Ministerie van Defensie



Brieven aan de Kamer


Nadere informatie over kostenontwikkeling UNMEE

30-05-2001

No

Leverancier

RAMING

t.l.v. KM

t.l.v. HGIS



Transmo (voertuigen)*

11,9

9,1

2,8



Container Company (containers)

0,8

0,8



Kempen & Van Twist (generatoren)

2,8

2,8



Div.leveranciers (voertuiguitrusting)

0,8

0,8



Div.leveranciers (div. materiaal)

2,1

2,1



Hesco/KL (compound- en constructiemateriaal)

2,8

2,8



2 Connect it (aanvullende bestuurlijke informatiesystemen)

0,5

0,5



Detron (aanvullende communicatieapparatuur)

0,4

0,4



Div. leveranciers (aanvullende communicatie- & informatiesystemen)

0,8

0,8

10

Div. leveranciers (informatiecentrum)

0,9

0,9



Layher (compound- en constructiemateriaal)

2,3

2,3

12

TNO (stafkaarten)

0,5

0,5

Totaal koop

26,6

16,1

10,5

Leverancier

13

Transmo (inhuur mat.)**

1,3

1,3

14

Detron (GSM-infrastructuur in het operatiegebied)

3,5

3,5

15

Transmo (inhuur pers.)***

4,6

4,6

16

NDMILSATCOM

0,5

0,5

Totaal huur

9,9

0,0

9,9

Totaal koop & huur

36,5

16,1

20,4

Totaal van de aan Transmo verstrekte orders no. 1, 13 & 15

17,8

9,1

8,7

Totaal compound- en constructiemateriaal no. 6, 11

5,1

0,0

5,1


*w.o. 15 wissellaadsystemen (incl. 15 flatracks), 30 afzonderlijke flatracks, 4 brandstof- en 4 watertankauto's, 3 zware vorkheftrucks,

9 kantoorcontainers, 13 brandstofopslagtanks, 6 wateropslagtanks, 6 brandstofpompen, 6 waterpompen, 2 bergingskranen, 2 diepladers, 2 20ft-kombuiscontainer,


** w.o. 60 containers (20 koel, 20 vries, 20 klimaat), 1 40ft kombuiscontainer, 10 clip-on generatoren, 1 powerpack


*** 16 chauffeurs, 4 monteurs, 1 coordinator
Ministerie van Defensie

Postbus 20701

2500 ES 's-Gravenhage

Aan:

Telefoon 070-3188188
de Voorzitter van de

Telex 34576 MVD/GV/NL
Tweede Kamer der

Telefax 070-3187888
Staten-Generaal

Plein 2

2511 CR 's-Gravenhage

I.a.a.:

de Voorzitter van de

Eerste Kamer der

Staten-Generaal

Binnenhof 22

2513 AA 's-Gravenhage

Uw brief Uw kenmerk Ons nummer Datum

D2001001784 30 mei 2001

Onderwerp

Nadere informatie over kostenontwikkelingen Unmee

Zoals toegezegd aan de Kamer tijdens het Algemeen Overleg op 17 mei jl. verschaf ik u hierbij nadere informatie over de kostenontwikkelingen van de Nederlandse inzet in Unmee. Allereerst gaat deze brief in op de systematiek die Defensie hanteert bij het ramen van (additionele) uitgaven voor een operatie. Vervolgens wordt, in aanvulling op de brief van 17 mei jl., gedetailleerd ingegaan op de aanpassingen die sinds het oorspronkelijke bedrag van fl. 76 miljoen nodig zijn gebleken. Dan komen de externe verwerving en huur van materieel en personeel (fl. 36,5 miljoen) aan de orde en, ten slotte, de veiligheid van de civiele chauffeurs.

Inleiding: huidige systematiek van ramen

In mijn brief van 17 mei jl. heb ik uiteengezet wat de oorzaken zijn geweest van de aanpassing van de raming van de additionele uitgaven tot een bedrag van ongeveer fl. 145 miljoen. Dit bedrag zal ten laste komen van de post vredesoperaties in de Homogene Groep Internationale Samenwerking (HGIS). Alvorens een aantal ramingen en kostenposten nader te specificeren, wil ik eerst dieper ingaan op de huidige systematiek van ramen.

