakt.
Wanneer daarin een verandering optreedt, zal die keurig worden gemeld.
De heer Hæntjens
(vvd): Oké, de raad wordt dus op de hoogte gehouden. Dat is van
belang, want het enige sturingsmiddel van de raad ligt op het
financiële vlak.
De voorzitter
: Ik ken de Enkhuizer raad, gelukkig, anders! Met betrekking tot het
in dit land nagestreefde dualistische bestel mag worden gezegd dat
deze gemeente vooroploopt . . .
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda): Het is hier uitgevonden!
De heer Bode
(pvda): De strekking van het betoog van de heer Hæntjens is duidelijk,
maar de noodzaak dat te houden niet. De vvd-fractie is in de
commissievergadering vertegenwoordigd geweest en daar is toegezegd wat
de heer Hæntjens zojuist onder woorden heeft gebracht. Toch steunt
deze de motie. Mag daaruit worden afgeleid dat ook de vvd-fractie van
oordeel is dat in het accountantsrapport opmerkingen worden gemaakt
die van zeer ernstige aard zijn en onverantwoorde risico's, zowel voor
de samenleving als de individuele ambtenaar, worden gelopen? Zo ja,
kunnen die worden aangeduid en kan tevens worden verklaard waarom de
vvd-fractie daarover tijdens de commissiebijeenkomst geen enkele vraag
aan de accountants heeft gesteld?
De heer Hæntjens
(vvd): In de jaarrekening wordt enerzijds vol trots een positief saldo
gemeld en zijn anderzijds op het gebied van het beheer posten van
f 0,5 miljoen en meer voor achterstallig onderhoud terug te
vinden. Boekhoudkundig is dat allemaal keurig verwerkt, maar
desondanks is ontegenzeglijk sprake van een zorgelijke situatie. De
daarop betrekking hebbende adviezen wil het college uitvoeren en
daarin kan de vvd-fractie zich volkomen vinden. In dit licht is het
goed dat de raad steeds van de actuele situatie op de hoogte wordt
gehouden, vooral in de periode tot de komende
gemeenteraadsverkiezingen.
De heer Bode
(pvda): Waarschijnlijk stelt de gehéle raad dat op prijs. Het gaat om
iets anders, te weten de vraag of naar de mening van de vvd-fractie
onverantwoorde risico's et cetera worden gelopen. Met andere woorden:
steunt de fractie van de heer Hæntjens de tendentieuze toon in de
motie zonder daarvoor een verklaring te kunnen geven?
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda): Voor alle helderheid moet aan het adres van de eb-fractie
worden gezegd dat individuele ambtenaren geen enkel risico lopen, want
het college van burgemeester en wethouders is verantwoordelijk voor
het werk dat de gemeentelijke medewerk(st)ers doen.
De heer Hæntjens
(vvd): Wellicht heeft de eb-motie een wat negatieve ondertoon, maar
die doet niets af aan het verzoek dat in het stuk daarin wordt gedaan.
Laat de raad zich niet in details verliezen en zich richten op de in
het dictum van de motie genoemde doelen.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda): Het maandelijks rapporteren van allerlei cijfertjes komt niet
overeen met datgene wat met het toekomstige duale bestel onder andere
wordt beoogd, te weten dat de raad op hoofdlijnen bestuurt!
De heer Wiersma
(cda) betoogt dat het college duidelijk heeft toegezegd een plan van
aanpak met een bijbehorend tijdschema te zullen produceren. Welnu, als
dat gereed is en er wordt vervolgens niets meer gemeld, mag worden
aangenomen dat alles volgens schema kan worden afgehandeld. Is dat
niet het geval dan zal het college moeten aangeven welke
afwijkingen/beletselen daarvan de oorzaak zijn. Voor de cda-fractie is
dat voldoende; een maandelijkse verantwoording lijkt nogal sterk op
ondercuratelestelling en daarom zal de fractie de eb-motie niet
steunen.
