Bilthoven, 29 mei 2001
VPR-pb12/2001
Hoogspanningslijnen en leukemie bij kinderen
Circa 0,2 tot 1 extra gevallen van leukemie bij kinderen per jaar
kunnen het gevolg zijn van wonen in de buurt van hoogspanningslijnen.
Tenminste, als wordt aangenomen dat er een oorzakelijk verband is
tussen blootstelling aan magnetische velden van hoogspanningslijnen en
leukemie bij kinderen. Zo'n oorzakelijk verband is echter niet
aangetoond. In totaal wonen er in ons land 7.000 tot 25.000 kinderen
in de buurt van hoogspanningslijnen. Deze kinderen lopen als gevolg
daarvan mogelijk een extra kans op het krijgen van leukemie. Dat leidt
het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) af uit
resultaten van buitenlands onderzoek.
Sinds 1979 hebben vele onderzoekers en commissies in binnen- en
buitenland het verband bestudeerd tussen het wonen bij
hoogspanningslijnen en het krijgen van leukemie door kinderen. De
magnetische velden die ontstaan bij transport en gebruik van
elektriciteit, zouden de verbindende factor vormen. In maart 2000
concludeerde de Gezondheidsraad dat 'er sprake is van een redelijk
consistente associatie tussen het vóórkomen van leukemie bij kinderen
en het wonen in de nabijheid van bovengrondse elektriciteitslijnen'.
Dat wil zeggen dat er een bepaalde relatie bestaat tussen leukemie bij
kinderen en hoogspanningslijnen. Tegelijkertijd stelt de
Gezondheidsraad dat een oorzakelijk verband met blootstelling aan
magnetische velden niet is vastgesteld. Het onlangs verschenen rapport
van de Advisory Group on Non-Ionising Radiation (AGNIR) die door de
National Radiological Protection Board (NRPB) in Groot-Brittannië is
ingesteld, bevat een vergelijkbare boodschap. Desondanks, zo eindigt
het AGNIR-rapport, blijft de mogelijkheid bestaan dat hoge en
langdurige blootstelling aan deze magnetische velden de risico's voor
leukemie bij kinderen verhoogt, tenzij verder onderzoek aantoont dat
toeval of een nu nog onbekend verschijnsel in het spel is.
De conclusies van de Gezondheidsraad waren voor het ministerie van
VROM reden om het RIVM te vragen de mogelijke gevolgen in kaart te
brengen van een verband tussen hoogspanningslijnen en leukemie in
Nederland. Het RIVM heeft het relatieve risico in relatie tot het
magnetische veld afgeleid uit publicaties waarin gegevens uit
verschillende buitenlandse studies gecombineerd zijn. De blootstelling
in Nederland is bepaald op basis van schattingen van het magnetische
veld op diverse afstanden tot de hoogspanningslijnen. Uit tellingen
van het aantal woningen dat binnen deze afstanden ligt, is het
mogelijke aantal extra gevallen van leukemie bij kinderen berekend.
Het mogelijke aantal extra gevallen is onzeker. Dit is vooral te
wijten aan de onzekerheden rond de afgeleide relatieve risico's en de
onzekerheden in de relatie tussen de magnetische veldsterkte en de
afstand tot de hoogspanningslijnen. De magnetische velden kunnen van
woning tot woning verschillen. Een overzicht van deze verschillen
ontbreekt, evenals een compleet inzicht in de bijdragen van andere
bronnen. Nader onderzoek naar de blootstelling aan magnetische velden
in Nederlandse woningen is daarom gewenst.
EINDE BERICHT