CENTRAAL PLANBUREAU
Onderwerp: persbericht
Nummer: 17
Datum: 22 mei 2001
Inlichtingen bij: Paul Besseling, hoofd van de afdeling Sociale
Zekerheid (tel 070 - 3383 416) of bij Jacqueline Timmerhuis,
persvoorlichter (tel. 070 - 3383 477)
Striktheid nieuwe WAO-criterium en uitwerking voorstellen binnen bedrijven
bepalend voor effect voorstellen commissie-Donner
Op verzoek van de Adviescommissie Arbeidsongeschiktheid (de
commissie-Donner II) heeft het Centraal Planbureau (CPB) een analyse
gemaakt van de voorstellen van de commissie. Uit de analyse blijkt dat
het effect op het totale uitkeringsvolume voorlopig nog onbekend is.
Het effect op instroom en uitkeringsjaren is afhankelijk van de
formulering van het arbeidsongeschiktheidscriterium en van de strikte
toepassing ervan. De effectiviteit van reïntegratie-instrumenten en
financiële prikkels kan toenemen bij een scherp onderscheid tussen
permanent en volledig arbeidsongeschikten enerzijds en tijdelijk
arbeidsongeschikten die nog kunnen terugkeren op de arbeidsmarkt
anderzijds.
Wezenlijk is ook de vraag in hoeverre op het decentrale niveau van de
individuele bedrijven de nieuw aangereikte instrumenten voor
volumebeheersing daadwerkelijk toegepast gaan worden, en wat op
centraal en op decentraal niveau gaat gebeuren met de
uitkeringsvoorwaarden zoals de uitkeringshoogte.
Omdat belangrijke elementen van de voorstellen nog niet concreet zijn
uitgewerkt en slechts beperkt empirisch onderzoek beschikbaar is, is
de analyse deels kwalitatief van aard. De analyse richt zicht op vier
hoofdelementen van de voorstellen.
1. Wat is het effect van het beperken van de toegang van de nieuwe WAO
(nWAO) tot 'permanent en volledig arbeidsongeschikten'?
Afhankelijk van de scherpte van het nieuwe AO-criterium en de al dan
niet strikte toepassing daarvan, zal de instroom in de nWAO 25% à 50%
van de huidige instroom zijn, en zal het bestand in uitkeringsjaren
gemeten uiteindelijk 50% à 80% van het huidige bestand zijn. De
voorstellen zijn overigens nadrukkelijk niet van toepassing op de
huidige WAO'ers.
Of de beperkte toegang tot de nWAO ook al tot een geringere omvang van
het totaal van uitkeringen en tot meer werkenden leidt, is niet op
voorhand zeker. Indien het nieuwe AO-criterium een scherper
onderscheid weet te maken tussen groepen personen die wel of niet
gevoelig zijn voor reïntegratie-inspanningen en financiële prikkels,
zullen beleidsinitiatieven gericht op vermindering van vermijdbare
arbeidsongeschiktheid effectiever zijn.
2. Wat is het effect van de nieuwe instrumenten voor volumebeheersing
op decentraal niveau?
Twee van de huidige instrumenten (het FIS en de WAO-herkeuring) komen
te vervallen, maar de commissie reikt vijf nieuwe instrumenten aan,
vooral door aanpassing van het arbeidsrecht. Zo moeten werkgevers zich
inzetten om ander werk voor de zieke werknemer te zoeken en mogen
werknemers tot op zekere hoogte gangbare arbeid niet weigeren, ook
niet als dat een lager loon met zich mee brengt. Op zich genomen gaat
het om maatregelen die het proces van werkhervatting en reïntegratie
een nieuwe impuls kunnen geven. Het succes hangt ervan af in hoeverre
werkgevers en werknemers op decentraal niveau gebruik zullen gaan
maken van deze nieuwe instrumenten.
3. Welk effect heeft de prijsprikkel voor de werknemer, oftewel de
relatieve hoogte van de uitkeringen?
Werknemers die geen toegang krijgen tot de nWAO raken, als de
inactiviteit langer duurt, aangewezen op een WW-uitkering die
geleidelijk daalt naar bijstandsniveau. Voor hen is dit perspectief de
belangrijkste financiële prikkel die aan zal zetten tot meer
activiteit. De nWAO wordt, door de mogelijkheid van bijverdienen en
door eventuele bovenwettelijke aanvullingen een relatief
aantrekkelijke uittredingsroute. Dit zal hoge eisen stellen aan het
AO-criterium en aan de uitvoeringsorganisatie teneinde de instroom in
de nWAO daadwerkelijk te beperken. Per saldo kunnen de gewijzigde
prijsprikkels voor werknemers een neerwaarts effect op het
uitkeringsvolume hebben, mits het AO-criterium scherp wordt
geformuleerd en toegepast.
4. Welke effecten hebben de prijsprikkels voor de werkgevers?
Enerzijds neemt het directe financiële belang van individuele
werkgevers licht toe door de verlenging van de fase van
loondoorbetaling bij ziekte met 1 jaar. Anderzijds vervalt het huidige
systeem van premiedifferentiatie en eigen-risico-dragen in de WAO
(PEMBA). Per saldo is sprake van een forse verkleining van de
financiële prikkels voor individuele werkgevers. De introductie van
een sanctie voor werkgevers die zich onvoldoende inspannen voor
reïntegratie, in de vorm van een Wulbz-periode die langer dan 2 jaar
doorloopt, zal gegeven deze forse reductie in prikkels slechts een
beperkt effect hebben. Financiële prikkels voor werkgevers worden
derhalve grotendeels vervangen door wet- en regelgeving, waarvan
naleving vooral juridisch zal moeten worden afgedwongen.
De analyse van het CPB zal meteen na publicatie van het advies van de commissie-Donner, eind mei, openbaar worden gemaakt.