De secretaris noemde in diens toelichting een ongebruikelijke
volgorde, namelijk beleidsplan, collegeprogramma en
productgroepplannen. Eerst wordt een collegeprogramma geformuleerd,
dat wordt in een beleidsplan en vervolgens een plan van aanpak
omgezet.
Tot slot. Toen de secretaris zei zich van een politiek oordeel over de
motie te zullen onthouden, had deze een punt dienen te zetten en niets
meer moeten zeggen. In het vervolg doet de secretaris er goed aan niet
meer over moties te spreken.
De heer De Geus
(rpf/sgp) volstaat met te melden dat zijn fractie aan haar in de
eerste termijn gemaakte opmerkingen niets behoeft toe te voegen. De
rpf/sgp-fractie stemt in met het voorstel zoals het college dat heeft
aangeboden.
De heer Boland
(d66) becommentarieert de eb-motie als volgt. Op het moment dat de
gedane toezeggingen worden geconcretiseerd - allereerst het lijstje
van punten die zullen worden aangepakt - kan nog uitvoerig over deze
materie worden gesproken. Ook naar aanleiding van het advies van de
rekeningcommissie kan één en ander aan de orde komen. Mochten op die
momenten situaties zijn ontstaan waarmee fracties het niet eens zijn,
dan is dat het juiste moment om een motie in te dienen. Nu is dat niet
het geval, hoogstens is sprake van een verschil van mening over de
toon en dat is geen reden om de motie te aanvaarden.
De heer Lok
(vl/gl) krijgt de indruk dat ook in Enkhuizen het motievirus heeft
toegeslagen! Moties geven geen pas wanneer de inhoud daarvan naadloos
aansluit bij staand beleid. Onder staand beleid vallen óók de gedane
toezeggingen. Met andere woorden: een motie moet inhoudelijk iets aan
de besluitvorming toevoegen en dat is in dit geval beslist niet aan de
orde, integendeel. Wel worden allerlei tendentieuze termen gebruikt,
zoals `zeer ernstige', `onverantwoorde risico's' en `mogelijke
excessen'. Deze toon wenst de fractie van Verenigd Links/groenlinks
zeker niet te onderschrijven, te meer daar zeer recent heldere,
spijkerharde toezeggingen zijn gedaan. De eb-fractie probeert met haar
motie een doelpunt ná de wedstrijd te scoren; zo'n doelpunt geldt
echter niet.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) persisteert bij haar mening dat de eb-motie een negatieve
ondertoon heeft. Meerdere sprekers hebben eraan herinnert dat in de
commissie al is uiteengezet hoe met de A- en B-lijst zal worden
omgegaan. Toen heeft iedereen het college veel succes toegewenst, want
het gaat om een stevige kluif. Alle A-punten moeten worden weggewerkt,
waarna de B-punten tot A-punten promoveren en vervolgens eveneens
dienen te worden aangepakt. Die klus zal geruime tijd vergen zoals
iedereen heeft erkend.
Samenvattend: de eerder gedane toezeggingen moeten volgens het college
voldoende zijn. De gemeenteraad wordt vier keer per jaar van de
situatie op de hoogte gebracht en in bijzondere gevallen zal dat zelfs
tussentijds gebeuren.
De secretaris
kan niet nalaten deze termijn te gebruiken om aan het adres van de
heer Wiersma twee opmerkingen te maken.
Het is inderdaad traditie eerst een collegeprogramma op te stellen en
daarna een beleidsplan te maken dat het kader voor de besluiten van de
raad vormt. In een dualistisch bestel, waarop de heer Hæntjens
preludeert, kan dat anders worden. Wellicht komt in die situatie van
de raadstafel een ander document dan het college op het moment van
diens samenstelling verwacht.
Over het tweede punt mag spreker eigenlijk niets meer zeggen! Hij
heeft daarstraks zonder enige waardeoordeel proberen aan te geven dat
vier keer per jaar de marap's uitgelezen aanleidingen zijn om dit
soort zaken vanuit de raad te bewaken.
