Ruimtelijke ordening behoeft verantwoordelijk beleid, geen electoraal
opbod (28/05/01)
Het partijbestuur van de VU betreurt dat het beleid inzake ruimtelijke
ordening en de zonevreemde woningen de laatste dagen het voorwerp is
geworden van een electoraal opbod, waarbij het algemeen
gemeenschapsbelang nogal eens uit het oog werd verloren. De dissidente
- zowel ten aanzien van de meerderheid als ten aanzien van de eigen
VLD-minister - uitspraken van VLD-voorzitter De Gucht en de bitse
reacties vanuit groenrode hoek versterken louter de vigerende
onduidelijkheid in hoofde van de Vlaamse bevolking. Terwijl net het
tegengestelde doel de aanzet betrof van de discussie, althans voor de
VU.
In functie van een goed én verantwoordelijk bestuur bewandelt de VU
inzake ruimtelijke ordening de gulden middenweg, tussen blauw en
groenrood in.
Indien de VLD, niettegenstaande de medeondertekening van het nieuwe
voorstel van decreet, het debat heropent, wenst de VU volgende
aandachtspunten onder het voetlicht te plaatsen:
1. Een nieuwe regeling dient in de eerste plaats rechtszekerheid te
bieden; elke bewoner dient klaar en duidelijk te weten waar hij aan
toe is. Ofwel wordt een definitieve woonzekerheid geboden, ofwel wordt
de facto in een zeer beperkt aantal gevallen, zoals voor woningen
gelegen in kwetsbare gebieden onteigend.
2. Vanuit het algemeen erkend subsidiariteitsbeginsel en conform het
Vlaams regeerakkoord (De beslissingsbevoegdheid moet maximaal bij het
daartoe meest geëigende niveau berusten) bepleit de VU dat de eerste
verantwoordelijkheid bij de lokale besturen berust. Reeds in de vorige
legislatuur verzette de VU zich als énige partij echter tegen een
volstrekte decentralisatie. De VLD maakt nu een bocht van 180°.
Verschillende problemen vragen een verschillende aanpak. De
ruimtelijke situatie in bvb. de Westhoek verschilt nu eenmaal van deze
in verstedelijkte gebieden. De beleidsuniformiteit in Vlaanderen
inzake zonevreemde woningen en de preventie van lokale
vriendjespolitiek kan gegarandeerd worden via o.a. algemene
beleidsnormen en een strakker toezicht. De principes van het
Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen blijven zo gehandhaafd.
3. Ook de problematiek van de bestemmingswijziging van bestaande
landbouwbedrijven verdient een strikte regulering. En dit in twee
richtingen; enerzijds moeten boerderijen na de beëindiging van de
agrarische beroepsactiviteit particulier bewoond kunnen worden,
anderzijds dient vermeden dat landbouwbedrijven worden opgericht in
functie van latere speculatie.
4. Vanuit de bekommernis voor een sociaal grond- en woonbeleid wenst
de VU dat maatregelen zoals de belasting op de leegstand én op
braakliggende percelen, het gemeentelijk recht op voorkoop, de
afschaffing van de koppelverkoop, de optimalisering van de stedelijke
ruimtelijke ordening mee in het debat worden betrokken.
Op basis van de gulden middenweg die de VU aanreikt kan écht werk worden gemaakt van een uitgebalanceerd evenwicht tussen het individueel woonrecht en het algemeen gemeenschapsbelang.
Auteur:
VU-partijbestuur
Fons Borginon, algemeen voorzitter a.i.
Meer informatie:
Contactpersoon: Ben Weyts, woordvoerder
Telefoon: 02/219.49.30
Fax: 02/217.35.10
E-post: ben.weyts@vu.be
Url: www.vu.be