In de huidige ramingssystematiek wordt bij het schatten van verschillende kostenposten zoveel mogelijk gebruik gemaakt van ervaringsgegevens. Het hanteren van deze systematiek heeft geleerd dat een operatie van bataljonsgrootte op jaarbasis ongeveer fl. 140 miljoen kost. Het initieel geraamde bedrag van fl. 76 miljoen voor Unmee was van dezelfde orde van grootte. Een nadeel van deze ramingssystematiek blijkt te zijn dat veronderstellingen waarmee wordt gewerkt in een specifiek geval mogelijk niet kloppen. Zo is bijvoorbeeld voor huisvesting en accommodatie een bedrag van fl. 350,- per man/per maand geraamd, er van uitgaande dat een locatie gedurende meer opeenvolgende rotaties wordt gebruikt. In het geval van Unmee gaat het echter om vier compagnieslocaties en een aantal kleinere posten voor slechts één rotatie, waardoor het bedrag per man/per maand hoger uitvalt en dus ook het totale bedrag.

In het kader van de per 1 juli aan te bieden eindafrekening van de additionele uitgaven voor Unmee zal aan alle aspecten van de ramingssystematiek aandacht worden besteed. Ik zal met de minister van Financiën afspreken volgens welke procedure, mede tegen de achtergrond van VBTB, de Kamer periodiek over aanpassingen van de ramingen kan worden geïnformeerd. Opgemerkt zij dat de post vredesoperaties niet een regulier begrotingsartikel is, maar gezien zijn aard deel uitmaakt van een structurele voorziening waarover achteraf verantwoording wordt afgelegd.

Verder zijn in een aantal gevallen de veronderstellingen onder de initiële raming in de loop van het planningstraject aangepast. Zo werd de benodigde transportcapaciteit, mede tegen de achtergrond van toenemende tijdsdruk, in de aanloop tot de operatie uitgebreid. Daarbij was niet zozeer de ramingsfactor in geld de beslissende factor, maar de feitelijke wijziging in operationele benodigdheden.

Zoals ik tijdens het AO van 17 mei jl. heb gezegd, zijn in de eerste raming voor Unmee van 9 oktober 2000, van fl. 76 miljoen, alleen bedragen opgenomen op basis van de bovengeschetste systematiek.

Nadere specificatie van de aangepaste raming van de additionele kosten Djibouti en Unmee

Djibouti

De aanpassing van de u gemelde raming (19 januari, Kamerstuk (Kamerstuk 22831, nr.19) voor de stationering van een Apache-detachement in Djibouti, van fl. 15 miljoen naar fl. 25 miljoen, wordt vooral veroorzaakt door een aan Djibouti te betalen vergoeding van US$ 3 miljoen voor gebruik van faciliteiten ter plaatse. Het restverschil komt voort uit hogere ramingen van personeelskosten (uitbreiding van het detachement met bewakingspersoneel) en van transportkosten.

Unmee

Sinds 9 oktober zijn de geraamde additionele kosten voor Unmee met ongeveer fl. 46 miljoen gestegen tot ruim fl. 120 miljoen (op 17 november was de raming in verband met hogere transportkosten al aangepast tot fl. 85 miljoen). De aanpassingen behelzen verschillende kostenposten. In de brief van 17 mei jl. is al gemeld dat de ramingen voor telecommunicatie met ongeveer fl. 3,5 miljoen moesten worden verhoogd. Hieronder worden de overige aanpassingen nogmaals toegelicht.

Stijging raming van transportkosten

De stijging van de initieel geraamde transportkosten met bijna fl. 17 miljoen houdt verband met zowel een aanpassing van de initieel gehanteerde ervaringsgegevens (A) als met een aanpassing van noodzakelijke operationele benodigdheden (B):

Kostenposten

Initiële raming

Bijgestelde raming

Categorie

Huur commercieel transport

7,5

15,8

B

Verlofvluchten personeel



1,6

B

Hr. Ms. Rotterdam

4,8

7,3

B

Overslagkosten, huur zeetransportcontainers



4,2

A

Totaal

12,3

28,9

Verschil: 16,6

Militair luchttransport en helikopters

Ook heeft u mij om een nadere toelichting verzocht van de in mijn brief van 17 mei jl. genoemde stijging met fl. 8 miljoen als gevolg van gestegen brandstofprijzen en de huur van vervangende helikopters voor de Luchtmobiele brigade.

De verhoging van fl. 8 miljoen wordt voor een gering deel veroorzaakt door een post van fl. 0,3 miljoen voor de huur van (civiele) helikoptercapaciteit. Het verschil is voor het overgrote deel toe te schrijven aan de verhoging van tarieven van de vlieguren van de Koninklijke luchtmacht. Mede als gevolg van de gestegen brandstofprijzen, de grootste component van de vlieguurtarieven, zijn de tarieven per januari 2001 geactualiseerd. Dit leidde in een enkel geval tot meer dan een verdubbeling. Ten tijde van de initiële raming in 2000 werd nog gerekend met tarieven die berustten op gegevens uit 1997. Begin 2001 bereikte de Koninklijke luchtmacht overeenstemming met de Defensie-accountantsdienst over een nieuwe tariefopbouw. Deze ligt ten grondslag aan de aangepaste raming.