De heer Wiersma
(cda): Als een verantwoordelijke wethouder dat niet wil, wordt die in
een lastig parket gebracht.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda): Aangezien hier collegiaal wordt bestuurd, weet de heer Van
Huffelen precies hoe de collegeleden over dit soort zaken denken.
De heer Jans
(eb) legt de volgende stemverklaring af. Zijn fractie wenst een
werkbaar controle-instrument in handen te hebben en handhaaft daarom
de motie, die geen negatieve maar een realistische ondertoon heeft!
Hierna wordt de motie van de heer Jans cum suis in stemming gebracht
en met 10 tegen 5 stemmen verworpen.
Tegengestemd hebben de heren Bode, Boland, Wiersma, Van der Veen, Van
Doornik, Lok, Van Pijkeren en Dol, mevrouw Dekker alsmede de heer De
Geus.
Voorgestemd hebben de heren Hæntjens, Hekkert, Hart, Jans en
Tesselaar.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens het voorstel van
burgemeester en wethouders overeenkomstig het aangeboden
ontwerpbesluit aanvaard.
De voorzitter
schorst vervolgens de raadsvergadering.
(Tijdens de schorsing vermeldt de voorzitter dat de heer W. de Niet, journalist van het Noordhollands Dagblad (waarin opgenomen de Enkhuizer Courant), vanavond voor de laatste maal een vergadering van deze gemeenteraad bijwoont. De gehele raad zal de heer De Niet node missen, want deze heeft de raadsbijeenkomsten altijd objectief en genuanceerd verslagen. De heer De Niet zal Enkhuizen verlaten om samen met diens partner gedurende langere tijd aan de andere kant van de wereld, namelijk in Australië, te kunnen rondkijken, een bewonderenswaardige stap. Ter gelegenheid van dit afscheid biedt spreker namens de gemeenteraad de heer De Niet een door alle raadsleden gesigneerd boek over het stadhuis, de zilveren speld van Enkhuizen, het bekende Enkhuizer wandbord en een sjaal voor diens partner aan. Tot slot wenst hij de heer De Niet alle goeds toe. (Applaus.)
De heer De Niet had deze gelegenheid willen aangrijpen om uitvoerig op 14 jaar Enkhuizer politiek terug te kijken! Hij zal dat niet doen, omdat hij vanavond vóór 00.00 uur nog een verslag van deze raadsvergadering moet maken. Spreker belooft via internet en e-mail contact met Enkhuizen te zullen houden en bedankt de raad voor de aangeboden geschenken. (Applaus.)
De voorzitter
heropent de vergadering.
7. Wijziging Verordening regelende de samenstelling en taak van raadscommissies.
(Voorstel nummer 068, 2001.)
De heer Hart
(eb) stipt aan dat in een vorige vergadering het zogenaamde `delegatiebesluit' aan de orde is geweest. De fractie van Enkhuizer Belang kon zich daarin niet vinden. In wezen is het onderhavige voorstel een vervolg daarvan en het is dan ook logisch dat de fractie nu eveneens haar goedkeuring wenst te onthouden.
Zonder hoofdelijke stemming wordt vervolgens het voorstel van burgemeester en wethouders overeenkomstig het aangeboden ontwerpbesluit aanvaard, onder aantekening dat de fractie van Enkhuizer Belang geacht wil worden te hebben tegengestemd.
8. Vervanging helmen en persluchtcompressor.
(Voorstel nummer 071, 2001.)
9. Plan nieuwe basisscholen 2002-2004.
(Voorstel nummer 072, 2001.)
(De heer Lok verlaat de raadzaal.)
10. Beheer gemeentelijke kunstcollectie.
(Voorstel nummer 073, 2001.)
(De heer Lok neemt ná de afhandeling van agendapunt 10 zijn plaats aan
de raadstafel weer in.)
11. Herstel kleed- en doucheruimten gymnastieklokaal Meeuwenlaan.
(Voorstel nummer 074, 2001.)
12. Overdracht indicatiestelling verpleging en verzorging.
(Voorstel nummer 075, 2001.)
13. Verkoop grond De Witte Duif aan Generali.
(Voorstel nummer 076, 2001.)
