Politiebericht Utrecht: Utrecht 28-05-2001
Jaarverslag Politie Regio Utrecht 2000 Driehoek presenteert jaarverslag en trekt conclusie.

Presentatie jaarverslag.

Korpschef mr. P. Vogelzang, korpsbeheerder mevr. mr. A. Brouwer-Korf en hoofdofficier van justitie mevr. mr. I. Klopper-Gerretsen presenteerden op maandag 28 mei om 12.00 uur het jaarverslag 2000 van de Politie Regio Utrecht. Presentatie jaarverslag.

Persbericht jaarverslag Politie Regio Utrecht 2000.

UTRECHT - Ondanks de extra capaciteit die is ingezet bij grote evenementen zoals Euro 2000 en de nawerking van het Millennium is het afgelopen jaar fors geïnvesteerd op de speerpunten van beleid zoals geweldsmisdrijven, overvallen, veel voorkomende criminaliteit en jeugdcriminaliteit. De politie doet er, ondanks een teruglopend personeelsbestand, alles aan om verschuiving van prioriteiten te voorkomen. De roep om extra capaciteit mag niet ten koste gaan van het toezicht op straat. Komen er niet meer medewerkers bij dan wordt de druk op repressie zo groot dat het toezicht op straat kind van de rekening dreigt te worden.

Geweld
In het bestrijden van onveiligheid is de politie wisselend succesvol geweest. In het afgelopen jaar is voor het eerst sinds 1996 het aantal straatroven afgenomen (1999: 1.382; 2000: 1.306). Het aantal overvallen is in 2000 met negen toegenomen ten opzichte van 1999 (respectievelijk 148 en 157). Het oplossingspercentage van alle geweldsdelicten bedroeg in 2000 40,3. De gekozen aanpak voor de inzet van een speciaal regionaal Scooterteam en het team Robuust tegen overvallen en straatroof is succesvol. In 2000 zijn in totaal 137 verdachten aangehouden die verantwoordelijk worden gehouden voor 140 straatroven. De grootste groep verdachten (47 procent) valt in de leeftijdscategorie zestien tot en met twintig jaar. In de strijd tegen vuurwapens zijn na een bovendistrictelijk onderzoek naar inbraken in wapenhandelbedrijven in de regio de daders aangehouden. Concrete aanwijzingen voor het bezit van verboden en ongewenste voorwerpen onder scholieren zijn aanleiding geweest om als proef op drie scholen voorlichting te geven over verboden wapenbezit, te controleren op de inhoud van tassen en kluisjes en verdachten bij justitie aan te brengen.

Woninginbraken
Voor het eerst sinds 1996 is er een lichte stijging van het aantal woninginbraken (twee procent). Het afgelopen jaar werden ruim 13.500 preventie-adviezen uitgereikt. Ruim tien procent van de woningen in de regio is inmiddels gecertificeerd. De kans om slachtoffer te worden van een inbraak in een gecertificeerde woning is minder dan één procent.

Veel voorkomende criminaliteit
De veel voorkomende criminaliteit vormt ruim vijftig procent van het totaal aantal geregistreerde misdrijven in de regio. Net als in andere politieregio`s nam het aantal veel voorkomende delicten zoals auto-inbraken en (brom)fietsendiefstal in de regio met zestien procent toe (1999: 49.713, 2000: 57.714). De grootste stijging deed zich voor in de categorie diefstal uit/af auto (+24 procent). Een speciaal auto-inbraken-preventieteam heeft het afgelopen jaar 42.000 geparkeerde voertuigen gecontroleerd. In één op de vier auto`s blijkt buit in het zicht te liggen. Naast preventieve acties hebben het team Robuust en het Scooterteam ook repressief opgetreden tegen autoinbraken.

Jeugdcriminaliteit
In de strijd tegen jeugdcriminaliteit en geweld werd in 2000 vijf keer een flexteam ingezet (drie maal in district Utrecht noord en een maal in de districten Paardenveld en Heuvelrug). Daarnaast volgden wijkagenten een korte opleiding jeugdzorg, is de afdoening door politie en justitie verbeterd met behulp van het Cliëntvolgsysteem Jeugdcriminaliteit, zijn er afspraken met de reclassering over een strakkere begeleiding van jongeren die vaker met de politie in aanraking zijn gekomen en is een Justitieoverleg op districtsniveau gestart, een nieuwe vorm van integrale aanpak door politie, justitie, Raad voor de Kinderbescherming, Bureau Jeugdzorg en Welzijn. 1.202 Jongeren die zich schuldig maakten aan `kleine criminaliteit` zijn doorverwezen naar de Halt-bureaus.

Zware georganiseerde criminaliteit
In 2000 zijn drie criminele organisaties gericht op verdovende middelen, vals geld en fraude ontmanteld. De politie heeft in 2000 zeventien onderzoeken succesvol aftgerond. Zo is de dader aangehouden van de moord van het vijfjarige meisje Yasmina, is een serie gewelddadige overvallen op computer- en transportbedrijven opgelost en zijn de daders aangehouden van een reeks autoshowroomkraken. Een aantal onderzoeken loopt nog. In samenwerking met de korpsen van Groningen en Amsterdam is onder de naam Cold Cases een aantal oude dossiers heropend om te kijken of met de huidige tactische en technische mogelijkheden (DNA, verhoor, analyse, daderprofilering) er een kans is op een oplossing. Een in 1994 gepleegde moord in Utrecht werd met behulp van DNA-onderzoek opgelost. Het team Commerciële Zedenzaken, dat in februari van start ging, is belast met de bestrijding van mensenhandel, prostitutietoezicht en kinderpornografie. Met het team was het Utrechtse korps al voorbereid op de uitbreiding van haar toezichthoudende taak na het opheffen van het bordeelverbod.