Lokaal transport

Ten aanzien van de extra kosten in verband met de huur van personeel (fl. 4,6 miljoen) en materieel (fl. 1 miljoen) voor lokaal transport is nagegaan welke kosten zouden zijn gemaakt indien Defensie zelf dit personeel en materieel had geleverd. Indien Defensie dit deel van het lokale transport in Unmee ook in eigen beheer zou hebben uitgevoerd, zouden de additionele kosten voor personeel neerkomen op een bedrag van ongeveer fl. 0,6 miljoen en de materiële onderhouds- en herstelkosten op ongeveer fl. 0,5 miljoen. Indien chauffeurs van de DVVO waren ingezet in Unmee, zou dat de huur van vervangende vervoersdiensten tot een bedrag van ongeveer fl. 0,4 miljoen nodig hebben gemaakt. Defensie is dus per saldo ongeveer fl. 4 miljoen duurder uit.

Postbestelling

Voorts heeft u om een nadere toelichting verzocht op de hogere ramingen (fl. 2,3 miljoen) voor de postbestelling. Vanuit het oogpunt van een goede personeelszorg en vanwege de omvang van de postzending, is ervoor gekozen een commercieel bedrijf in te schakelen om de post twee maal per week met lijnvluchten op het vliegveld van Asmara af te leveren. De post wordt vervolgens door personeel van het NECBAT met organieke middelen over de locaties in het operatiegebied verspreid.

Personeel en materieel

De extra kosten (fl. 1 miljoen) die zijn gemaakt voor het personeel waren het gevolg van de uitbreiding van het aantal locaties en betroffen medische en farmacologische uitrusting (waaronder antimalariamiddelen). Wat materieel betreft, worden de uitgaven bepaald door het (gedeeltelijk) bij commerciële bedrijven laten witspuiten van voertuigen voor Unmee. Aangezien het Nationaal Commando binnen de beschikbare tijd onvoldoende capaciteit had om alle voertuigen voor Unmee wit te spuiten, heeft Defensie hierdoor ongeveer fl. 2,3 miljoen extra moeten uitgeven. Overigens is gebleken dat voor deze opdracht niet de gebruikelijke procedure is gevolgd. Ik heb inmiddels de directeur Defac gevraagd na te gaan of de daarvoor gebruikte argumentatie van hoge tijdsdruk valide is.

Locaties

Om operationele redenen heeft de Force Commander van Unmee besloten het aantal compagnieslocaties uit te breiden tot vier. Daarnaast zijn er uit gezondheids- en veiligheidsoverwegingen aanvullende maatregelen genomen op het gebied van de inrichting en de beveiliging van de compounds (locaties). Dit leidde tot meerkosten van fl. 6,5 miljoen. Zo zijn de onderkomens van de militairen in verband met ongedierte op stellages geplaatst en zijn de compounds ter beveiliging omgeven door een metalen frame gevuld met puin.

Toelichting externe verwerving en huur

In mijn brief van 17 mei jl. heb ik gemeld dat de totale financiële omvang van de in oktober 2000 vastgestelde behoefte aan externe materiële en personele middelen voor Unmee ongeveer fl. 36,5 miljoen bedroeg. Dit totaalbedrag is een raming die is gebaseerd op afgesloten contracten waarvan de eindrekening komt na beëindiging van de missie. Een uitsplitsing van dit bedrag naar uitgavenonderdelen treft u in bijlage aan. Verder breng ik onder uw aandacht dat van de verwerving van deze middelen fl. 20,4 miljoen ten laste van de HGIS-begroting komt. Zoals eerder aan de Kamer gemeld, is het overige deel, fl. 16,1 miljoen, conform de vigerende regelgeving ten laste gekomen van de Koninklijke marine. Dit materieel, zoals containers, generatoren, diepladers en dergelijke, zal deel uitmaken van een `pool' van middelen waaruit bij volgende vredesoperaties kan worden geput.

Verwervingstraject

Het verwervingstraject van het materieel is aangevangen op 13 oktober 2000. De planning was erop gericht dat het materieel uiterlijk 13 november 2000 beschikbaar moest zijn voor transport naar Eritrea, teneinde een ontplooiing in december mogelijk te maken. Dit resulteerde in buitengewoon korte levertijden.

De te verwerven goederen zijn geclusterd in twee deelgebieden waarvoor de markt is benaderd, te weten één voor de logistieke ondersteuning en één voor het energieplan.