Zonder beraadslaging en zonder hoofdelijke stemming worden de
voorstellen van burgemeester en wethouders onder de nummers 8 tot en
met 13 overeenkomstig de aangeboden ontwerpbesluiten aanvaard.
13a. vvd-motie betreffende mogelijke meeropbrengst ozb 2001.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) vestigt de aandacht op de discussie die in de vorige
raadsvergadering over de motie van de vvd-fractie heeft
plaatsgevonden. Voor alle duidelijkheid is het goed nog even het
dictum van de motie in herinnering te roepen, dat luidt:
`- de afdeling financiën deze berekening te laten maken met
verwerking van de oz-mutaties en de kwijtschelding van 2000 ten
opzichte van 2001, zodat geconstateerd kan worden dat de
ozb-verhoging maximaal 9 % is geweest;
- binnen drie maanden na constatering van een meeropbrengst op
bovenvermelde wijze tot terugbetaling over te gaan;'
Na de op 8 mei gehouden raadsvergadering is de motie uitgebreid in de
raadscommissie rof besproken. Daar is uitdrukkelijk geconstateerd dat
volgens staand beleid eventuele overschotten in het kader van de
eerstvolgende gemeentebegrotingen zo mogelijk geheel of gedeeltelijk
naar de burgers worden teruggesluisd. Ook de in die
commissievergadering aanwezige heer Boon van de vvd-fractie
onderschreef dit uitgangspunt, maar liet tevens weten dat diens
fractie één en ander door middel van haar motie wenste te benadrukken.
Dat zou in feite betekenen dat één politieke groepering staand beleid
tot haar exclusieve domein maakte. Mede om deze reden ontraadt het
college de motie.
De heer Hekkert
(vvd) grijpt de voorlaatste zin van mevrouw Dekker aan om te zeggen
het te betreuren dat één partij dat kennelijk móét doen.
De heer Boland
(d66): Kan de heer Hekkert deze opmerking verklaren? De wethouder
heeft helder uiteengezet wat het door alle fracties onderschreven
staande beleid inhoudt. De heer Hekkert haalt dat door een wat ludieke
kreet ondersteboven.
De heer Hekkert
(vvd): Die reactie op een bepaalde zin is bijzaak, het gaat om de
bedoeling van de motie. Bij de vaststelling van de begroting 2001 is
uitgesproken dat de gemeente ten opzichte van vorig jaar 9 % méér ozb
moet binnenkrijgen. Op basis hiervan zijn de aanslagen verstuurd. Toch
is het mogelijk dat na verrekening van kwijtscheldingen enzovoort de
gemeente méér geld ontvangt dan is geraamd. Ook het college erkent
dat, maar ziet dat niet als een bezwaar, want een eventueel overschot
kan volgend jaar worden verrekend met de dan aan de orde zijnde
verhoging. Voor de burgers is dat echter volslagen onduidelijk.
Vandaar dat de vvd-fractie een regeling wil op grond waarvan de
individuele belastingbetaler het te veel betaalde geld terugkrijgt, in
casu het meerdere boven de verhoging van 9 %. Ter vermijding van hoge
perceptiekosten lijkt het de fractie verstandig de terug te geven
bedragen via de aanslagbiljetten voor het belastingjaar 2002 te
verrekenen. Op die manier ziet elke individuele belastingbetaler toch
dat de gemeente vorig jaar niet helemaal goed heeft gegokt en welk
bedrag als gevolg daarvan wordt teruggegeven.
De heer Bode
(pvda): Het woord `gegokt' doet absoluut geen recht aan de manier
waarop de ozb-verhoging van 9 % tot stand is gekomen; in de commissie
is dat uitgelegd.
De heer Hekkert
(vvd): Dat woord is anders bedoeld. De aanslagen zijn gebaseerd op
bepaalde veronderstellingen en derhalve kan pas achteraf worden
beoordeeld of de totale meeropbrengst al dan niet 9 % is geweest.
