Ministerie van Algemene Zaken

Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport

Persbericht Ministerraad

1 juni 2001




MAATREGELEN JEUGDHULPVERLENING IN GANG GEZET

Provincies en grootstedelijke regio's hebben vorig jaar diverse maatregelen in gang gezet om de wachtlijsten in de jeugdzorg omlaag te brengen. Dit heeft er mede toe geleid dat het aantal jeugdigen op de wachtlijsten voor de vrijwillige jeugdhulpverlening en het aantal kinderen dat te lang wacht op hulp, licht zijn gedaald. Momenteel is nog niet te zeggen of de maatregelen definitief soelaas bieden.

Dit blijkt uit een brief van de staatssecretarissen Vliegenthart (VWS) en Kalsbeek (Justitie) aan de Tweede Kamer waarmee het kabinet heeft ingestemd.

Het kabinet had in 2000 64 miljoen gulden extra uitgetrokken voor wachtlijsten in de jeugdzorg: 44 miljoen gulden voor de Bureau's Jeugdzorg (het ene toegangsloket voor de jeugdzorg), 16 miljoen gulden voor wachtlijsten voor hulp en 4 miljoen gulden voor de aanpak van kindermishandeling. Hiervan is twee derde deel ook echt uitgegeven; het resterende bedrag wordt dit jaar alsnog gebruikt voor de wachtlijstaanpak of andere prioriteiten in de jeugdzorg.

In 1999 wachtten nog ruim 2100 jeugdigen langer dan de afgesproken termijn van dertig dagen op vrijwillige hulpverlening, vorig jaar was dat aantal gedaald naar ruim 1700. Tot de vrijwillige jeugdhulpverlening behoren: hulp in de thuissituatie (ambulant), dagbehandeling, pleegzorg en hulp in instellingen (residentieel).

Verder is in 2000 voor het eerst het aantal jeugdigen dat op een wachtlijst in de geestelijke gezondheidszorg staat, goed in kaart gebracht. Het gaat om ruim 14.000 jongeren. Zij wachtten vooral op beoordeling van hun verzoek om hulp. De wachtlijst voor echte hulpverlening is in de jeugd-GGZ licht gedaald. Het kabinet heeft in de Voorjaarsnota 100 miljoen gulden extra uitgetrokken voor aanpak van wachtlijsten in de GGZ; dit bedrag komt mede ten goede aan de jeugd-GGZ.

RVD, 01.06.2001