Voor het cluster logistieke ondersteuning zijn drie bedrijven aangeschreven, te weten Transmo, Container Company en Pieterse Containers. Er zijn offertes gevraagd voor het volgende materieel: wissellaadsystemen, koel- en vriescontainers, brandstoftankwagens, klimaatcontainers, kantoorcontainers, munitieopslagcontainers, standaardcontainers, vorkheftrucks, bergingskranen, brandstofopslag (inclusief pompen en slangen), kombuiscontainers en personeel.

Op de aanvraag zijn de volgende reacties (offertes) binnengekomen:


* Het bedrijf Pieterse Containers heeft te kennen gegeven dat het niet in staat was te voldoen aan de levertermijnen.
* Container Company heeft aangeboden: standaardcontainers, koel- en vriescontainers, kantoorcontainers, brandstof en water opvoer capaciteit, munitieopslagcontainers, vorkheftruck, bergingskraan en kombuiscontainers.

* Transmo heeft aangeboden: wissellaadsystemen, drinkwaterauto's, brandstofauto's, diepladers, bergingskraan, heftrucks, koel/vriescontainers, kantoorcontainers, munitieopslagcontainers, standaardcontainers, brandstof- en wateropslagcapaciteit, kombuiscontainers, generatoren en personeel voor dit materieel.

De offertes zullen de Kamer commercieel vertrouwelijk toegaan.

Voor het cluster energieplan, te weten 35 generatoren (inclusief toebehoren en onderhoudspakket), zijn drie bedrijven aangeschreven, te weten Topec, Transmo en Kemper en Van Twist. Alledrie de bedrijven hebben geoffreerd.

Op grond van informatie van de Defac ben ik van mening dat de offertes zijn beoordeeld op grond van technische en operationele eisen, prijs en levertijd. De levertijd is een dominante factor geweest. Het bedrijf dat binnen de gestelde termijn de gevraagde kwaliteit kon leveren en de voordeligste aanbieding had, heeft de opdracht gekregen.

Op basis van de vergelijking van de verschillende offertes heeft voor het cluster logistieke ondersteuning Container Company een klein deel van de levering van de goederen in opdracht gekregen en Transmo het grootste deel. Voor het cluster energieplan is gekozen voor Kemper en Van Twist.

Prijsstelling

Aangezien de krappe levertijd de mogelijkheden tot concurrentiestelling heeft beperkt, heeft de Koninklijke marine in de belangrijkste opdrachten een accountantsclausule opgenomen. Deze clausule biedt de mogelijkheid om de Defensie Accountantsdienst (Defac) een onderzoek uit te laten voeren naar de prijsstelling. Wat de aankoop van het materieel bij de firma Transmo betreft, heeft het Defac-onderzoek aangetoond dat de gehanteerde marges aanvaardbaar waren. Inmiddels heeft de Defac opdracht gekregen van de overige contracten de gevolgde procedures te onderzoeken. Hierbij is inbegrepen de prijsstelling van de huur van het personeel bij Transmo.

Keuring

Acht trucks die via Transmo zijn gekocht (voor een bedrag van fl. 0,9 miljoen), zijn vanwege de tijdsdruk zonder toereikende inspectie vooraf naar het operatiegebied verscheept, waar ze vervolgens werden afgekeurd. Het ging hier om voertuigen die Defensie had afgestoten en die een onderaannemer van Transmo via Domeinen had gekocht en gemodificeerd. Inmiddels is overeengekomen dat Transmo fl. 0,6 miljoen terugbetaalt. De rest van het gehuurde of gekochte materieel is wel direct voor inscheping in de haven geïnspecteerd. Ook zijn er, indien van toepassing, APK-bewijzen overlegd. Ook in het geval van de wissellaadsystemen is dat gebeurd. Overigens werken de wissellaadsystemen in Unmee naar behoren, al wijken ze enigszins af van de eisen in de DMP-documenten over wissellaadsystemen.

Veiligheid van de chauffeurs

Zoals ik u heb gemeld in mijn brief van 3 april zijn de civiele chauffeurs, die op vrijwillige basis zijn uitgezonden, geheel ingebed in de militaire structuur van het NECBAT. Het gaat om zestien chauffeurs, vier monteurs en een coördinator. Bij de uitvoering uitvoeren van een rij-opdracht bevindt zich te allen tijde een militaire bijrijder in het voertuig. Indien de spanningen in het operatiegebied toenemen, worden de civiele chauffeurs naar Nederland teruggestuurd.

DE MINISTER VAN DEFENSIE,

mr. F.H.G. de Grave