Verkeersveiligheid
Het aantal verkeersongevallen is in 2000 flink gedaald (1999: 19.364; 2000: 18.143). Ook het aantal dodelijke slachtoffers in het verkeer is met dertig procent afgenomen (van 64 in 1999 naar 41 in 2000). Dit aantal is de afgelopen vijf jaar niet zo laag geweest. Hierbij hebben enerzijds repressieve controles op het gebied van snelheid, dragen van de autogordel en drankgebruik een bijdrage geleverd. Anderzijds hebben de door de gemeentes aangeschafte en geplaatste flitspalen op de doorgaande wegen een duidelijk preventieve werking. Centraal in het verkeersveiligheidsbeleid staat een planmatige en projectmatige aanpak van specifiek verkeersgevaarlijke situaties.

Bereikbaarheid en beschikbaarheid
In de regio waren vorig jaar 266 wijkagenten actief. Zij geven preventief, pro-actief en repressief invulling en uitvoering aan de wijkgerichte politietaken. In het afgelopen jaar kwamen ruim 10.000 aanvragen voor directe hulp bij een levensbedreigende situatie en/of een slachtoffer/dader-confrontatie bij de politie binnen (1999: 12.500). In 95,5 procent van de gevallen was de politie binnen tien minuten ter plaatse. Dit percentage ligt boven de gestelde doelstelling van 95 procent. Een belangrijke ontwikkeling in de noodhulp is de uitbreiding van de eenmenssurveillance (EMS). Ook het gebruik van AVLS/GIS, een technische ontwikkeling waarmee noodhulpvoertuigen efficiënter en sneller aangestuurd kunnen worden, is verder uitgebreid in de regio. Voor de service-organisatie stond het jaar 2000 in het teken van verdere professionalisering. Het landelijk toegangsnummer politie - 0900 8844 / `geen spoed, wel politie` - werd ingevoerd. De bereikbaarheid voldoet nog niet aan alle eisen, maar uit onderzoek blijken de Utrechtse medewerkers wel vakbekwaam.

Andere aanpak jeugddelinquentie nodig.

Utrechtse driehoek: Aanpak jeugddelinquentie bij harde kern werkt niet.
UTRECHT - "De aanpak van jeugddelinquentie voldoet niet, waardoor een verloren generatie ontstaat." Dat stellen mr. P. Vogelzang, korpschef en mw. mr. A. Brouwer-Korf, korpsbeheerder van de Politie Regio Utrecht en mw. mr. I. Klopper-Gerretsen, hoofdofficier van justitie in Utrecht, bij de presentatie van het regionale politiejaarverslag over 2000.

"Twintig procent van de jonge criminelen zorgt voor tachtig procent van de jeugdcriminaliteit", aldus Vogelzang. "Het afgelopen jaar nam het aantal diefstallen uit auto`s in de regio Utrecht met bijna een kwart toe. Deze stijging is grotendeels toe te schrijven aan deze groep jeugdige daders. Daaruit zou men kunnen concluderen dat de politie daar te weinig aan doet. Maar de politie doet er wel degelijk iets aan. Met een zeer gerichte daderaanpak wordt de harde kern van de daders vier tot tien keer per jaar, een enkeling zelfs zeventien keer per jaar, opgepakt. Wat kan de politie dan nog meer doen", vraagt de Utrechtse korpschef zich af.

"Er moet een alternatief komen voor de aanpak van jeugddelinquentie. De aanpak gebaseerd op het jeugdstrafrecht, opvoedkundig een verantwoord middel, leidt bij deze groep niet tot de gewenste effecten. Als we geen andere oplossingen voor deze groep, tussen de tien en twintig jaar, waarbij het merendeel van Marokkaanse afkomst is, weten te bedenken dan is hierbij sprake van een verloren generatie." Zelf denkt Vogelzang bijvoorbeeld aan het volwassenenstrafrecht voor jeugdigen die zes keer veroordeeld zijn, of aan verminderd recht op privacy, zoals de inzet van technische middelen om jeugdige criminelen te kunnen controleren.

Ook hoofdofficier van justitie Klopper wil een herbezinning op de aanpak van jeugddelinquentie voor deze harde kern criminele jongeren: "We accepteren niet dat de slachtofferkans door deze groep jongeren stijgt. We moeten werken aan een verdere verbetering van het strafrecht en hulpverleningsmaatregelen en ons herbezinnen op te gebruiken methoden voor de groep die via de traditionele jeugdaanpak niet meer bereikbaar is."

"Naast de preventieve maatregelen die de overheid neemt, de inzet van politie en de justitiële partners, is het van groot belang dat de samenleving als geheel zich verantwoordelijk voelt voor de problemen", vindt Brouwer. "De initiatieven van buurtvaders ondersteunen de aanpak maar zijn niet voldoende om het probleem daadwerkelijk te tackelen en de jonge aanwas te bestrijden. De tijd van praten is voorbij, alleen daadkrachtig en eensluidend optreden van alle betrokkenen, inclusief de directe omgeving van de delinquent, kan het tij nog keren. Anders is er echt sprake van een verloren generatie waar de samenleving in de komende jaren een nog forsere rekening van krijgt gepresenteerd."