http://www.minbuza.nl/content.asp?Key=416210
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal Binnenhof 4 DEN HAAG Directie Azië en Oceanië afdeling Zuidoost-Azië Bezuidenhoutseweg 67 Postbus 20061 2500 EB Den Haag
Datum 31 mei 2001 Behandeld mr. J. Roodenburg
Kenmerk DAO-0534-01 Telefoon (070) 348 56 55
Blad Fax (070) 348 53 23
Betreft Vragen van het lid Hoekema over het onderzoek naar de moord op de Nederlandse journalist Sander Thoenes E-mail j.roodenburg@dao.minbuza.nl
Zeer geachte Voorzitter,
Onder verwijzing naar de brief van de Griffier Uwer Kamer van 9 mei 2001,
kenmerk 2000110520, waarbij gevoegd waren de door het lid Hoekema
overeenkomstig artikel 134 van het Reglement van Orde van de Tweede Kamer
bij U ingediende vragen, heb ik de eer U in bijlage dezes het antwoord op de
gestelde vragen aan te bieden.
De Minister van Buitenlandse Zaken
Antwoord van de heer Van Aartsen, Minister van Buitenlandse Zaken, op vragen
van het lid Hoekema.
Vraag 1
Bent u bekend met berichten als zou de Indonesische justitie zijn gestopt
met het onderzoek naar de moord op de Nederlandse journalist Sander Thoenes?
Antwoord
Ja.
Vraag 2
Kunt u zo exact mogelijk aangeven wat de stand van zaken is met betrekking
tot genoemd onderzoek, en daarbij ingaan op het verzamelen van getuigenissen
onder meer door Nederlandse rechercheurs?
Vraag 3
Ziet u aanleiding nog eens bij de Indonesische (justitiële) autoriteiten, en
met name bij PG Darusman, te pleiten voor het met prioriteit afronden van
het onderzoek?
Antwoord
. Zoals u bekend werd direct na de moord op Sander Thoenes op
instigatie van Nederland een onderzoek ingesteld door de International Force
in East Timor (Interfet). Aan dit onderzoek werd meegewerkt door twee
rechercheurs van het Korps Landelijke Politiediensten (KLPD). Deze
gezamenlijke inspanning leverde een grondig rapport op met een aantal
heldere conclusies en aanbevelingen op basis van feitenmateriaal en
getuigenverhoren. Begin vorig jaar hebben zowel UNTAET Transitional
Administrator Vieira de Mello als ikzelf dit rapport aangeboden aan
procureur-generaal Marzuki Darusman en daarbij krachtig aangedrongen op
Indonesische vervolgactiviteiten, onder meer het (helpen) horen van een
aantal in het Interfet-rapport genoemde getuigen.
De medewerking van Indonesische zijde is nodig om de toedracht van de moord
op Sander Thoenes volledig op te helderen en de daders te berechten. Ik
constateer dat deze medewerking tot nu onvoldoende is. Tijdens mijn gesprek
met de Indonesische procureur-generaal op 30 januari jl. heb ik dan ook mijn
teleurstelling uitgesproken over het trage verloop van het Indonesische
vervolgonderzoek en aangedrongen op meer daadkracht.
De procureur-generaal liet bij die gelegenheid weten dat aanvullend bewijsmateriaal nodig was om de zaak rond te krijgen. Hij kondigde aan een onderzoeksteam naar Dili te sturen om nieuw bewijsmateriaal te vergaren en mogelijk nieuwe getuigen te horen. Ook procureur-generaal Mohamed Othman van UNTAET, die een eigen onderzoek naar deze zaak uitvoert, heeft overigens te kennen gegeven dat additioneel bewijs moet worden verkregen.
In recente gesprekken met de Nederlandse ambassadeur heeft
procureur-generaal Darusman laten weten dat zijn onderzoeksteam op korte
termijn naar Dili zal afreizen. In overleg met hem en procureur-generaal
Othman van UNTAET wordt op dit moment bezien of en op welke wijze uitvoering
kan worden gegeven aan het Nederlandse voorstel aan deze missie één van de
KLPD rechercheurs toe te voegen die ook betrokken waren bij het
Interfet-onderzoek eind 1999. Met zijn specifieke expertise in deze zaak kan
de Nederlandse hoofdinspecteur het Indonesische onderzoeksteam én de
Serious Crimes Investigation Unit
van UNTAET helpen bij het inventariseren van het bestaande feitenmateriaal
en het zoeken naar aanvullende informatie.
Tijdens mijn gesprek met collega Alwi Shihab op 25 mei jl. in Peking heb ik
opnieuw aangedrongen op een spoedige oplossing in deze zaak en hem gevraagd
al het mogelijke te doen om de aangekondigde onderzoeksmissie doorgang te
doen vinden.
1 Zie Trouw, 4 en 5 mei jl.
===