Overigens staat dat percentage ook voor de vvd-fractie absoluut niet
ter discussie; de gemeente had die verhoging gewoon nodig. Kortom:
deze keer is geen sprake van welke negatieve ondertoon dan ook!
Samenvattend: de bedoeling van de voorliggende motie is dat hoe dan
ook aan de individuele belastingbetaler wordt duidelijk gemaakt of en,
zo ja, hoeveel deze te veel heeft betaald. Vervolgens moet het te veel
betaalde bedrag individueel worden teruggegeven en niet via de
volgende gemeentebegroting worden verrekend.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) vreest dat zij niet aan de intentie van de vvd-motie tegemoet
kan komen. Tijdens de commissiebijeenkomst is uit de doeken gedaan dat
de ozb-verhoging op twee pijlers stoelt.
* De raad besloot dat in 2001 het totále ozb-volume met 9 % zou
moeten stijgen.
* De herwaardering van het onroerend goed.
Terugbetalen per individuele belastingbetaler is een buitengewoon
ingewikkeld karwei, want alleen mensen met onroerend goed waarvan de
marktwaarde exact met de gemiddelde woz-waarde is toegenomen, hebben
precies de afgesproken verhoging van 9 % betaald, voor alle anderen
geldt dat niet. Moet aan mensen wier huis met mìnder dan die
gemiddelde waarde is gestegen een naheffing worden gestuurd om de
terugbetalingen aan degenen die een pand met een méér dan gemiddelde
waardestijging bezitten te kunnen compenseren? Een retorische vraag!
Vandaar dat het college wil vasthouden aan de gebruikelijke gang van
zaken, te weten tijdens de begrotingsvergadering bezien hoe de
financiële vlag erbij hangt en vervolgens al dan niet tot een bepaalde
verhoging of misschien zelfs verláging besluiten.
De heer De Geus
(rpf/sgp) doet het ordevoorstel deze materie door de heer Wisman van
de afdeling financiën nog eens aan de gehele de vvd-fractie te laten
uitleggen, want blijkbaar heeft de heer Boon de in de commissie
gegeven uitleg niet goed kunnen overbrengen.
De voorzitter
: De heer Wisman is altijd bereid raadsleden uitleg te geven.
De heer Wiersma
(cda) snapt niet dat, uitgaande van de veronderstelling dat de
afdeling financiën haar sommetjes goed heeft gemaakt, de gemeente
misschien méér dan de afgesproken volumeverhoging kàn ontvangen. In de
berekeningen kan immers geen rekening worden gehouden met toekomstige
bezwaarschriften die gegrond worden verklaard en dus in een lagere
opbrengst resulteren. Niemand zal om een hógere aanslag vragen en het
is dan ook vrijwel uitgesloten dat straks een ozb-surplus aan de orde
zal zijn. Mocht dat onwaarschijnlijke geval zich toch voordoen, dan
zal per f 5.000,-- ozb-waarde hoogstens een paar cent of een
bedragje in die orde van grootte moeten worden terugbetaald. Zelfs
indien substantieel méér wordt binnengehaald, bijvoorbeeld 10 %, is
het beter een andere oplossing te kiezen dan de individuele
terugbetaling die de vvd-fractie voorstelt. In het college programma
is vastgelegd voortaan naar een trendmatige verhoging van 3 % te
zullen streven. Welnu, blijkt straks dat het ozb-volume inderdaad met
10 % is toegenomen in plaats van 9 %, dan kan bij de
begrotingsbehandeling worden besloten de in dit jaar te veel betaalde
1 % op de voorgenomen trendmatige verhoging voor volgend jaar in
mindering te brengen.
De heer Hart
(eb) wijst erop dat de fractie van Enkhuizer Belang tijdens de
begrotingsbehandeling zich tegen de ozb-verhoging van 9 % heeft
verzet; dat percentage is te groot. Als zelfs méér dan die 9 % wordt
ontvangen, is het niet meer dan billijk het meerdere aan de bevolking
terug te betalen. Vandaar dat sprekers fractie zich prima in de
vvd-motie kan vinden.
De heer Boland
(d66) leest in de vvd-motie dat de gemeenteraad akkoord is gegaan met
een ozb-opbrengstverhoging van maximaal 9 % ten opzichte van het jaar
2000. In de motie staat verder:
`spreekt als zijn oordeel uit:
- dat indien blijkt dat na beoordeling van de bezwaarschriften en na
kwijtscheldingen de netto-opbrengst van de ozb 2001 hoger is dan
9 % deze meeropbrengst moet worden terugbetaald aan de
belastingplichtige;'
Waarom wordt niet even afgewacht of werkelijk sprake is van een hogere
netto-opbrengst? De heer Wiersma zegt terecht dat volgens de
toegepaste rekentechniek de ozb-opbrengst veeleer lager dan hoger zal
zijn. Mocht de gemeente toch substantieel meer dan de afgesproken 9 %
ontvangen, dan is dat het juiste moment om te praten over de vraag wat
met het overschot moet worden gedaan.
De heer Hekkert
(vvd) meldt dat zijn fractie zich in de zienswijze van met name de
heer Boland kan vinden en daarom haar motie intrekt.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) uit haar tevredenheid over het feit dat de heer Hekkert het
staand beleid onderschrijft.
De heer Hekkert
(vvd): Jawel, maar de manier waarop een eventuele terugbetaling
gestalte dient te krijgen, kan onderwerp van discussie zijn.
14. Rondvraag.
· De heer Hart (eb) vernam dat op 13 juni een voorlichtingsavond over
de Fruittuinen zou worden gehouden. Hij woont in de omgeving van de
Fruittuinen, maar heeft tot nu toe geen uitnodiging van de gemeente
Enkhuizen gehad.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) weet van niets. Overigens lijkt het haar in dit geval nogal
ongebruikelijk dat de gemeente Enkhuizen uitnodigingen zal versturen,
want het gemeentebestuur is niet betrokken bij de sloop van panden
noch bij de voorgenomen bouw.
De voorzitter
: Morgenochtend zal de afdeling communicatie met de betrokken
woningbouwvereniging contact opnemen om te achterhalen hoe de zaak in
elkaar steekt en de raad daarover informeren.
· De heer Tesselaar (eb) benut deze gelegenheid om te verwijzen naar
de ongeveer twee maanden geleden gehouden wijkavond voor de bewoners
van Gommerswijk. Circa drie weken geleden zijn opeens
`helikopterlandingsplaatsen' op kruispunten geschilderd. Waarom is dat
tijdens de genoemde wijkavond niet aangekondigd?
Wethouder Van Doornik
(cda) repliceert dat tijdens de aangeduide wijkavond ongetwijfeld over
de zogenaamde `1 mei-maatregelen' is gesproken. Over de cirkels -
aandachtspunten voor bestuurders van motorvoertuigen - werd echter
niets gezegd, omdat toen nog niet bekend was waar die precies zouden
komen. Overigens zijn op de Sebastiaan Centenweg enige cirkels op
verkeerde plaatsen terechtgekomen; de afdeling zal die verwijderen en
zo nodig elders nieuwe aanbrengen.
· De heer Tesselaar (eb) stapt over naar een ander punt. In de
raadscommissie hos stelde de fractie van Enkhuizer Belang 32 vragen en
kreeg toen te horen dat die schriftelijk moesten worden ingediend. Dat
is gebeurd, maar tot nu toe zijn geen antwoorden gegeven.
De voorzitter
poneert de stelling dat onderdelen van die vragen betrekking hebben op
vertrouwelijke informatie. Daarover is in de commissie verantwoording
afgelegd. Mocht die naar de mening van de eb-fractie onvoldoende zijn,
dan kan de discussie in de commissie worden heropend, maar niet
tijdens de rondvraag in een openbare raadsvergadering.
De heer Tesselaar
(eb) verzoekt de brief voor de eerstvolgende commissievergadering te
agenderen.
De voorzitter
: Akkoord, in overleg met de heer Dol zal worden bekeken welke
commissie het meest geschikt is.
· De heer Jans (eb) complimenteert het dagelijks bestuur voor het feit
dat de wallen langs de grachten tijdig zijn gemaaid, dat wil zeggen
vóórdat stuifmeel de kans kreeg zich te verspreiden. Dat zal bij velen
hooikoorts voorkomen.
· De fractie van Enkhuizer Belang heeft geconstateerd dat op de
visafslag niet altijd een (beëdigde) gemeenteambtenaar de vis afslaat.
Wat is daarvan de reden?
Wethouder Van Doornik
(cda) vraagt de heer Jans na de vergadering meer gedetailleerde
informatie te geven. Hij zal aan de hand daarvan nagaan wat er precies
is gebeurd en waarom.
· De heer De Geus (rpf/sgp) signaleerde dat tijdens hoogtijdagen zoals
lappendag, harddraverijdag en jazzfestival het verkeer in de
Boerenhoek regelmatig vastliep. De fractie van de rpf/sgp pleit ervoor
vooral tijdens die dagen voor een dusdanige bewegwijzering te zorgen
dat het verkeer buiten het stadscentrum om wordt geleid.
Wethouder Van Doornik
(cda) onderstreept dat tijdens sommige festiviteiten het verkeer af en
toe vastloopt. Tijdens de evaluatie met het bestuur van het
jazzfestival is dan ook afgesproken voortaan in overleg met politie,
brandweer en andere diensten adequate verkeersmaatregelen te nemen.
De heer De Geus
(rpf/sgp): Deze kwestie is nu aangekaart omdat lappendag aanstaande
is. Graag extra aandacht daarvoor.
Wethouder Van Doornik
(cda): Ja.
· De heer Boland (d66) refereert aan de nieuwjaarsrede van de
burgemeester. Daarin is iets opgemerkt over het tekort aan menskracht
bij de politie. De gemeente zou daarvoor een (bescheiden) financiële
compensatie moeten krijgen. Recent heeft minister De Vries gezegd dat
de politie met 8.000 agenten zal worden uitgebreid. Krijgt Enkhuizen
geld of extra agenten?
De voorzitter
belicht dat hij in het regionaal college heeft geventileerd dat
Enkhuizen een deel van het vacaturegeld wil hebben, omdat als gevolg
van ontbrekende politiecapaciteit een bewakingsdienst moet worden
ingehuurd. De regiochef heeft toegezegd die gedachte te zullen
onderzoeken. Verder is opgemerkt dat deze gemeente zo langzamerhand
een groot aantal taken financiert die eigenlijk door de politie
behoren te worden uitgeoefend, waardoor wordt bewerkstelligd dat de
politie hier, bijvoorbeeld, geen parkeercontroles behoeft uit te
voeren en dat wel in Stede Broec kan doen. Ook dit punt zal door de
regiochef worden bekeken en vervolgens in de driehoek aan de orde
worden gesteld. Het resultaat daarvan zal vanzelfsprekend in de
commissie of raad worden gemeld.
De aangeduide 8.000 agenten zullen pas in de volgende kabinetsperiode
beschikbaar komen. Overigens was hier tot nu toe weinig of niets te
merken van het aantal extra agenten dat in déze kabinetsperiode op de
been zou worden gebracht!
· De heer Boland (d66) zag bij commissiestukken een reactie op de
Vijfde Nota Ruimtelijke Ordening liggen. Die reactie was door een
groot aantal gemeenten - waaronder Enkhuizen -, bedrijven,
organisaties en instellingen ondertekend. Het verbaast de fractie dat
Enkhuizen op die manier visies heeft onderschreven die betrekking
hebben op gebieden búíten deze gemeente. Zo wordt in de reactie
gewezen op het belang van de Westfrisiaweg. Een dergelijke
ondersteuning zònder dat deze raad is geconsulteerd, is voorstelbaar
indien de betreffende visies en/of standpunten passen in het bestaande
beleid van de gemeente Enkhuizen, maar in dit geval is dat niet zo.
Wethouder mevrouw Dekker
(pvda) geeft de volgende verklaring. In het portefeuillehoudersoverleg
lag het bewuste stuk als concepttekst voor met het verzoek dat namens
het sow te mogen versturen. Een meerderheid van de aanwezige
portefeuillehouders accordeerde dat zònder dat een terugkoppeling naar
de gemeenten kon plaatsvinden. Dat was niet mogelijk, omdat het stuk
binnen een bepaalde, korte termijn moest worden verstuurd.
Desgevraagd geeft spreekster graag toe dat de gevolgde procedure
hoogst ongebruikelijk is geweest, want normaliter zou het sow-verzoek
eerst in het college en commissie/raad zijn besproken, waarna in het
samenwerkingsverband een standpunt kenbaar was gemaakt. In dit geval
was sprake van een pure sow-actie.
De heer Boland
(d66): Afgesproken is dat het sow geen eigen beleid meer formuleert,
maar slechts het beleid van de 13 gemeenten uitvoert. Nu doet zich de
hoogst ongelukkige situatie voor dat de gemeente Enkhuizen het belang
van de Westfrisiaweg heeft onderschreven, terwijl de fractie van d66
zich daar sterk tegen verzet en niet de kans heeft gekregen haar
standpunt naar voren te brengen en toe te lichten.
De heer Lok
(vl/gl): Het sow is verlengd lokaal bestuur en kan derhalve
uitsluitend namens de aangesloten gemeenten spreken. Ten aanzien van
de Westfrisiaweg kan nu hoogstens achteraf nog wat worden gezegd, maar
dat heeft geen enkele betekenis meer, want de reactie, ook namens de
raad van Enkhuizen, is al verzonden.
De voorzitter
onderbreekt de heer Lok met de opmerking dat in de rondvraag geen
uitgebreide discussie kan worden gevoerd. Als een nadere, inhoudelijke
gedachtewisseling wordt gewenst, zal die in de commissie van mevrouw
Dekker moeten plaatsvinden.
De heer Lok
(vl/gl): Prima. Kan dan tevens worden aangeven waarom in het volstrekt
willekeurige samenwerkingsverband van sow, Kamer van Koophandel
enzovoort een organisatie als Milieudefensie heeft ontbroken?
De voorzitter
: Dit onderwerp zal voor de eerstvolgende bijeenkomst van de
raadscommissie rof worden geagendeerd.
· De heer Hæntjens (vvd) rapporteert dat op de nieuwe
IJsselmeerkaarten de huidige situatie rond het Krabbersgat - Gependam
- niet is aangegeven. Voor de watersporters die hier niet bekend zijn,
is dat een groot probleem. Zij zoeken naar de ingang van de Buyshaven,
maar komen vaak in de Veerhaven terecht. Vandaar dat het gewenst is
door middel van een bord aan te geven waar de ingang van de Buyshaven
is gesitueerd. Voorts moet de hydrografische dienst, die de kaarten
maakt, van de nieuwe situatie op de hoogte worden gesteld.
Wethouder Dol
(vl/gl) reageert op de laatste woorden met de mededeling in de
commissie reeds te hebben toegezegd dat de hydrografisch zal worden
ingeseind. Wel moet duidelijk zijn dat de nieuwe situatie niet
onmiddellijk in het kaartenbestand zal kunnen worden verwerkt. In
ieder geval zal snel worden bekeken of een verwijzingsbord kan worden
aangebracht, want de heer Hæntjens constateert terecht dat schepen
soms in de verkeerde haven terechtkomen.
15 Sluiting.
De voorzitter
dankt eenieder voor de geleverde discussiebijdragen en attendeert erop
dat ter gelegenheid van het aanstaande vertrek van de heer De Niet in
het etablissement naast het stadhuis een glas kan worden gedronken.
Spreker sluit vervolgens de openbare vergadering van de gemeenteraad
van Enkhuizen (22.09 uur).
Vastgesteld in de openbare vergadering van de raad
der gemeente Enkhuizen op dinsdag 3 juli 2001.
De secretaris, De voorzitter,
(J.J.J. van Huffelen) (drs. S.P.M. de Vreeze)